331/s jubilea mogen een bewijs zijn van de stabiliteit van het ondernemers-kader. De fatale gevolgen van de vermakelijkheidsbe- lasting, die langzamerhand beginnen door te wer ken, treffen deze menschen en hun gezinnen, ondergraven een bedrijf, dat tot een grooten tak van nijverheid is uitgegroeid en in alle opzichten commercieel verantwoord van opzet is, bedreigen bovendien de film zelve, aangezien het alleen aan een kapitaalkrachtigen bioscoopstand mogelijk is, zooals tot heden, de beste producten van de we reldmarkt onder het Nederlandsche publiek te brengen. Voorwaar derede is hier wel heel ver zoek! Wanneer het Hoofdbestuur besloten heeft een algemeene actie voor te bereiden om te komen tot verlaging en zoo mogelijk tot afschaffing van de vermakelijkheidsbelasting, dan is dit echter niet allereerst, omdat de opgelegde lasten foutief of onredelijk zouden zijn, doch voornamelijk, omdat zij niet langer te dragen zijn. In Amsterdam en Rotterdam alleen reeds geven de recettes sinds 1930 een vermindering te zien met resp. 18 en 18l/2%- En dit bij een toename van bioscoopbezoek met resp. 19 en 29 terwijl niet uit het oog mag worden verloren, dat b.v. in Amsterdam de theatercapaciteit gedurende deze jaren met ruim 40 is toegenomen. De gemid delde entreeprijs in deze gemeenten daalde over hetzelfde tijdvak resp. met 31 en 37 In Den Haag bedroeg laatstgenoemde vermindering Voor wat de kleinere gemeenten aangaat is dit beeld zeker niet rooskleuriger. Het bedrijf heeft zich dank zij een voorzichtig beleid volkomen aangepast aan de veranderde omstandigheden. Er is bezuinigd, waar mogelijk. De organisatie, die geheel dit bedrijf omvat, deed wat ze heeft moeten en heeft kunnen doen. Het bedrijf is streng en tot in détails gereglemen teerd. Sinds meerdere jaren werd de vestigings- mogelijkheid van bioscopen beperkt, terwijl kort geleden zelfs noode is moeten worden overgegaan tot reglementeering van den minimum-entreeprijs. Ondanks dit alles, ondanks het feit zelfs, dat het bedrijf kerngezond is en het zich voortdurend mag verheugen in een stijgende belangstelling van het publiek, heeft het Hoofdbestuur sinds eenigen tijd met bezorgdheid moeten con stateer e n, dat de rentabiliteits-positie van het Nederlandsche film- en bioscoopbedrijf zich minder gunstig laat aanzien. Voor deze bezorgd heid is te meer reden, nu andere bedrijven, die dikwijls ernstig door de crisis getroffen zijn, een lichte opleving te zien geven. Al te dikwijls wordt door een of andere onder neming een beroep gedaan op het Hoofdbestuur om steun en in menig geval zelfs is het Hoofdbe stuur tot een algeheele saneering moeten overgaan, hetgeen, dit zal een ieder duidelijk zijn, bij de typische constructie van het film- en bioscoop bedrijf in ons land, geheel en al door het bedrijf zelf betaald is. Bij de verschillende gevallen, die het Hoofdbe stuur onder de oogen heeft gekregen, is al te zeer gebleken, het zij hier met bitterheid vermeld, dat geen tegemoetkoming noch sanee ring noodig zou zijn geweest, in- di'en niet juist datgene, wat men te kort kwam, had behoeven te worden gestort in de kluis van den ontvanger. Bij vele ondernemingen blijkt de winst, ja meer dan de winst, op te gaan aan vermakelijkheidsbe lastingmet het gevolg, dat van nature gezonde ondernemingen dood bloeden. Dit kan en mag zoo niet langer' Een verarmd bioscoopbedrijf beteekent een gevaar, niet alleen voor de betrokken ondernemers, maar ook voor het algemeen belang, voor de cu!- tureele waarden, die daarmede nauw verbonden zijn. Juist nu, nu het Hoofdbestuur in alle opzichten gedaan heeft, wat mogelijk was, kan het met meer recht en met grooter kans op succes dan ooit, een beroep doen op de overheid, een beroep, niet om hulp of steun, een beroep slechts om opheffing van de achterstelling b ij andere b e d r ij v e n. Het Hoofdbestuur is er zich daarbij van bewust. dat de stappen, welke het binnenkort zal hebben te doen, over stevigen bodem behooren te gaan. Daarom heeft het besloten een enquête in te stellen naar de inkomsten en uitgaven der bioscopen in ons land. Daartoe is aan de leden dezer dagen een cir culaire gezonden, zoodat het Hoofdbestuur spoe dig een volledig inzicht kan hebben in de finan- cieele situatie van het bedrijf.

Historie Film- en Bioscoopbranche

Officieel Orgaan | 1937 | | pagina 5