ben, dat door U gezegd is, dat op gebieden, waar cultureele factoren in het geding zijn, de Overheid zich zooveel mogelijk zal hebben te beperken. On getwijfeld is dit juist. Toch moge ik U het gaat hier uiteraard om een persoonlijke opvatting in overweging geven, dat wanneer men er toe zou wil len overgaan den weerstand van het Nederlandsche volk ons verzet filmisch uit te beelden, de overheid, evenals dit ten aanzien van de op te rich ten monumenten ter nagedachtenis van slachtoffers van het verzet is geschied, waakzaam zal zijn. Wellicht is hiermede een taak weggelegd voor onze Commissie. Platinablonde schoonheden in huizen met valluiken als draagster van den geest van het Nederlandsche verzet mogen ons bespaard blijven. Door den achterstand op het terrein, waarop wij werkzaam zullen zijn, zal onvermijdelijk van tijd tot tijd in onze Commissie de vraag aan de orde komen, in hoeverre het publiek toegankelijk is voor de hier door U ontwikkelde ideeën, voor zoover deze de. film als cultuurfactor betreffen. Daarbij zal dan wel eens aan de eene zijde den nadruk op het com- ALGEMEEN BEDRIJFSREGLEMENT Het Hoofdbestuur heeft in zijn vergaderingen van 18 December, 15 en 29 Januari besloten toe stemming te verleenen, als bedoeld in artikel 8 van het Algemeen Bedrij f sreglement, aan: Mevrouw J. Groen-van Eekeres en den heer A. A. C. M. van Opstal, tot het overnemen en voortzetten van de exploitatie van de Centraal Bioscoop te Amsterdam, welke bioscoop voorheen werd geëxploiteerd door den heer W. O v. d. Paverd; de heeren J. M. Roosendaal en L. P. Vrolijk (Filmbedrijf Rovo), tot het gaan exploiteeren van een nieuwe permanente bioscoop in „De Harmonie zaal" te Oud-Gastel, zulks onder bepaalde voor waarden; den heer F. Marquinie tot het gaan exploiteeren van de permanente bioscoop „Olympia" te Sas van Gent, zulks onder bepaalde voorwaarden; de heeren A. van den Berg en W. Ch. Peters te Boxmeer, tot het gaan exploiteeren van een nieuwe" permanente bioscoop in het perceel A. 80 te Cuyk aan de Maas, zulks onder bepaalde voorwaarden; den heer W. Th. van Pinxteren te Ravestein, tot het gaan exploiteeren van een nieuwe perma nente bioscoop in het pand Maasplein A. 64 aldaar, zulks onder bepaalde voorwaarden; de heeren J. A. Vriezen, J. G. Vriezen en J. H. Maters te Nijmegen, tot het gaan exploiteeren van een nieuwe permanente bioscoop in het Gebouw „De Eiermarkt", aldaar, zulks onder bepaalde voorwaarden; mercieele belang worden gelegd, terwijl men an derzijds zal vasthouden aan het aesthetische. Hier zal dan in het bijzonder voor mij als voorzitter een taak zijn weggelegd. Ik hoop er in te kunnen slagen U minderheids adviezen te kunnen besparen. Intusschen is heden middag gebleken, uit Uw mededeeling over het standpunt van UjW ambtgenoot van Financiën ten aanzien van de oprichting vaji een filmstudio hier te lande, dat een dergelijk verschil in opvatting over de behartiging van stoffelijke en geestelijke belangen van het. Nederlandsche volk, zij het in geheel ander verband, zich in het Kabinet ook manifesteert. Wellicht zullen wij er in kunnen slagen mede te helpen aan de overbrugging van deze tegenstelling. Intusschen zullen wij slechts door ons werk en door onze samenwerking in staat zijn de taak te vervullen, die U ons heeft toegedacht, t.w. de film de plaats te verschaffen in het Nederlandsche cul tureele leven, welke haar toekomt en daarom zou ik u willen voorstellen, dat wij thans aanstonds met dit werk beginnen." de NV. Gofilex te Leiden, tot het gaan exploi teeren van een nieuwe permanente bioscoop te IJzendijke, zulks onder bepaalde voorwaarden; de NV. Gofilex te Leiden, tot het overnemen en voorzetten van de exploitatie der bioscoop „Neer-, landsch Koffijhuis" te Etten, (welke voorheen werd geëxploiteerd door den heer J. Leyten), eveneens onder bepaalde voorwaarden; de N.V. Wageningsche Exploitatie Mij. „West land" te Wageningen, tot het gaan exploiteeren van een nieuwe permanente bioscoop te Rhenen, zulks onder bepaalde voorwaarden; den heer J. Eichwald te Soestdijk, tot het gaan exploiteeren van een nieuwe permanente bioscoop in het pand Eerste Hoogeweg 27 te Zeist, zulks onder bepaalde voorwaarden; den heer E. F. W. Trijssenaar te Eindhoven, tot het gaan exploiteeren van een nieuwe permanente bioscoop in Hotel Gitsels te Asten, zulks onder be paalde voorwaarden; den heer B. Obdeyn te Enschede, tot het gaan exploiteeren van een nieuwe permanente bioscoop, gelegen in de Tolstraat te Glanerburg, zulks onder bepaalde voorwaarden; den heer E. J. Weier te Rotterdam, tot het gaan exploiteeren van een nieuwe permanente bioscoop in de zaal van den heer J. H. Wijers te Groesbeek. zulks onder bepaalde voorwaarden; den heer B. A. G. Heemskerk te. Bodegraven, tot het gaan exploiteeren van nieuwe permanente bioscopen in het Van Rossum Gebouw te Bodegra ven en in het Nutsgebouw te Schoonhoven, zulks onder bijzondere voorwaarden: 11

Historie Film- en Bioscoopbranche

Officieel Orgaan | 1946 | | pagina 13