MAANDELIJKSCHE M E DEDEELINGEN. Meer speciaal zal het de taak dezer Commissie zijn te onderzoeken, in hoever de ontwikkeling der televisie verband houdt met het film- en bioscoopbedrijf, zulks met het oog op de bescherming en de bevordering van de belangen van dit bedrijf, met name, of de basis der televisie al dan niet zal berusten op het gebruik maken van films, of de exploitatie der televisie zal geschieden middels het radiotoestel in de huiskamer of ook middels ruimten voor openbare doeleinden en van welken in vloed de televisie door haar verwantschap met het film beeld in ieder geval zal kunnen zijn op de structuur van het film- en bioscoopbedrijf. Het is de bedoeling, dat de Commissie het Hoofdbe stuur voortdurend en zoo lang noodig van voorlichting dient met betrekking tot het televisievraagstuk in zijn ge- heelen omvang, dat zij dus op gezette tijden rapport uit brengt van haar bevindingen, aanstonds waarschuwt, wanneer belangrijke en ingrijpende veranderingen op til mochten zijn, van advies te dienen bij desbetreffende, eventueel voorkomende gelegenheden en eventueel con crete voorstellen doet inzake de houding, welke de Bond nopens het televisievraagstuk zal hebben aan te nemen. Wij zien met belangstelling de resultaten van de werkzaamheid dezer commissie, welker installatie eerst daags verwacht kan worden, tegemoet. ORDEVERSTORING IN BIOSCOPEN. In de Maandelijksche Mededeelingen van Mei j.1. releveerden wij in een artikel onzerzijds over „Baldadig heid in Bioscooptheaters" de eenigszins ridicule ten lastelegging, waartoe het O.M. bij het Haarlemsche Kantongerecht zijn toevlucht had moeten nemen om een aantal jongelui, die zich in de bioscoop aan ernstige ordeverstoring hadden te buiten gegaan, in staat van beschuldiging te kunnen stellen. Het O.M. had destijds overtreding van art. 158 van de Algemeene Politieverordening der gemeente Haar lem ten laste gelegd, welk artikel verbiedt het baldadig geraas in tapperijen. Omdat nu ook de bioscoop in casu een verlof A was verleend, werd zij gelijk gesteld met een tapperij. De Haarlemsche politieverordening bleek inderdaad zoodanig gebrekkig geredigeerd te zijn, dat gelegen heden van openbaar vermaak, zooals b.v. een bioscoop, daarin slechts gerubriceerd konden worden onder ..tap perijen". Wij vestigden er toen de aandacht op, dat ook in het algemeen genomen elders in dit opzicht ernstige lacunes bestonden en wij gaven als onze meening te kennen, dat het onderhand tijd werd, dat na de eman cipatie, welke het Nederlandsche film- en bioscoopbe drijf in een veertigjarige evolutie heeft bereikt, wette lijke maatregelen zouden worden genomen met betrek king tot de orde in bioscopen. Een goede stap in deze richting achten wij de aan vulling van de algemeene politieverordening, zooals deze door de Commissie voor de Strafverordeningen te Amsterdam aan den Raad wordt voorgesteld. Deze Commissie schrijft o.m. aan den Raad: ,.De ordeverstoringen bij tooneel- en bioscoop voorstellingen, welke eenigen tijd geleden hebben plaats gevonden, hebben de wenschelijkheid doen blijken van het opnemen in de Algemeene Politie verordening van een bepaling, op grond waarvan snel tegen dergelijke ordeverstoringen kan worden opgetreden. Voorgesteld wordt de strafmaat te be palen op een geldboete van ten hoogste 75.of hechtenis van ten hoogste twaalf dagen, terwijl voorts de mogelijkheid van verbeurdverklaring van de voorwerpen, waarmede de overtreding is ge pleegd, ware te scheppen." Het lijdt geen twijfel of de Raad zal het met dit voor stel van de Commissie eens zijn. Mogen de overige ge meenten in ons land het Amsterdamsche voorbeeld volgen! AANVRAGE VOOR HET LIDMAATSCHAP. Voor het lidmaatschap van den Bond heeft zich aan gemeld de heer J. S. Thedinga Jr., wonende te Assen, die de Schouwburgbioscoop te Zutfen in exploitatie zal gaan nemen. Eventueele bezwaren tegen toelating moeten schrif telijk vóór 10 Augustus a.s. bij het Hoofdbestuur wor den ingediend. WIJZIGING NAAM- EN ADRESLIJST. In de naam- en