allerlei lieden uit de kring van zwarte handelaars
zich trachtten te werpen op dit bedrijf en dat deze
lieden dikwijls beschikten over apparaten, waarom
de bonafide ondernemers dringend verlegen zaten.
Zij beschikten vaak over alles: over materialen en
zelfs over films, die op allerlei verdachte manieren
in hun bezit waren gekomen.
Men mag er niet aan denken, wat had kunnen
gebeuren, indien er op dat ogenblik niet een orga
nisatie had gereed gestaan, die, met een krachtig
Hoofdbestuur, dat, gewapend met een Algemeen
Bedrijfsreglement, het toezicht op het gebied j/an
het film- en bioscoopbedrijf uitoefende, de storm
niet had kunnen opvangen. Men zou toestanden
hebben gekregen, zoals deze in het buitenland
zich hebben voorgedaan en welke, nu het bedrijf
meer in normale banen is geleid, noodlijdendheid
van de betrokken ondernemersgroep tot gevolg
zouden hebben gehad. Bovendien was het gehalte
van de lieden, die gereed stonden zich op dit be
drijf te werpen, van die aard, dat daardoor al dat
gene, wat door een jarenlange vorming en orga
nisatie aan goeds in dit bedrijf was gewonnen,
met één slag zou zijn vernietigd.
Het Nederlandse film- en bioscoopbedrijf zou
voor j^ren achterop gekomen zijn. Het Hoofdbe
stuur heeft de honderden aanvragen, welke het
bereikten om vestiging van zaken, met grote voor
zichtigheid gehanteerd en alleen toestemming ver
leend in gevallen, waar rekening moest worden
gehouden met het algemeen bedrijfsbelang en hef;
publiek belang. Slechts bonafide ondernemers zijn
toegelaten. Bij deze toelating is in het bijzonder
rekening gehouden met de groeiende behoefte aan
ontspanning door middel van filmvoorstellingen
op het platteland. Het is gebleken, dat vele kleine
gemeenten rijp waren voor een bioscoop.
In al deze gevallen is toestemming verleend,
doch meestal onder de conditie, dat het Hoofd
bestuur, gezien de onmogelijkheid om te bouwen,
zich het recht voorbehoudt, t.z.t. aan al deze zalen
de nodige welstandseisen te stellen. Geen toe
stemming is n.1. verleend, tenzij indien het om
een verbouwing of nieuwbouw ging vergun
ning was verkregen van het Ministerie van Open
bare Werken en Wederopbouw. Tal van kleinere
gemeenten moesten van filmvoorstellingen versto
ken blijven, omdat de voorziening van apparaten
voor de reizende bioscopen, die door de bezetter
waren leeggeolunderd, slechts uiterst langzaam
geschiedde. Hiervan heeft een aantal lieden, dat
films heeft kunnen betrekken buiten het georga
niseerde bedrijf om, tijdelijk kunnen profiteren,
doch naar gelang het bedrijf zich herstelt, zien
ook deze conjunctuurridders hun kansen slechter
worden. Zij moeten ervaren, dat, nu het publiek
wat meer tot bezinning komt, het ten slotte be
hoefte heeft aan behoorlijke films en de zoveelste
rangs-producten, waarmede men tijdelijk genoe
gen moest nemen, verwerpt.
In totaal zijn sedert de Bevrijding krachtens dit
Reglement 154 bioscopen en 4 filmverhuurkanto
ren toegestaan, alsmede drie filmproductiezaken,
enige bedrijfstakken van filmfabrieken en twee
buitenlandse journaals alsmede twee reisbioscopen
met beperkt arbeidsterrein. Thans liggen nog 112
aanvragen te wachten op behandeling, waarvan
het merendeel echter als niet serieus moet worden
beschouwd. Hoewel het Algemeen Bedrijfsregle-
ment uitstekend heeft gefunctionneerd, is noch
tans gaandeweg behoefte ontstaan aan een nieuwe
regeling. Het Hoofdbestuur dreigde door de vele
werkzaamheden die aan de organisatorische lei
ding van het film- en bioscoopbedrijf verbonden
zijn, overbelast te worden, hetgeen een noodza
kelijke vertraging van de behandeling van aan
vragen voor het vestigen van nieuwe zaken of
het overnemen van oude zaken, met zich bracht.
Deze vertraging dient men niet al te tragisch te
zien, omdat wanneer we de prestaties van de af
gelopen jaren overzien, wij nog altijd gaarne ef»n
vergelijking met de behandeling van zaken door
andere instanties aandurven. Ik pretendeer, dat
geen bedrijfsterrein in Nederland een zo ruime
uitbreiding heeft ondergaan als dat van het film
en bioscoopbedrijf in de afgelopen twee en een
half jaar. En dit, ondanks deviezenmoeilijkheden,
moeilijkheden met de technische voorziening en
het bouwverbod. Wij vragen ons wel eens af, of
sommigen niet wat al te gemakkelijk entree heb
ben gekregen. Beseft men wel, dat men door een
vestigingsmogelijkheid in dit bedrijf tegelijk pro
fiteert van de bescherming welke door de bedrijfs-
genoten zorgvuldig is opgebouwd en van de voor
delen welke een door jarenlange ervaring tot in
finesses uitgewerkte organisatie aan zijn leden
biedt. Ik vraag me tevens af, of de Overheid het
grote algemeen belang, dat aan de richtige func-
tionnering van zulk een organisatie verbonden is,
wel voldoende waardeert, al moet ik hieraan toe
voegen, dat indien ik hier soreek van Overheid,
onder bepaalde omstandigheden niet altüd precies
is uit te maken wie nu eigenlijk Overheid is.
Wanneer wij dan ook in het Accoord met de
M P.E.A. enige bepalingen hebben geacceoteerd,
welke neerkomen oo een herziening van de regle
menten van de Bond zodanig, dat pen speciale
Commissie onder de naam Nieuwe Zaken Com
missie in het leven zou worden geroenen. dan was
het mede, omdat de normale ontwikkeling in de
richting van zulk een Commissie wees en omdat
wii oezien onze practiik de absolute overtuiging
hadden, dat deze Commissie nagenoeg over de
gehele linie niet anders zou kunnen handelen dan
het Hoofdbestuur in de afgelooen 2^ jaar heeft
gedaan, met dien verstande, dat zij meer dan het
Hoofdbestuur aandacht zal kunnen schenken aan