OFFICIEEL ORGAAN
VAN DEN N EDERLANDSCHEN BIOSCOOP-BOND
CONCENTRATIE KATHOLIEK FILMWEZEN
Het kan goed zijn. dat dezerzijds van tijd tot
tijd meer dan gewone aandacht wordt geschonken
aan de houding, welke ten opzichte van de film
in het algemeen, en ten opzichte van het film- en
bioscoopbedrijf in het bijzonder, wordt aangeno
men door die genootschappen, welke zich krach
tens wezen en doelstelling verantwoordelijk achten
voor het geestelijk en zedelijk volkswelzijn.
Wij weten al te zeer, dat de film ten eenen
male wezenselement van ons bedrijf een van die
verschijnselen is in het moderne leven, waarvan
op de massa een overwegende invloed uitgaat; zij
is niet alleen een middel tot amusement, niet alleen
een of andere vorm van kunst, maar ook een
nieuwe, visueele en dynamische taal, welke zeer
bepaalde reacties vermag op te wekken in het
gedachten- en gevoelsleven.
Deze overtuiging waren wij reeds toegedaan in
een tijd, toen er, door welke instantie dan ook.
amper aandacht werd geschonken aan de film en
haar mogelijkheden. Reeds onmiddellijk na zijn op
richting immers heeft de Nederlandsche Bioscoop-
Bond, door hoog verantwoordelijkheidsgevoel ge
dreven, een feilen strijd aangebonden tegen den
stroom van z.g. tendensfilms, waarmede de Neder
landsche filmmarkt in de twintiger jaren vanuit
Duitschland werd overstroomd.
Dank zij eendrachtige samenwerking is de Bond
er destijds in geslaagd een dam op te werpen tegen
den vloed van deze z.g. wetenschappelijke, doch
in werkelijkheid onoirbare en verderfelijke films.
Wij zijn daarom de eersten, die het verklaarbaar
kunnen achten, dat vorenbedoelde genootschap
pen, vooral, wanneer de daaraan ten grondslag
liggende principes Wortelen in de overtuiging van
een groot aantal menschen, ook de film in het
algemee genomen een uitgesproken zedelijken
maatstal aanleggen, zich derhalve met de film wil
len inlaten, daarop invloed wenschen uit te oefe
nen, en, in meer positieven zin genomen, daarvan
ten gunste hunner doelstelling gebruik willen
maken.
Naar den maatstaf dezer zienswijze hebben wij
ook steeds de groote belangstelling gewaardeerd,
welke bijvoorbeeld de katholieken, en in het bij
zonder de Nederlandsche katholieken, de laatste
jaren voor de film en al wat hiermede annex is.
aan den dag hebben gelegd.
Niet altijd konden wij de wijze, waarop deze
belangstelling tot uiting kwam, gelukkig achten.
In den loop der jaren maakten wij immers met ver
schillende groepen en vereenigingen kennis, die
zich ieder op haar wijze op het terrein van de
film hebben geweerd.
De methoden, welke sommige dezer organen,
en voornamelijk sommige personen, die daaraan
leiding gaven, toepasten, en welke dikwijls neer
kwamen op een weinig verantwoorde, ja grieven
de bestrijding van het Nederlandsche film- en
bioscoopbedrijf en van de organisatie, welke dit
bedrijf vertegenwoordigt, veroorzaakten menig
I