DE ONGESCHMINKTE FILM. Wmmmmmimm De bekende filmcriticus, de heer Jordaan, heeft op 18 November j.1. voor radio „Herrijzend Ne derland" een causerie gehouden over „de onge schminkte film". In verband met de actualiteit van het onderwerp publiceeren wij hier met toestem ming van den spreker zoowel als van den omroep nagenoeg den geheelen tekst der causerie, daarbij van de veronderstelling uitgaande, dat zij ook onzen leden in hoge mate zal interesseeren. Het is een eigenaardig verschijnsel, dat er nog steeds duizenden zich noemende „film liefhebbers" rondloopen, aldus de heer Jordaan, zonder het geringste besef, hoe óók een film zich, om zoo te zeggen: ,,afschminken" kan als de eer ste de beste tooneelspeler om haar taak in het wérkelijke léven te vervullen. Er bestaat, moet jj men weten, nog een andere soort film dan die,^ welke met pruik en grime drama's opvoert of verhalen vertelt. Er bestaat nog een film, die uit de decors der studio durft te stappen en zich mengt in het gedrang der levende werkelijkheid... schouder aan schouder met u en mij. Het is de soort cinematografie, die de werkelijkheid ziet als een machtig drama van botsende en stuwende krachten die den grooten samenhang der maat schappelijke verschijnselen volgt in zijn groei uit duizend nietige factoren die ons de oogen wil openen voor het boeiende wonder der gewone dingen en daden van allen dag. Zij verschilt in zooverre van de zuivere instructieve „leerfilm" der fanatieke partijgangers, dat zij een hooger en verder doel nastreeft dan de reportage van nuchtere feiten zij komt in zooverre met haar overeen, dat zij in de eerste plaats dienend en absoluut wenscht te zijn. Niemand onzer behoeft het bestaansrecht van de speelfilm in haar streven naar een nieuwen kunstvorm te ontkennen, om desniettegenstaande te beseffen, hoe de „docu mentaire" met haar veelzijdigen artistieken, socia len en philosofischen inslag, een taak heeft aan vaard, waarvan wij de beteekenis nog maar vage lijk beginnen te begrijpen. Het publiek, dat zóó lang verstoken bleef van eerlijke voorlichting, zoo vervolgt de heer Jor daan, staat nu meer dan ooit open voor ieder ernstig betoog ook door middel van camera en microfoon. Welnu voor de film (en voor de Nederlandsche film in het bijzonder) ligt hier mee een prachtige kans open, de vroeger zoo ver waarloosde „documentaire" op het doek te bren gen. Er is een groote en warme belangstelling ontstaan voor alle aangelegenheden het openbare leven betreffende en er is een materiaal dat beter dan eenig ander, menschen en toestanden weet te reproduceerenWanneer deed zich, zou ik willen vragen, ooit schooner gelegenheid voor dit materiaal tot volle krachtsontplooiïng te brengen? Die volle krachtsontplooiïng behoort verder te gaan en hooger te mikken, dan de nuch tere feitenopsomming in den geest van de oude „journaals". De dingen, die zij laat zien te ont leden te verklaren hun functie aan te too- nen in het algemeen verband hun oorzaken zoowel als hun consequenties na te gaan ziehier enkele grepen uit den schat van mogelijk heden, die zich aanbiedt. En ziehier nu de taak van de echte „documentaire", die geen simpele feiten noteert, maar ze groepeert in hun organi- >:;- ^mM'-mmsv-m mi**- iKiiiK 'i mm taSWaÊEmmmiM „De Nederlandsche vloot in actie". Uit de film VRIJ EN ONVERVEERD

Historie Film- en Bioscoopbranche

Officieel Orgaan | 1945 | | pagina 8