MAANDELIJKSCHE MEDEDEELINGEN. tijdige aanvrage van twee niet-leden in een bepaalde gemeente, gaat het niet-iid-Nederlander voor het niet- lid-buitenlander. Bovendien bedoelt deze bepaling aan gewezen leiders een zekere voorkeur te geven boven met-leden van den Bond. De heer F. L. D. Strengholt (Metro-Goldwyn) verklaart zich om principieele redenen tegen deze para graaf. Sprekers maatschappij heeft haar zaken over de geheele 'wereld, daarom kan zij ten opzichte van de nationaliteit geen onderscheid maken. De heer Burbach (Ufa) wenscht uitdrukkelijk be paald te zien, dat de voorkeur van het niet-lid-Neder- lander uitsluitend betreft het niet-lid-buitenlander. De toevoeging als door den heer Burbach bedoeld wordt door het Hoofdbestuur overgenomen. Het amendement van de Bedrijfsafdeeling Filmver huurders wordt vervolgens bij opstaan met groote meer derheid verworpen. Besloten wordt voorts paragraaf H te wijzigen over eenkomstig het amendement van den Afdeelingsraad, luidende: In paragraaf H 1 in te voegen: ,,2e. leiders en gewezen leiders van bij den Bond aangesloten bedrijven boven niet-ïeden van den Bond. Verder ,,2e" te veranderen in ,,3e" en „3e" te veranderen in ,,4e". Het amendement van de N.V. Kinotechniek te Am sterdam betreffende de lijst van Geen Bezwaar en be oogende aan filmverhuurders de gelegenheid open te stellen hun films te verhuren aan vereenigingen, zieken huizen, scholen enz. indien de films in besloten kring vertoond worden, wordt door den Bondsdirecteur op advies van het Hoofdbestuur ontraden. De heer N. R. Besseling (N.V. Kinotechniek) heeft de ervaring dat de Lijst van Geen Bezwaar stag- neerend werkt op den verhuur, omdat de beslissing of een film al dan niet aan bedoelde instellingen verhuurd mag worden, dikwijls laat, of veel te laat gegeven wordt. De Bondsdirecteur antwoordt, dat het vorig jaar aanvankelijk was besloten de Lijst van Geen Be zwaar te publiceeren. Hiertegen rezen ernstige beden kingen, vooral van de zijde der N.V. Kinotechniek. Als gevolg daarvan is de lijst nimmer gepubliceerd. Nu duurt het eenige dagen alvorens een beslissing kan wor den gegeven, mede ook, doordat eerst advies moet wor den ingewonnen van de betrokken afdeeling. Spreker zegt gaarne toe de beslissingen in de toekomst nog meer te bespoedigen. Terzake merkt spr. op, dat wat in het amendement wordt voorgesteld, practisch bij de uit voering van het besluit verwezenlijkt kan worden. De N.V. Kinotechniek trekt hierop haar amende ment in. Namens het Hoofdbestuur ontraadt de Bondsdi recteur eveneens aanneming van het amendement der Bedrijfsafdeeling Filmverhuurders om in paragraaf H 1 1b te schrappen de passage: „maar het is aan een exploitant van een permanente bioscoop wel toegestaan, om andere films, dan hier- voren bedoeld sub a, te betrekken van een persoon of zaak, die geen lid is van den Bond en niet staat ver meld op de z.g. Lijst van Geen Bezwaar, mits die ex ploitant zich verzekerd heeft van het vertooningsrecht van die film ten minste voor geheel Nederland en die film uitsluitend vertoont in de door hemzelf geëxploi teerde biosco(o)p(en) De heer Ch. van B i e n e betoogt, dat het niet mo gelijk moet zijn, dat een exploitant de door hemzelf in het buitenland gekochte films verder aan de markt kan brengen. Onder dit beding kan hij zich met deze paragraaf vereenigen. De Bondsdirecteur is het met deze opvatting eens. De exploitant mag zich niet begeven op het ter rein van den importeur of den verhuurder. Besloten wordt aan de betreffende paragraaf in dezen zin een restrictie toe te voegen. Het nieuwe leden- en zakenbesluit wordt hierna bij hoofdelijke stemming met 146 tegen 23 stemmen goed gekeurd. De Voorzitter spreekt zijn waardeering uit voor de vlotte en zakelijke wijze waarop de vergadering dit uiterst belangrijke voorstel van het Hoofdbestuur heeft behandeld. In het bijzonder brengt spreker dank aan de Studie-Commissie, die na een omvangrijke taak den grondslag heeft gelegd voor dit nieuwe leden- en zaken- besluit. Een woord van groote erkentelijkheid richt spre ker tot den Bondsdirecteur, voor de uitnemende