IAAN
De Bondsarbiter D. Hamburger overleden.
NE0ERLAND5CHEN DIOSCOOP-BONO
SEPTEMBER 1935
mmmf^M'fi
j» j* UITGAVE VAN DEN j» j»
NEDERLANDSCHEN BIOSCOOP-BOND
ACHTERGRACHT 19 AMSTERDAM-C.
DIT ORGAAN VERSCHIJNT TEN MINSTE
J- J- ÉÉNMAAL PER MAAND J- J>
Zwaar, ontzettend zwaar is de slag, die den Neder-
landschen Bioscoop-Bond heeft getroffen door het vrij
plotseling overlijden op Vrijdag 7 September j.1. van
den heer D, Hamburger, voorzitter van de „Commissie
van Geschillen".
Na een ziekbed van slechts enkele dagen is hij zijn
gezin en den Nederlandschen Bioscoop-Bond ontvallen.
Sedert het najaar van 1920 de Nederlandsche Bio
scoop-Bond, toen nog gesplitst in twee organisaties,
met name de Ned. Bond van Bioscooptheaterdirecteuren
en de Bond van Filmverhuurders, een Geschillencom
missie heeft ingesteld, heeft de overledene zich van den
aanvang af met groot talent gegeven aan de belangrijke
taak, die hem als Voorzitter dier Commissie was toe
bedeeld.
In hem verliest de Bond een waarlijk uitblinkende
figuur, die dan ook door alle leden op hoogen prijs werd
gesteld. Zijn allergrootste belangstelling in de laatste
15 jaren van zijn leven ging uit naar de Bondsarbitrage,
welke zich onder zijn leiding tot het belangrijkste insti
tuut van den Bond heeft ontwikkeld.
Aanvankelijk droeg de Geschillencommissie het ka
rakter van een intiem onder-onsje, waar de tusschen de
leden ontstane kwesties op gemoedelijke wijze werden
opgelost. Tenzij ontdekt werd, dat een der partijen te
kwader trouw was, in welk geval dan een uitspraak
volgde, die anderen tot leering kon strekken, want de
ontslapene zag als voornaamste doel van de „Commissie
van Geschillen": „de preventieve werking".
Na de reorganisatie van 1924, toen de „Commissie
van Geschillen" ingevolge haar reglementeering het
zuivere karakter van arbitrage-instituut, gelijk de Wet
zulks voorschrijft, had aangenomen, was de bekwame
Voorzitter verplicht zijn daarvoor aan den dag gelegde
gemoedelijkheid wat in te perken. Hij was immers aan
bepaalde regelen gebonden, die mede met het oog op de
sedert dien ingestelde beroepsinstantie („Raad van Be
roep") niet veronachtzaamd mochten worden.
En hoewel hij bij de leiding van het gereorganiseerde
arbitrageinstituut meesterlijk de daarvoor gestelde rege
len in acht nam, kon hij het nu en dan toch niet laten
als de „schipperaar", zooals men hem algemeen noemde,
partijen door een ingenieus gevonden schikking tot
elkaar te brengen.
Onder zijn leiding werden in de afgeloopen 15 jaren
circa 2000 geschillen behandeld, waarvan er circa 200,
dus 10 aan een revisie bij den „Raad van Beroep"
werden onderworpen. In aanmerking nemende, dat van
de 200 appèl-zaken de uitspraken der „Commissie van
Geschillen" voor meer dan 50 bevestigd werden, kan
geconstateerd worden, dat niet minder dan 1900 von
nissen, geïnspireerd door den rijken geest van den af
gestorvene, zijn tot stand gekomen.
Zijn weloverwogen, bezonken oordeel over de zaken,
welke de „Commissie van Geschillen" te behandelen
kreeg, dwong bij alle leden der arbitrage-commissies
bewondering af.
Hij bezat hoedanigheden, die hem voor de moeilijke
taak, welke als de voornaamste arbiter bij den Bond op
hem rustte, zoo uitermate geschikt maakte. En bovendien
genoot hij door zijn volkomen onafhankelijkheid, zijn
hooge opvatting van fatsoen, zijn eerlijk karakter en zijn
oprechtheid een onwankelbaar vertrouwen.
Ongetwijfeld heeft de „Commissie van Geschillen"
hieraan haar groote gezag te danken.
Het stemt ons weemoedig, dat deze groote figuur zoo
onverwacht van ons is heengegaan. Heel lang zal het
gemis van den heer Hamburger zich in den Bond doen
gevoelen.
De Bond herdenkt den toegewijden arbeid, welke de
overleden Voorzitter van de „Commissie van Geschil
len" gedurende 15 jaar in het belang van het Neder
landsche film- en bioscoopbedrijf heeft gegeven, met
groote erkentelijkheid en bij allen in het bedrijf zal de
persoon van den afgestorvene in hoogst dankbare her-
hinnering blijven.
'JT/^f^-f