adreslijst van den Bond dienen de volgende wijzigingen te worden aangebracht: Pag. 41: Het adres van het Filmverhuurkantoor Cen- trafilm te Dordrecht, tot dan toe Groote Kerksbuurt 3958, is gewijzigd in Nieuwe Haven 33, telefoonnum mer ongewijzigd. Pag. 43: Het adres van de Hispano Filmfabriek te Amsterdam is thans gewijzigd in Haagsche Bosch 11 te Den Haag. TOEPASSING ART. 17 DER STATUTEN. Het Hoofdbestuur heeft in zijn vergadering van Dins dag 30 Juni 1936 ingevolge het bepaalde in art. 17b der Statuten besloten aan de firma M, A. Friedman (Splendid Film) te 's-Gravenhage de straf van boete tot een bedrag van 1000.op te leggen, zulks op grond van de overweging: dat vaststaat, gelijk door de heeren Friedmann is toegegeven, dat zij op of omstreeks 2 Februari 1935 een groot aantal oude film- copieën hebben verkocht aan een zekeren heer G. H. C. Vreeden- burgh te 's-Gravenhage, zonder dat zij van den heer Vreedenburgh hebben ontvangen een verklaring, als bedoeld in sub A. van het Bedrijfsbesluit inzake den Verkoop van Films, vastgesteld in de. algemeene ledenvergadering dd. 13 Maart 1933; dat weliswaar de heeren Friedmann zich erop beroepen, dat op de quitantie, welke zij aan den heer Vreedenburgh voornoemd tegen betaling van het overeengekomen bedrag hebben verstrekt, is ver meld: ,.Deze verkoop is geschied onder Voorwaarden van den Ne- derlandschen Bioscoop-Bond, Amsterdam", doch dat daarmede geenszins geacht kan worden te zijn voldaan aan hetgeen de leden van den Bond volgens vorenvermeld Bedrijfsbesluit bij het ver- koopen van films aan niet-leden verplicht zijn te doen; dat evenzeer ongegrond moet worden geacht het beroep van de heeren Friedmann, als zouden zij geen kennis hebben gedragen van het Bedrijfsbesluit inzake den Verkoop van Films, daar ieder lid van den Bond geacht moet worden den inhoud der Statuten. Regle menten, Bedrijfsbesluiten en andere Besluiten van den Bond te ken nen en bovendien vaststaat, dat de tekst van het betreffend Be drijfsbesluit aan de heeren Friedmann korten tijd na de vaststelling van he Besluit is toegezonden; dat het Bedrijfsbesluit inzake den Verkoop van Films ten doel heeft te voorkomen, dat oude films, welke aan niet-leden van den Bond worden verkocht, zonder schriftelijke toestemming van het Hoofdbestuur in Nederland zullen worden vertoond in strijd met eenige bepaling, die voor de leden van den Nederlandschen Bio scoop-Bond zelve geldt voor de vertooning van films in Nederland blijkens de Statuten of Reglementen van den Bond of blijkens eenig ander door den Bond genomen Besluit; dat, doordat de heeren Friedmann verzuimd hebben de vereischre verklaring door den heer Vreedenburgh te laten onderteekenen. zij zich zeken en den Bond de gelegenheid hebben ontnomen tegen te gaan. dat de verkochte films in strijd met de vorenbedoelde Bonds bepalingen in Nederland worden vertoond, zooals reeds het geval is geweest met twee van dez» films, die in een bioscooptheater te Leiden gedurende den tijd, dat door de Filmhuurschuld Commissie den boycot ten opzichte van dit theater was uitgevaardigd, zijn vertoond, terwijl het Bedrijfsbesluit inzake den Verkoop van Films juist beoogt te voorkomen, dat oude films, die aan niet-leden zijn verkocht, aan geboycotte theaters worden geleverd; dat de heeren Friedmann zich dan ook niet alleen hebben schul dig gemaakt aan een overtreding van het Bedrijfsbesluit inzake den Verkoop van Films, doch tevens gehandeld hebben in strijd met de algemeene belangen van het Nederlandsche film- en bioscoop bedrijf, met de zorg waarvoor, evenals voor deszelfs waardigheid het Hoofdbestuur ingevolge artikel 16 der Statuten speciaal is belast; dat het Hoofdbestuur, in aanmerking nemende, dat thans voor de eerste maal artikel 17 der Statuten op de heeren Friedmann moet worden toegepast, het bedrag der boete heeft beperkt tot het bedrag, dat genoemde heeren als koopprijs der aan den heer Vree-

Historie Film- en Bioscoopbranche

Ledenbulletin en maandelijkse mededelingen | 1936 | | pagina 3