wijze, waarop hij het voorzitterschao van de Studie-Commissie waargenomen en het besluit thans toegelicht en verde digd heeft. Na een geanimeerde rondvraag is de vergadering 's avonds te ruim half acht gesloten. Uitspraken Commissie van Geschillen. De Commissie van Geschillen (Tweede Kamer) heeft in haar op Woensdag 8 Januari 1936 gehouden zitting de navolgende uitspra ken gedaan: Inzake het door den heer H. C. v. d. Waarden, exploitant van de Stadsschouwburg Bioscoop en het Chicago Theater te Tilburg op •1 December 1935 aanhangig gemaakt geschil contra de N.V. Publici teitsbureau voorheen Jos. van Biene (Puvabi) gevestigd te Rotter dam: Ie. dat aan eischer (v. d. Waarden) moet worden toegewezen zijn vordering inzake de achterstallige betalingstermijnen der tus- schen partijen bestaande overeenkomst en gedaagde (Puvabi) mitsdien moet worden veroordeeld om aan eischer te betalen het gevorderd bedrag, alsmede de gevorderde rentevergoeding a 6 's jaars vanaf den dag, dat de vorenbedoelde termijnen vervielen tot aan den dag der voldoening; 2e. dat de ingestelde vordering tot ontbinding der op of omstreeks 10 Mei 1933 tusschen partijen gesloten overeenkomst en tot uit levering aan eischer der door gedaagde terzake van de pro jectiereclame in de Stadsschouwburg Bioscoop en het Chicago Theater te Tilburg met derden afgesloten contracten niet ontvan kelijk moet worden geacht; 3e. dat gedaagde moet worden veroordeeld in de kosten van het geschil, bedragende 20. Deze uitspraak is gegrond op de navolgende overweging: dat gedaagde geenerlei verweer ter kennis van de Commissie heeft gebracht; dat de ingestelde vordering aan de Commissie rechtmatig en ge grond voorkomt en door de aan de Commissie overgelegde be scheiden wordt gestaafd; dat echter door eischer ten aanzien van de ingestelde vordering tot ontbinding der tusschen partijen op of omstreeks 10 Mei 1935 gesloten overeenkomst en tot uitlevering aan eischer der door ge daagde terzake van de projectiereclame in de Stadsschouwburg Bioscoop en het Chicago Theater te Tilburg met derden afgesloten contracten, geen enkele grond is aangegeven, en deze vordering overigens niet steunt op de vorenbedoelde overeenkomst, weshalve deze vordering van eischer niet ontvankelijk moet worden geacht; dat uit het vorenstaande volgt, dat de vordering van eischer be treffende de achterstallige betalingstermijnen behoort te worden toe gewezen en gedaagde mitsdien moet worden veroordeeld om aan eischer te betalen het gevorderd bedrag, alsmede de gevorderde rentevergoeding en tevens in de geschilkosten. Inzake het door den heer J. Godefroa, exploitant van het Ooster Theater te Amsterdam, op 4 December 1935 aanhangig gemaakt geschil contra den heer P. H. Bakker, exploitant van het Odeon Theater, eveneens te Amsterdam, dat aan eischer zijn vordering moet worden ontzegd met zijne veroordeeling in de geschilkosten, bedragende 20.zulks op grond van de overweging: dat eischer stelt, dat hem door de N.V. Eindhovensche Bioscoop Maatschappij (Afdeeling M.H.D. Concern ter productie van films) te Eindhoven het recht was overaedragen om de door genoemde maatschappij geproduceerde film „Op Hoop van Zegen' In de ver- tooningsweek aanvangende 22 November 1935 in zijn theater te ■''"rtoonen, waarbij hij zich tevens het recht had bedongen deze vertooningeu één week '.e prolongeeren, doch dat in het door ge daagde geëxploiteerde Odeon Theater te Amsterdam gedurende de week, dat eischer de film „Op Hoop van Zegen" in prolongatie vertoonde, eveneens genoemde film is vertoond, nadat reeds eerder een projectieplaatj en vanaf 25 November een zgn. voorfilm be treffende „Op Hoop van Zegen' in dat theater was vertoond; dat eischer, die aan voormelde productiemaatschappij, die geweten moet hebben, dat hij de film prolongeerde, verwijt, dat zij des ondanks de film gedurende die prolongatieweek aan gedaagde heeft geleverd, verder stelt, dat gedaagde om hem (eischer) te benadee- len opzettelijk de film „Op Hoop van Zegen" heeft ingezet in het

Historie Film- en Bioscoopbranche

Ledenbulletin en maandelijkse mededelingen | 1936 | | pagina 6