GEWIJZIGDE TEKST VAN HET „OVER- GANGSBESLUIT" D.D. 1 FEBRUARI 1937. In verband met het besluit van de buitenge wone ledenvergadering van 8 November j.1. tot wijziging van het z.g.n. Overgangsbesluit van 1 Februari 1937, drukken wij onderstaand ter oriënteering van de leden nogmaals den volledi- gen tekst af van voormeld besluit: De buitengewone ledenvergadering van den Nederlandschen Bioscoop-Bond, gehouden te Am sterdam op Maandag, den eersten Februari 1937, gezien: het „Nieuwe Leden- en Zakenbesluit", vastge steld door de alg-emeene ledenvergadering d.d. 10 Februari 1936; overwegende: dat meerdere bepalingen van voorzegd „Nieu we Leden- en Zakenbesluit" voorschriften inhou den, die slechts geldig zijn tot 17 Februari 1937; dat het Hoofdbestuur, van oordeel zijnde, dat verschillende voorschriften vastgelegd in bestaan de bedrijfsbesluiten en reglementen in een of meer bedrijfsreglementen moeten worden samengevat, herzien en aangevuld en dat daarmede het aan brengen van wijzigingen in de Statuten gepaard zal moeten gaan, heeft medegedeeld, dat met de omvangrijke voorbereiding daarvoor een aanvang is gemaakt, maar deze nog niet zoover gevorderd is, dat daartoe bereids voorstellen aan een alge- meene ledenvergadering kunnen worden gedaan; dat het niet gewenscht is om intusschen het „Nieuwe Leden- en Zakenbesluit" te handhaven, behoudens de in dat besluit opgenomen definities van filmfabrieken, filmproductiezaken, filmimport- zaken, filmverhuurkantoren, permanente biosco pen en reizende bioscopen en behoudens de bepa lingen daaruit betreffende „Lijst van Geen Be zwaar"; dat het echter wel gewenscht is; in afwachting van de totstandkoming van een of meer bedrijfs reglementen en de wijzigingen der Statuten, voor het gaan exploiteeren van nieuwe zaken of voor het overnemen van bestaande exploitaties door de leden een voorloopige voorziening te treffen; besluit: A. Voorzegd „Nieuw Leden- en Zakenbesluit" wordt met ingang van 17 Februari 1937 ingetrok ken en buiten effect gesteld, behoudens de hier- voren aangeduide definities en behoudens de be palingen sub 1, „Lijst van Geen Bezwaar" van voorzegd Besluit, welke ongewijzigd van kracht blijven. B. Aan het Hoofdbestuur wordt opgedragen om op aanvragen van de leden tot toestemming voor het gaan exploiteeren van andere dan hun be staande zaken, bedrijfstakken van een filmfabriek daaronder begrepen, schriftelijk en gemotiveerd te beslissen met inachtneming van het bepaalde sub C, zonder welke toestemming de leden geen andere dan hun bestaande zaken, resp. bedrijfs takken mogen exploiteeren. C. De beslissingen ingevolge B. zullen worden gegeven door een Hoofdbestuur, bestaande uit ten minste zeven leden. Bij zijn beslissingen, ingevolge B. zal het Hoofdbestuur de bepalingen van arti kel 8 der Statuten in acht nemen D. Dit besluit treedt in werking op 17 Februari 1937 en blijft van kracht, totdat de Ledenraad (in te stellen ingevolge art. 30 der gewijzigde Statu ten, vastgesteld in de Algemeene Ledenvergade ring van 2 Augustus 1937) zich daarover zal heb ben uitgesproken. KINDERVOORSTELLINGEN IN DE SINT NICOLAASWEEK In verband met de vele verzoeken, welke bij het Hoofdbestuur zijn ingekomen ten aanzien van kindervoorstellingen in de St. Nicolaasweek heeft het Hoofdbestuur bepaald, dat gedurende het tijd vak van 26 November tot 9 December e.k. dit bedrijfsbesluit niet van toepassing be hoeft te worden geacht op kinder voorstellingen, welke door winkeliers het zij alleen, hetzij in samenwerking met anderen in bioscooptheaters worden gegeven. Het doen verstrekken van gratis plaatsbewijzen voor andere dan speciale kindervoorstellingen is natuurlijk niet geoorloofd. Het bedrijfsbesluit blijft ook gedurende voren bedoelde periode volledig van toepas sing op alle andere reclamevoorstellingen, dan vorengenoemde kindervoorstellingen, waarbij nor. male films worden vertoond, alsmede op het doen uitreiken van plaatsbewijzen voor de gewone voorstellingen bij wijze van cadeau-artikelen. 10

Historie Film- en Bioscoopbranche

Officieel Orgaan | 1937 | | pagina 12