OFFICIEEL ORGAAN
VAN DEN NEDERLANDSCHEH BIOSCOO P - BON D
STATUTENWIJZIGING KONINKLIJK GOEDGEKEURD
Nadat bijna veertien maanden verstreken zijn
sedert de Koninklijke Goedkeuring gevraagd is op
de Statuten van den Nederlandschen Bioscoop-
Bond, gewijzigd bij besluit van de Algemeene
Ledenvergadering dd. 2 Augustus 1937, hebben
wij thans het genoegen den leden mede te deelen,
dat de vereischte Bewilliging bij Koninklijk Besluit
van 14 October j.1, is verleend.
Kort geleden nog hebben wij ons in dit Orgaan
moeten beklagen over de zonderlinge departemen
tale voortvarendheid, waarmede de interne belan
gen eener bedrij f svereeniging van eenige impor
tantie als de onze geacht kan worden te zijn,
werden behandeld. Laat ons daar thans aan toe
voegen, dat dit zelfde departement zoo noodig ook
snel weet te handelen. Het persoonlijk contact,
dat het Hoofdbestuur met den vertegenwoordiger
van den Minister van Justitie heeft gehad, heeft
er namelijk toe geleid, dat reeds een week daarna
de gevraagde goedkeuring in ons bezit was. Zij
hierbij opgemerkt, dat de gewijzigde Statuten zijn
goedgekeurd, zooals zij door de Algemeene Leden
vergadering zijn vastgesteld, behoudens eenige
détails van ondergeschikten aard.
De beteekenis der nieuwe Statuten is hier ter
plaatse zoowel als in het laatstelijk verschenen
jaarverslag omstandig uiteengezet. Wij mogen
thans derhalve volstaan met haar in het kort te
releveeren.
Zij komt in de eerste plaats hierop neer, dat
de nieuwe Statuten de mogelijkheid openstellen
om normen aan te geven, waaraan de leden en
adspirant-leden moeten voldoen bij het exploiteeren
hunner bedrijven en zaken, het oprichten van nieu
we en het intreden in, en overnemen van bestaan
de bedrijven en zaken. Hierdoor zijn de pogingen
sedert 1935 telkens voor een beperkten duur
ondernomen, om te komen tot een bedrij f sordening
beëindigd, om plaats te maken voor organieke wet
ten, wetten dus, die rechtstreeks uit de grondwet,
in dit geval de Statuten, voortvloeien. Ten aan
zien van het exploiteeren van bestaande, zoowel als
van nieuwe zaken, zal op deze wijze een regel
matige, veilige weg kunnen worden bewandeld,
waarbij rekening kan worden gehouden met de
evolutie van het bedrijf en de veranderingen in
de economische omstandigheden.
In de tweede plaats bestaat de beteekenis der
Statutenwijziging hierin, dat een nieuwe figuur in
de organisatie haar intrede doet in den vorm van
een Ledenraad. De organisatorische eenheid, waar
mede leveranciers en afnemers in het film- en
bioscoopbedrijf jarenlang op zoo gelukkige wijze
naar buiten zijn opgetreden, krijgt hierdoor ook
naar binnen haar beslag.
Van den Ledenraad zullen 18 individueele leden
deel kunnen uitmaken, te weten, de Voorzitter en
1