FILMVERZENDING Den laatsten tijd worden vele klachten ver nomen over het te laat aan komen van zendingen films, tengevolge waarvan voorstellingen op Vrij dagmiddag en/of Vrijdagavond niet kunnen door gaan, hetgeen niet alleen aan den betrokken ex ploitant groote schade veroorzaakt, maar afbreuk doet aan de reputatie van het Nederlandsche film en bioscoopbedrijf. Te late aankomst van films is in den regel aan een of meer der volgende oorzaken te wijten: Ie. fouten van de exploitanten bij de door zending; 2e. fouten van de filmverhuurders, die bij het accepteeren van inzetdata niet voldoende rekening houden met de mogelijkheden bij doorzendingen over groote afstanden; 3e. fouten van de Nederlandsche Spoorwegen. Wat de eerste oorzaak betreft zij herinnerd aan artikel 19 van de Bondsvoorwaarden, waarin is bepaald, dat de huurder van een film verplicht is de filmrollen en het reclamemateriaal per eerste gelegenheid na de laatste voorstelling door te zen den aan het adres, hetwelk hem door den filmver huurder is opgegeven. Het komt nog al eens voor, dat exploitanten bij de verzending van films deze bepaling niet nauwkeurig in acht nemen. Niet altijd wordt de laatste voorstelling op Donderdag avond gegeven. Vindt de laatste voorstelling op Woensdagavond plaats, dan moet ook onmiddel lijk met de eerste gelegenheid, die nog op Woens dagavond of anders op Donderdagochtend be schikbaar is, de film worden verzonden. Een ex ploitant, die in een dergelijk geval de film pa? op Donderdagmiddag verzendt, is in overtreding en alle gevolgen van die overtreding, b.v. te late aankomst van een film, komen te zijnen laste. De eerste trein, waarmede een film verzonden kan worden, vertrekt in den regel in de zeer vroege ochtenduren. Die eerste gelegenheid moet echter gebruikt worden om de film te verzenden en het is niet geoorloofd de film met een lateren trein mede te geven. Doet men dat toch, dan loopt men het risico, dat de film te laat aankomt met alle onaangename gevolgen, die eraan verbonden zijn. Er zij nog eens nadrukkelijk op gewezen, dat de verzending van de films steeds moet plaats vinden per spoor als expresgoed. Andere wijzen van vervoer zijn niet toegestaan, tenzij daarom trent tusschen den filmverhuurder en den exploi tant een afspraak is gemaakt, maar dan nog alleen voor de bijzondere gevallen, waarop vervoer per spoor als expresgoed niet mogelijk is. Juist in dezen tijd, nu bij de Spoorwegen nog niet alles loopt zooals het voor den oorlog ge bruikelijk was, is de uiterste nauwgezetheid bij het verzenden van films noodzakelijk. Op iederen exploitant, die een film aan een collega heeft door te zenden, rust de verplichting tijdig alle maat regelen te nemen, die een tijdige aankomst van de film waarborgen. Niet alleen moet hij dat doen om zich zelf de betaling van een groote schade vergoeding te besparen, maar ook uit een oog punt van goede collegialiteit. Tot deze zorgvuldigheid behoort ook een goede verpakking van de films. Met een beetje goeden wil is het thans mogelijk paktouw en pakpap-'er van een behoorlijke kwaliteit aan te schaffen. Het behoeft dus niet meer voor te komen, dat een pak bij het vervoer uit elkaar valt met het onaange name gevolg, dat een of meer filmdoozen zoekra ken. Op de pakken moeten duidelijk vermeld wor den naam en adres van den geadresseerde en van den afzender. Het gebruik van speciale plakadressen, die som mige drukkerijen in voorraad hebben, is zeer aan te bevelen, daar deze adressen geheel en al zijn ingericht op de verzending van films. Het is dan ook niet noodig om een reeds vroeger gebruikt plakadres nog eens te gebruiken en daar in wijzigingen aan te brengen op een manier, die maar al te vaak tot misverstanden aanleidinq geeft. Van groot belang achten wij ook het gebruik van speciale strooken. waarop in witte letters met een rooden ondergrond het volgende is gedrukt: FILMS. Onmiddellijke doorzending en aflevering dringend gewenscht. Ook deze strooken zijn voor een luttel bedrag bij eenige drukkerijen verkrijgbaar. Ten aanzien van de tweede oorzaak van ver tragingen, merken wij op, dat sommige filmver huurders nog niet doordrongen zijn van de nood zakelijkheid om doorzendingen over groote af standen te voorkomen. Bij groote afstanden ko men geregeld overladingen voor, die niet alleen tijdverlies veroorzaken, maar de kans op fouten vergrooten. Men moet zich van te voren ervan vergewissen door raadpleging van de dienstrege ling van de Spoorwegen en eventueel door bij de Spoorwegen nader te informeeren, of de door- zending in een dergelijk geval binnen den be schikbaren tijd kan worden uitgevoerd. Men ver- mijde daarbij elk onnoodig risico. Het is niet noo dig, dat een filrricopie steeds maar van de eene uithoek van het land naar de andere wordt door gezonden. Als men bij het inboeken van inzetdata systematisch te werk gaat, dan is" het zeer wel mogelijk de doorzendingen te beperken tot korte afstanden. Daarbij moet men voor oogen houden, dat het beter is desnoods een copie een week stil te laten liggen dan het risico te nemen, dat een copie te laat aankomt, waardoor groote schade voor den betrokken exploitant ontstaat. De laatste oorzaak van te late aankomst van films, ligt bij de Spoorwegen. Helaas zijn de 10

Historie Film- en Bioscoopbranche

Officieel Orgaan | 1946 | | pagina 11