ten hoogste 4750.te verleenen en in de
dekking daarvan te voorzien bij de begroo
ting voor het jaar 1938;
c. op grond van artikel 31 der Statuten te be
sluiten, dat alle daarvoor in aanmerking
komende leden verplicht zijn aan den ac
countant van den Bond gedetailleerd op
gave te doen van hun ontvangsten, uitga
ven en exploitatie-uitkomsten over 1936 en
hem daartoe inzage te verleenen van hun
boeken en andere terzake dienende be
scheiden.
6. Voorstel van het Hoofdbestuur tot wijziging
van het Minimum-Prijzen-Reglement, vastge
steld in de buitengewone ledenvergadering dd.
2 Augustus 1937, n.1. om in artikel 4.Cc. na
de woorden „reizende bioscopen" toe te voe
gen: behoudens de onder C.b.1. en 4 van dit
artikel bedoelde voorstellingen van gewone
permanente bioscopen".
Door deze toevoeging zal artikel 4.Cc. als
volgt komen te luiden:
„Vaststelling van het maximum-aantal plaatsen,
waarvoor de vastgestelde minimumprijzen mogen gel
den in elke gewone permanente bioscoop afzonderlijk
en voor alle voorstellingen van reizende bioscopen,
behoudens de onder C.b. 1 en 4 van dit artikel be
doelde voorstellingen van gewone permanente biosco
pen; dit aantal kan worden uitgedrukt in procenten
van het totaal-aantal plaatsen, maar mag nimmer meer
bedragen dan 1h gedeelte van dat totaal-aantal."
7. Voorstel van het Hoofdbestuur tot vaststelling
van gewijzigde resp. nieuwe reglementen, over
eenkomstig de door het Hoofdbestuur samen
gestelde concepten, zijnde:
a. Algemeen Reglement;
b. Arbitrage-Reglement;
c. Reglement inzake Levering van Films en
Lijst van Geen Bezwaar;
d. Reglement voor de Filmfabrieken;
e. Reglement voor de Filmproductiezaken;
f. Reglement voor de Filmimportzaken en
Filmverhuurkantoren;
g. Reglement voor de Permanente Bioscopen
en Reizende Bioscopen.
8. Rondvraag en sluiting.
Het Hoofdbestuur,
D. HAMBURGER Jr., Voorzitter.
M. P. M. VERMIN, Secretaris.
TOELICHTING OP PUNT 5 VAN DE
AGENDA DER LEDENVERGADERING
Eenigen tijd geleden heeft het Hoofdbestuur
reeds aankondiging gedaan van zijn voornemen
om een groote landelijke actie te ondernemen voor
verlaging van vermakelijkheidsbelasting, alsook
van de personeele belasting voor het bioscoop
bedrijf. In verband daarmede werden aan de leden
vragenlijsten toegezonden, waarop gedetailleerde
gegevens betreffende de ontvangsten en uitgaven
en de exploitatieresultaten over 1936 kunnen wor
den ingevuld. Deze cijfers moeten dienen als ma
teriaal, waarop de actie zal worden gebaseerd.
Zoowel de invulling dezer lijsten als de ver
werking der opgevraagde cijfers blijken echter
moeilijkheden op te leveren. Vandaar, dat het
Hoofdbestuur in overleg met den Afdeelingsraad
besloten heeft aan de ledenvergadering voor te
stellen de verzameling en verwerking van het
cijfermateriaal op te dragen aan den Bondsaccoun
tant.
Op deze wijze zal een waardevol accountants
rapport verkregen kunnen worden, waarmede
onze argumenten tegen de vermakelijkheids- en
personeele belasting ook in de oogen van de auto
riteiten zullen worden geschraagd.
Wellicht ten overvloede moge er nog op ge
wezen worden, dat het accountantsrapport in een
zoodanigen vorm zal worden gegoten, dat een
overzicht wordt verkregen van de rentabiliteits-
positie van het Nederlandsche bioscoopbedrijf, per
gemeente gegroepeerd, zonder dat daarbij de in
terne exploitatie-aangelegenheden der betreffende
zaken individueel worden blootgelegd.
TOELATING LIDMAATSCHAP
Tot het lidmaatschap van den Bond zijn toege
laten:
de N.V. Ideaal Film Laboratorium, Zwarteweg
20, Den Haag.
de heer R. Uges Jr., als exploitant van het Luxor
Theater te Leiden.
OVERGANGSBESLUIT VAN 1 FEBR. 1937
Het Hoofdbestuur heeft krachtens het Over-
gangsbesluit dd. 1 Februari 1937 toestemming ver
leend aan:
den heer B. Baars, exploitant van de Centraal
Bioscoop te Geertruidenberg, voor het exploitee-
ren van een nieuwe permanente bioscoop in de
gemeente Baarle-Nassau;
de N.V. Rema te Amsterdam tot het in exploi
tatie nemen van het Luxor Theater te Amsterdam;
de heeren P. Melk en J. Klitsie te Vlaardinger-
Ambacht voor het gaan exploiteeren eener perma
nente bioscoop te Maasland.