GESCHENK FILM- EN BIOSCOOPBE DRIJF AAN HET PRINSELIJK PAAR. Het is vanzelfsprekend, dat de aanstaande fees telijkheden in verband met het prinselijk huwelijk, in de vergaderingen van het Hoofdbestuur van den Nederlandschen Bioscoop-Bond een punt van diepgaande gedachtenwisseling hebben uitge maakt. Daarbij heeft vooropgestaan de gedachte, dat het Nederlandsche film- en bioscoopbedrijf, nu in deze dagen zoovele uitingen van sympathie naar de Kroonprinses en haren aanstaanden Gemaal uitgaan, op -waardige en royale wijze uiting be hoort te geven aan de gevoelens van burgerzin en vaderlandsliefde van allen, die bij dit bedrijf be trokken zijn In den boezem van het Hoofdbestuur is dien tengevolge het plan gerijpt om, zoo mogelijk, een uiterst origineel geschenk aan te bieden, een ge schenk n.L, dat geheel gehouden is in het raam van de cinematografie en derhalve, wat zijn karak ter betreft, een weerspiegeling vormt van het be drijf, hetwelk door de gezamenlijke gevers wordt uitgeoefend. Nadere mededeelingen kunnen hieromtrent uiter aard eerst worden gedaan, zoodra het Prinselijk Paar zijn toestemming zal hebben verleend en het noodige overleg zal zijn gepleegd met het Cen traal Comité tot aanbieding van het Nationaal Huwelijksgeschenk. Het is n.1, de bedoeling, dat het geschenk een onderdeel uitmaakt van het Nationale geschenk en zijn bestemming vindt in het Paleis Soestdijk. GUNSTIGE BESLISSING HAAGSCHE HOF IN BUMAPROCEDURE. Het Gerechtshof te 's-Gravenhage heeft op Maandag 30 November j.1. in hooger beroep ar rest gewezen in de Bumazaak, waarbij het ging om de beslaglegging van entreegelden in het Asta- theater te 's-Gravenhage tijdens de vertooningen van de film „Savoy Hotel 217". De President van de Rechtbank had dit beslag onrechtmatig gevonden en derhalve de opheffing ervan gelast. Het Gerechtshof heeft thans de beslissing van de Rechtbank bevestigd en daarmede den Neder landschen Bioscoop-Bond ook in deze zaak in het gelijk gesteld. WAARSCHUWING. De heer A, W. Goossens, Waalsdorperweg 40 te Den Haag, heeft onder den naam „Maatschap pij tot Exploitatie van Smalfilmtheaters ,,Cineone" i.o." een onderneming gesticht en stelt door middel van advertenties aan personen, die geld in zijn on derneming willen investeeren, een directeursfunc tie in het vooruitzicht. Het Hoofdbestuur geeft den leden in overwe ging, alvorens met den heer Goossens relaties aan te knoopen, zich om nadere inlichtingen tot het Bondsbureau te wenden. AANMELDING LIDMAATSCHAP. Voor het lidmaatschap van den Bond heeft zich aangemeld de heer J. Buisman, die voornemens is het Prinsen Theater te Amsterdam te exploi- teeren. Eventueele bezwaren tegen toelating moeten uiterlijk vóór 10 December a.s. bij het Hoofdbe stuur worden ingediend. TERUGGAVE WAARBORGSOM. Door het Hoofdbestuur is op diens verzoek van het lidmaatschap vervallen verklaard de heer A, F. Bon, directeur van de F.T.L. Film (Film technische Leergang) te Amsterdam. Voorts heeft bedankt voor het lidmaatschap de heer L van Daalen te Middelburg, vroeger ex ploiteerend de Electro Bioscoop aldaar, In verband met de teruggave van den ingevolge art. 3 van het Algemeen Reglement gestorten waarborg moeten de leden, die eventueel nog vor deringen op vorenvermelde heeren hebben, hier van vóór of uiterlijk op 15 December a.s. schrifte lijk opgave doen aan het Bondsbureau. UITSPRAKEN RAAD VAN BEROEP. UITSPRAKEN COMMISSIE VAN GESCHILLEN. De Raad van Beroep (Eerste Kamer) heeft in zijn zitting van Woensdag 28 October 1936 in hoogste instantie o.m. nog de navolgende uitspraak gedaan: Inzake het door Paal de Caluwe en Jos. Dua, beiden wo nende te Antwerpen, en Willi Weitz, wenende te Brussel, tezamen handeldrijvende onder den naam „Minerva Film", gevestigd te Brussel, bij schrijven dd. 20 Juni 1936 aanhan gig gemaakt hooger beroep van het vonnis der Commissie van Geschillen, gewezen op 24 Juni 1936 en ter kennis van partijen gebracht op 7 Juli 1936, inzake het geschil tusschen' voornoemde „Minerva Films" en de Monopole Film N.V. te Rotterdam, dat het vonnis waarvan beroep moet worden be vestigd en appellanten moeten worden veroordeeld in de kos ten der arbitrage zoowel voor wat betreft die der Commissie van Geschillen, als die van den Raad van Beroep, tot en met het deponeeren van dit vonnis ter griffie van de Arrondis- sements Rechtbank te Amsterdam, bedragende 195.zulks op grond van de overweging: dat het beroep van appellanten ongegrond moet worden geacht op dezelfde motiveering, die aan het vonnis der Com missie van Geschillen ten grondslag ligt; dat de Raad van Beroep zich ook overigens geheel met de motiveering van het vonnis der Commissie van Geschillen kan vereenigen; dat mitsdien het vonnis der Commissie van Geschillen moet worden bevestigd. De Commissie van Geschillen (Eerste Kamer) heeft in haar op Maandag, 2 November 1936 gehouden zitting de navolgende uitspraken gedaan: Inzake het door den heer P. Vermeer Jr., eigenaar van het Filmverhuurkantoor F.A.N, te Zandvoort op 4 September 1936 aanhangig gemaakt ge schil contra de N.V. Cinema Royal, gevestigd te Amsterdam, dat aan eischer (Vermeer) zijn vordering moet worden ontzegd met zijne veroordeeling in de geschilkosten, bedra gende ƒ20.zulks op grond van de overweging: dat eischer stelt, dat hij in den herfst van 1929 met wijlen den heer J. Veerman in diens hoedanigheid van directeur van gedaagde een overeenkomst is aangegaan inzake den zgn.

Historie Film- en Bioscoopbranche

Officieel Orgaan | 1936 | | pagina 7