- 9 -
instantie zou kunnen gaan bezig houden. De installatie
van de commissie zal in januari a.s. plaats vinden.
k Collectieve PR.-activiteiten
Door de heer de Wit is namens de Commissie Afdelings
fonds gerapporteerd, dat het saldo van dit fonds per 1
december 1969 f.13.029,5^ bedroeg.
Per 1 januari 1969 was het saldo f.2.915,1^, terwijl in
1969 een bedrag van f.10.787,50 is ontvangen. In de eer
ste 11 maanden van 1969 werd een bedrag van f.673,10 uit
gegeven. Door het Bestuur is medegedeeld, dat de tweede
voorlichtingsfilmdag zal plaats vinden op 2k april 1970
en dat besprekingen gaande zijn om voor deze gelegenheid
door leerlingen van de Filmacademie een instructieve kor
te film te laten maken over de filmproduktie als zodanig.
Verder is door het Bestuur medegedeeld, dat besprekingen
gaande zijn met Mr H.P.M. Strijers inzake de mogelijkheden
van redactionele publiciteit op het gebied van de film-
produktie in daarvoor in aanmerking komende tijdschriften.
Mr Strijers is publicist en PR-adviseur en hij is be
reid een voorlopig onderzoek in te stellen naar de be
staande mogelijkheden5 teneinde voorstellen te kunnen doen
voor de meest geschikte wijze van publiciteit
(sales promotion).
Het Bestuur heeft voorgesteld om voor deze voorbereidende
werkzaamheden een bedrag van maximaal f.1.000,-- uit het
Afdelingsfonds ter beschikking te stellen, waarmede de
vergadering akkoord is gegaan.
Vervolgens is door het Bestuur uiteengezet, dat op basis
van suggesties die door de heer P.H. Frankfurther zijn
gedaan, wordt overwogen om in het najaar van 1970 een
festival te organiseren voor steden-filmsteneinde langs
deze weg de aandacht van de Nederlandse gemeenten te ves
tigen op de mogelijkheden van filmproduktieHet Bestuur
is van oordeel dat het hier gaat om een controleerbaar
terrein, zodat het geheel als een experiment kan worden
gezien. De heer Frankfurhter heeft zich bereid verklaard
tegen vergoeding van de te maken kosten een onderzoek in
te stellen naar de beschikbare films op dit gebied in
Nederland, West-Europa, Canada, de Verenigde Staten en
mogelijk nog een aantal andere landen. Op grond van zijn
bevindingen kan dan nader worden bepaald of de organisa
tie van een festival reële mogelijkheden biedt»
De vergadering betoonde zijn instemming met dit denkbeeld
en machtigde het Bestuur een en ander nader uit te werken,
zulks ten laste van het Afdelingsfonds
Tenslotte kwam het ledenbulletin ter sprake, dat algemene
instemming vond en waarbij een beroep op de aanwezigen
werd gedaan van tijd tot tijd bijdragen voor dit bulletin
te leveren.