OFFICIEEL ORGAAN
BEDENKELIJKE MAATREGELEN
VAN DEN NEDERLANDSCHEN BIOSCOOP - BOND
Kort na de mobilisatie werden wij verrast door
een tweetal maatregelen van de zijde der Over
heid met betrekking tot het vertoonen van films.
In de eerste plaats verscheen een circulaire van
den Minister van Binnenlandsche Zaken, waarin,
zooals uit den tekst, welke elders in dit nummer
is gepubliceerd, kan blijken, er bij de Burgemees
ters op wordt aangedrongen om de exploitanten
van bioscooptheaters zoo noodig onder verwijzing
naar het bepaalde in artikel 19 van de Bioscoopwet
er op te wijzen, dat beelden, welke eenigermate
prikkelend zouden kunnen werken, uit vroeger ge
keurde films of journaals dienen te worden ge
weerd. In de tweede plaats viel er een besluit van
de Huishoudelijke Commissie voor de Keuring van
Films, volgens hetwelk het blijkbaar in de bedoe
ling ligt geen beelden van het oorlogsterrein toe te
laten voor openbare vertooning.
Het heeft het Hoofdbestuur bevreemd, dat deze
voor het film- en bioocoopbedrijf in ons land zoo
uiterst belangrijke maatregelen genomen zijn zon
der de daarvoor in aanmerking komende instantie
in dit bedrijf hierin te kennen, althans in de ge
legenheid te stellen haar zienswijze over de betrok
ken materie kenbaar te maken. Dit valt te betreu
ren, omdat indien dit overleg wel zou zijn ge
pleegd hetgeen, naar wij meenen te weten, ten
opzichte van andere bedrijven bij het nemen van
voor deze bedrijven ingrijpende maatregelen een
goed gebruik is deze maatregelen volkomen
overbodig zouden zijn geweest, althans op andere
wijze evenzeer zou zijn bereikt, wat men heeft
beoogd, en wel zonder in breeden kring ontstem
ming te verwekken.
Immers, dat Nederland, nu het in dit interna
tionaal conflict traditie-getrouw een strikte onzij
digheid in acht zal nemen, alle krachten dient in
te spannen en alle middelen, waarover het be
schikt, dient aan te wenden, om de handhaving
dezer neutraliteit mogelijk te maken, is voor nie
mand in den lande en zeer zeker niet voor ons
een punt van discussie. Want hier is een nationaal
doeleinde aan de orde, waaraan alles onderge
schikt dient te worden gemaakt.
Het mag toch als bekend worden verondersteld,
dat het Hoofdbestuur de nieuw ingetreden situatie
onmiddellijk op de juiste wijze aanvoelde en aan
stonds na het intreden van den oorlogstoestand als
zijn overtuiging te kennen gaf, dat ook het be
drijfsleven en inzonderheid een bedrijfstak als de
1
