EERSTE VERGADERING LEDENRAAD
Als sluitstuk van de organisatorische recon
structie van den Nederlandschen Bioscoop-Bond
werd op 8 Januari 1946 in het Parkhotel te Am
sterdam een vergadering van den Ledenraad ge
houden, waarbij de Bondsvoorzitter, de heer M. P.
M. Vermin, een rede heeft gehouden, waaraan wij
het volgende ontleenen:
,,De tijden veranderen en wij veranderen met
hen, en zoo heeft in ons, niet in dogma's verstard
Hoofdbestuur, de meening postgevat, den Leden
raad te beschouwen niet meer alleen als hof van
cassatie. Men wil den Ledenraad meer en meer
inschakelen in het bestuur, zoodat het negatieve
recht van veto verandert in daadwerkelijke wet-
bevende bevoegdheid. Groote problemen en ver
gaande beslissingen wil het Hoofdbestuur a priori
met U bespreken en overleggen, zoodat Uw col
lege niet meer zal zijn een correctie op het Hoofd
bestuur, maar integendeel zich meer en meer op
genomen ziet in de leiding van ons bedrijf.
Nu wij hier voor het eerst na den verschrik-
kelijken wereldbrand vereenigd zijn om als vrije
burgers van een vrij land onze gemeenschappelijke
taak als Ledenraad te vervullen, heet ik U allen
welkom. Het ontstaan van ons college dagteekent
uit het jaar 1937, toen meer en meer de idee veld
won, dat gemeenschappelijke belangen het best
gediend kunnen worden in organen, samengesteld
uit evenredige vertegenwoordiging der bedrijfs
groepen, waardoor voorkomen werd, dat de eene
groep door een meerderheid van aantal, de andere
groepeeringen zou overstemmmen.
De oprichting van den Ledenraad zou ik willen
noemen de renaissance van den Nederlandschen
Bioscoop-Bond, omdat zij de leden van onzen
Bond hechter aaneensloot; tot het bereiken van
het doel van den Bond, n.1. in het algemeen de
bevordering en behartiging van de belangen van
het Nederlandsche film- en bioscoopbedrijf en de
verheffing daarvan en in het bijzonder de bevor
dering en behartiging van de bedrijfsbelangen van
zijn leden.
Uw rechtsbevoegdheid, omschreven in de Sta
tuten, is wel een zeer voorname, vooral, daar waar
het geldt de beslissingen en besluiten van het
Hoofdbestuur te toetsen aan Uw oordeel. Immers
samengesteld als Uw Raad is uit de beste krach
ten en scherpste geesten onzer organisatie, als con
sequentie van ons democratisch beginsel, zal de
uitspraak van Uw Raad zich niet alleen beperken
tot de concrete zaak, waarover de Raad oordeelt,
maar zal Uw oordeel in vele gevallen een directe
uitspraak zijn over het algemeen beleid van het
Hoofdbestuur.
Uw uitspraken kunnen het Hoofdbestuur tot
steun en aanmoediging zijn in het eene geval, in
het andere geval echter zullen zij mogelijk een
latente, onoverbrugbare controverse tusschen Uw
opvatting van beleid en dat van ons hoogste col
lege tijdig tot uiting doen komen.
En nu op dit plechtige moment van onze eerste
vergadering na den oorlog onze gedachten terug
gaan naar alles wat zoo kort achter ons ligt en
zoo spoedig dreigt vergeten te worden, rijzen voor
mijn geest de schimmen op der tallooze vrijheids-
helden, der talloozen tot den dood gemartelde en
vertrapte menschen, wier eenige schuld was, dat
zij vrijheid van gedachten, van godsdienst en ras
tot hun zienswijze rekenden en ter wier nagedach
tenis ik U verzoek van Uw zetels te rijzen om hen
in eerbied te herdenken. (Hierop werd door alle
aanwezigen een oogenblik van stilte in acht ge
nomen.)
Maar dan gaan ook onze gedachten naar de
ontzettende moeilijkheden dergenen, die midden in
de branding hun bedrijven trachtten te leiden op
een wijze, die den verdrukker het minst welgeval
lig was, die onder moeilijke omstandigheden hun
functie op hooger bevel uitoefenden- met allen
schijn tegen zich tot zoolang 't maar eenigszins
mogelijk was en aan wier beleid en durf ik hierbij
openlijk dank breng.
En dan kom ik vanzelf tot de conclusie, dat
alleen critische beschouwing der feiten, gezien in
de omlijsting van tijd en omstandigheden, de juiste
maatstaf kan zijn. Én wanneer ik spreek over deze
laatsten, die de hitte van den dag hebben gedra
gen, meen dan niet, dat ik denk aan degenen, die
onverstoord tijdens de grootste aller menschen-
slachtingen slechts dachten aan eigen voordeel en
gewin, en die hun primaire menschelijke gevoelens
offerden aan den haat en den mammon.
De
Bondsvoorzitter
de heer
M. P. M. Vermin