hoorlijk uit en veelal zijn ze gemonteerd tot een
uitstekend geheel, dat, hetzij het in Nederland
dan wel elders in Europa of Amerika wordt ver
toond, een indrukwekkend beeld biedt van de waar
lijk grootsche en vorstelijke plechtigheid, een beeld,
dat voorzoover het ons land aangaat de
liefde tot ons vorstenhuis slechts kan verstevigen
en voorzoover het het buitenland betreft het
aanzien van ons vorstenhuis en ons volk slechts
kan doen stijgen.
Men gelieve hierbij te bedenken, dat men het
Prinselijk Paar niet van dichtbij ziet omdat den
operateurs de gelegenheid is onthouden op korten
afstand bijv. bij het in- en uitstijgen te filmen.
Verder was het zeer moeilijk een overzicht van den
geheelen Bruidsstoet te krijgen omdat deze niet
een aaneensluitend geheel vormde.
Ook de service van de ondernemingen, die de
verfilming hadden te verzorgen, liet niets te wen-
schen over.
Denzelfden middag nog liepen om drie uur reeds
de eerste opnamen in de Haagsche theaters en den
zelfden avond werden de actualiteiten vertoond in
de voornaamste theaters tot in de uithoeken van
ons land.
Er is onder de gegeven omstandigheden van de
betreffende bedrijven enorm veel gevergd. Zij
hebben moeten werken onder een ongekenden
hoogdruk, met een maximum aan vakmanschap,
met de preciesheid van de klok en, naar verhou
ding, met de capaciteit van een rotatie-pers.
De betrokkenen hebben deze krachtproef op uit
stekende wijze doorstaan. De beteekenis hiervan
komt des te duidelijker naarvoren, wanneer we
bijvoorbeeld in diverse bladen lezen, dat op den
avond van den 7en Januari de exploitanten van
de feestelijkheden in het R.A.I. gebouw te Am
sterdam de bezoekers in de gelegenheid wilden
stellen reeds dien avond een journaal van de hu-
welijksplechtigheden in Den Haag te aanschouwen.
De zaal, waarin de vertooning zou geschieden,
liep weldra vol. Het journaal bleek echter volko
men ongenietbaar te zijn en het publiek, dat immers
op het gebied van film uiterst verwend is, begon
te joelen en te fluiten en eischte zijn entreegeld
terug.
De exploitanten hebben ten langen leste besloten
het geld terug te betalen en de vertooning te
staken.
Naar bekend geworden is betrof het hier een
journaal, samengesteld uit opnamen van amateur-
smalfilmers.
Hiermede is wel het beste bewijs geleverd, dat
het bedrijf te moeilijk en te ernstig is, dan dat het
zoo maar voor iederen leek toegankelijk zou zijn.
Hoe zou het ook anders?
Onze bedrijven immers hebben niet voor niets
kapitalen ten koste gelegd om datgene te kunnen
bereiken, wat zij thans hebben bereikt. Hier schuilt
een langjarige ervaring achter, een uitgebreide
outillage, een perfecte organisatie.
De Nederlandsche Bioscoop-Bond heeft goed
gezien, toen hij bij de verzorging van de faciliteiten
aan filmoperateurs in samenwerking met de Haag
sche politie, een strenge selectie toepaste. Met
recht schreef het Algemeen Handelsblad, dat ge-
legenheidsfilmtheaters, als die in het R.A.I.-ge
bouw, nooit de beschikking kunnen krijgen over
door vakmenschen gemaakte journaals. Die toch,
worden uitsluitend geleverd aan leden van den
Bioscoop-Bond, d.w.z. aan bestaande bioscoop
theaters.
„Wie een goed journaal wil zien, verschaffe zich
uitsluitend toegang tot een dergelijke bioscoop"
aldus het „Handelsblad".
Het gebeurde in het R.A.I.-gebouw, alsook het
feit, dat we tot heden maar weinig gehoord heb
ben van de resultaten van de verschillende smal-
filmoperateurs bewijst ook, hoezeer het dagblad
„De Morgen" ongelijk had, toen het zich boos
maakte, dat de Bond zich had gekeerd tegen de
overdreven belangstelling, welke voor de plechtig
heden bestond van de zijde van hen, die zich met
het opnemen van smalfilms bezighouden, en dezer
zijds werd verklaard, dat de Nederlandsche Bio
scoop-Bond uitsluitend legitimaties zou afgeven
aan hen, die in het filmbedrijf werkzaam zijn.
Als men dit in verband brengt met de weige
ring om eigen films te verhuren aan anderen dan
leden bioscoophouders, komt de houding van den
Nederlandschen Bioscoop-Bond eenvoudig hierop
neer, aldus dit Blad, dat men niet alleen de eigen
films voor zichzelf houdt, maar dat men het aan
anderen smalfilmers, vertegenwoordigers van
vereenigingen en andere lichamen onmogelijk
wil maken, zelf ook de filmopnamen te verrichten.
„De Morgen" acht zulks een monopolie, dat
volgens haar niet mag worden toegelaten. Zij
voegt daaraan toe, dat de liefhebberij voor het fil
men de laatste jaren in ons land veel opgang heeft