OFFICIEEL ORGAAN
NAKEURING VOOR HET ZUIDEN
VAN DEN NEDERLANDSCHEN BIOSCOO P - BON D
Het is bijna drie jaar geleden, dat wij in dit
Orgaan 't was, meenen wij, naar aanleiding
van de publicatie van een Pauselijk schrijven aan
het Amerikaansche Episcopaat, handelend over
film en bioscoop als onze zienswijze te kennen
gaven, dat het verklaarbaar moet worden geacht,
dat genootschappen, welke krachtens wezen en
doelstelling werken voor het geestelijk en zedelijk
volkswelzijn, ook de film in het algemeen genomen
een uitgesproken zedelijken maatstaf aanleggen,
zich derhalve met de film willen inlaten, daarop
invloed willen uitoefenen en er ten gunste hunner
doelstelling zelfs gebruik van willen maken. Een
en ander te meer, wanneer deze beginselen wor
telen in de overtuiging van een groote bevolkings
groep.
Naar den maatstaf dezer zienswijze hebben
wij meermalen onze waardeering uitgesproken
voor de groote belangstelling, welke bijvoor
beeld de Katholieken, in het bijzonder de Neder-
landsche Katholieken, de laatste jaren voor de
film en alles wat daarmede annex is, aan den dag
hebben gelegd. Wij spraken daarbij de hoop uit.
voornamelijk ook in verband met de indertijd tot
stand gebrachte concentratie van het Katholieke
filmwezen in Nederland, dat, nu de Nederland-
sche Katholieken eindelijk een centrale en gezag
hebbende organisatie hadden, waarin zich heel
hun actie op het gebied van de film zou gaan
concentreeren, nog eens een samenwerking tus-
schen het bedrijf en deze actie mogelijk zou zijn.
Wij zijn thans drie jaar verder.
Twee wegen stonden bedrijf en Katholieke Filr„
Actie in dien tijd ter bewandeling open. Eén van
conflicten, welke op den duur ongetwijfeld op
leven en dood zouden zijn uitgevochten, en één
van samenwerking, met eerbiediging van eikaars
belangen, waarbij eenerzijds aan het bedrijf ge
geven zou worden, wat des bedrijfs is en ander
zijds aan het beginsel, wat het beginsel toekomt.
Hoewel door de methoden, welke dikwijls indi
vidueel werden toegepast en meestal neerkwamen
op een weinig verantwoorde, zelfs grievende be
strijding van het Nederlandsche film- en bioscoop
bedrijf en van de organisatie welke dit bedrijf
vertegenwoordigt, het noodige contact bemoei
lijkten, hebben partijen elkaar ten slotte weten te
vinden. Zooals elders in dit Orgaan vermeld, zijn
de gemeentebesturen, aangesloten bij de Vereeni-
ging van Noord Brabantsche- en Limburgsche
Gemeenten voor Gemeenschappelijke Filmkeuring
en de Nederlandsche Bioscoop-Bond een overeen
komst aangegaan, volgens welke voor de exploi
tanten in Noord-Brabant en Limburg, die zich
vrijwillig onder het bijzondere toezicht van de
Katholieke Filmcentrale blijven stellen, naast de
C-films ook de zoogenaamde A- en B-films in
den vervolge zullen worden nagekeurd. De orga
nisatie dezer nakeuring alsmede haar normen, zijn
in de overeenkomst nader uitgewerkt, waarbij
bovendien aan de belangen van het bedrijf de
noodige aandacht is geschonken.
De totstandkoming van dit accoord, dat waar
schijnlijk ter wereld zijn weerga niet vindt, is on
getwijfeld een verheugend feit.
1