deel te kennen, dat, indien wij alleen van den aan vang af de filmzaken zouden hebben behartigd, alles waarschijnlijk anders zou zijn geloopen. Thans is de situatie helaas zoo, dat, ondanks onzen strijd voor de vrijheid van import, de Amerikaansche zaken ons in den steek hebben gelaten. Wij zullen ons echter niet tot prestige-politiek laten verleiden. Integendeel, wij houden er ons van overtuigd, dat het een Amerikaansch en een Nederlandsch belang is, dat de films van de betrokken ondernemingen hier in onze bioscopen worden vertoond. Dit geza menlijk belang moet het sluiten van een redelijk accoord mogelijk maken. Het buitenland mag ech ter niet vergeten, dat wij geplunderd zijn en als het ware opnieuw beginnen. De staat is arm en heeft slechts deviezen in beperkte mate beschik baar. \Vat dit betreft, hebben wij gedaan, wat wij konden. Men zal echter de billijkheid er van moe ten inzien, dat het deviezenvraagstuk onherroepe lijk interne regelingen tot gevolg heeft, die het bedrijf gezond moeten houden. VRIJHEID VAN HANDELEN IN EIGEN LAND. Ondanks alles, aldus spreker, zullen wij baas moeten blijven in eigen huis en onze zwakke posi tie, die een gevolg is van vijf jaar bezetting, zal geenszins aanleiding mogen zijn tot overheersching in nieuwe vormen. Het Hoofdbestuur heeft zich afgevraagd, wat de reden kon zijn van de opzeg ging van het lidmaatschap van den Bond door de Amerikaansche maatschappijen en heeft deze laat ste verzocht de motieven, die hen tot dezen stap gevoerd hebben, te willen mededeelen. Op een juiste motiveering wachten we thans nog. Spreker verklaarde, dat het Hoofdbestuur bereid is overleg te plegen en den Amerikanen de helpende hand te bieden, teneinde het mogelijk te maken, dat deze hun oude plaats wederom kunnen innemen. Door ons aandeel in den strijd, die in de wereld geleverd is voor de vrijheid, meenen wij mede recht te hebben tot vrijheid van handelen in. eigen huis. Wanneer wij hierin niet slagen, hebben wij den oorlog tweemaal verloren en is het met ons ge daan. Door strijd is de Bond geworden, wat hij nu na vijf jaar weer opnieuw is. Wij zijn terugge keerd met gedunde gelederen, verarmd en vaak gedesillusionneerd. Het bestaande apparaat is vol komen uiteengeslagen door de Kultuurkamer, onze fondsen zijn geroofd en door de verwoesting van het Bondsgebouw in Den Haag zijn kostbare ar chieven, bescheiden en gegevens verloren gegaan. HET BEDRIJF LEED GROOTE SCHADE. Van de 410 bioscopen gingen er 26 geheel ver loren en werden er 6 zwaar beschadigd, hetgeen een verlies beteekent van niet minder dan fÖ van het totale aantal zitplaatsen in onze gezamenlijke theaters. De oorlogsschade werd geschat op 12 millioen gulden, exclusief de schade aan het Bio- Vacantieoord, terwijl uit de 2 Nederlandsche film studio's voor rond 2 millioen aan onvervangbaar materiaal naar Duitschland werd gesleept. Boven dien, aldus spreker, zijn thans nog tientallen zaken in beslag genomen, hetgeen dagelijks groote schade met zich brengt. Dank zij uitgebreide sabotage door de leden tijdens de laatste bezettingsmaanden kon den gelukkig de meeste installaties behouden blij ven en zijn door de ijverige bemoeiingen van de Technische Commissie talrijke gehavende instal laties weer bruikbaar geworden. Velen onzer zijn geruïneerd, terwijl het geheele bedrijf onder een ontzettende fiscale last gebukt gaat. Spreker was van meening, dat wij één ding hebben geleerd en dat wij één ding nooit mogen vergeten: de strijd. Deze strijd zal hard zijn, zoowel in ons eigen land als in het buitenlandden hij zal buitengewoon moei lijk zijn, omdat niet altijd met de oude, vertrouwde Joh. Miedema bij zijn 1 groote rede. 9

Historie Film- en Bioscoopbranche

Officieel Orgaan | 1945 | | pagina 11