Groot-Brittaimfë Italië PRIJS VOOR HET DECOR VAN HET IN TERNATIONAAL FESTIVAL VAN DE FILM CANNES 1951: Suwarof A. Veksler (U.R.S.S.) voor de film „Moussorgsky" Regie: Grigori Rochal; Scenario: Anna Abramovn en Grigori Rochal; Camera: Mikail Maguid en Lev. Sokolski. BIJZONDERE PRIJS VOOR OORSPRONKE LIJKHEID: „The Tales of Hoffmann" Productie en regie: Michaëll Powell en Emeric Pressburger Groot-Brittannië Camera: Christopher Challis; Decor: Hein Heckroth; Montage: Reginald Mills. PRIJS VAN DE INTERNATIONALE CR1- TIEK: „Miracolo a Milano" (Italië). Een speciale beloning van de Internationale Ver eniging der Critici (Fipresci) werd verder toege kend aan Luis Bunuel. BIJZONDERE PRIJS VAN DE COMMISSION SUPÉRIEURE TECHNIQUE voor de technische vormgeving: voor de film „Carnet de Plongée" (Frankrijk). BIJZONDERE PRIJS VAN DE COMMISSION SUPÉRIEURE TECHNIQUE voor technische realisatie: voor de film „The Tales of Hoffmann" (Groot-Brittannië). BIJZONDERE PRIJS VAN DE JURY voor de korte film: „La voie est-ouest" (Polen). PRIJS VOOR DE BESTE NATIONALE KEUZE: Italië. Productiecijfers Blijkens een einde Maart van dit jaar door het Ministerie van Handel van Groot-Brittannië ge publiceerd rapport over de filmproductie is in 1948 een bedrag van 19.319.000 besteed aan de ver vaardiging van Britse films, tegen 7.160.000 in 1937, in welk jaar voor de laatste maal een over zicht van productiecijfers werd gegeven. De kosten van opnamen in het buitenland bedroegen in 1948 niet minder dan 788.000, vergeleken met 74.000 in 1937. Aan huur van studio's, installaties en an dere technische faciliteiten werd een bedrag van £4.319.000 gespendeerd tegen 1.064.000 in 1937. De kosten van materialen, brandstof en energie beliepen 1.408.000 tegen 825.000 in 1937. Het rapport vermeldt dat in 1948 aan lonen en salarissen (buiten die van de figuranten 8.006.000 werd betaald. De figuranten ontvingen 282.000 en werkten 106.000 dagen. Het gemiddelde aantal bij de filmproductie betrokken personen (waaronder niet begrepen de figuranten) was 10.222, zodat per persoon en per jaar 1.158 werd uitgekeerd. Onontvlambare film bespaart het Britse film wezen millioenen ponden De invoering van het onontvlambare filmmate riaal, de zogenaamde safety-film, welker gebruik deze zomer vrijwel algemeen zal worden, heeft de Britse theaterexploitanten waarschijnlijk een bedrag van bijna 30.000.000,— bespaard. De door het Ministerie van Binnenlandse Zaken ontworpen nieuwe algemene brandveiligheidsvoorschriften zijn voorlopig tot het einde van dit jaar opgeborgen en zullen waarschijnlijk worden herzien nadat de des kundigen de gelegenheid hebben gehad zich van de resultaten van het gebruik van het nieuwe mate riaal op de hoogte te stellen. In tegenstelling tot de enorme investeringen, welke op grond van nieuwe veiligheidsvoorschrif ten zouden moeten worden gedaan en welke naar berekening ongeveer 30.000.000,zouden be lopen, komt het gebruik van het onontvlam bare materiaal het bedrijf slechts op ongeveer 1.000.000.per jaar méér te staan, omdat de prijs van dit materiaal nog iets hoger ligt dan voor het huidige materiaal. Met betrekking tot deze ver hoging kan men echter rekening houden met de mogelijke verlaging van de verzekeringspremiën, die door de filmverhuurders worden betaald, als mede met een mogelijke verlaging der transport kosten, door gebruik te maken van minder kostbaar verpakkingsmateriaal. Bericht wordt dat een algehele overschakeling in Engeland op het onontvlambare materiaal bin nen twee of drie jaar zijn beslag zal hebben en dat het Ministerie van Binnenlandse Zaken hiermede hoogstwaarschijnlijk rekening zal houden. Tech nische deskundigen geloven, dat een eventueel nieuw wetsontwerp houdende brandveiligheids voorschriften wijzigingen ten gevolge zal hebben, welke slechts zullen neerkomen op een zeer gering deel van het oorspronkelijk geschatte bedrag. Spe ciale maatregelen zullen echter moeten worden ge nomen tegen particuliere vertoningen van films, welke niet op onontvlambaar materiaal zijn afge drukt. Biënnale 1951 Tijdens de Xllde Internationale Tentoonstelling van Filmkunst (Mostra Internazionale d'Arte Ci- 17

Historie Film- en Bioscoopbranche

Officieel Orgaan | 1951 | | pagina 18