Werkloosheidswet Op 1 Juli 1952 zal in werking treden de Werkloosheidswet, waarbij de verplich te verzekering van werknemers tegen de geldelijke gevolgen van onvrijwillige werkloosheid wordt geregeld. De uitvoe ring van deze wet komt geheel in handen van vak bedrijfsverenigingen. Van rechtswege worden alle werkgevers in een bepaald deel van het bedrijfs leven bij een bepaalde bedrijfsvereniging aange sloten. Het gehele filmbedrijf is ondergebracht bij de „Nieuwe Algemene Bedrijfsvereniging voor Zie kengeldverzekering, Kinderbijslagverzekering en Wachtgeld- en Werkloosheidsverzekering", Singel 126130, Amsterdam-C. Wie onder de verzekering vallen: De kring van de verzekerden is in hoofdzaak gelijk aan die van de Ziektewet, zij het, dat de loon grens voor het wachtgeld der werkloosheidsver zekering 6000,bedraagt. Buiten de kring van de verzekerden vallen o.m.: a. personen, uitsluitend of in hoofdzaak belast met het verrichten van huiselijke of persoonlijke diensten in de huishouding van natuurlijke per sonen; b. personen met een overeengekomen vast loon in geld bij één of meer werkgevers van meer dan 6.000,per jaar. Indien men echter een wisselend loon geniet, valt men ondanks het feit, dat het totale jaarloon meer dan 6.000, kan bedragen, wél binnen de kring van de ver zekerden; c. zij, die alleen in buitengewone gevallen gedu rende korte tijd in loondienst arbeiden; d. zij, die in loondienst werkzaamheden verrich ten, die voor hen van bijkomstige aard zijn; e. personen van 65 jaar en ouder. Het komt vooral bij provinciale bioscopen vaak voor, dat de werknemers (operateurs, portiers, sup poosten enz.) slechts werkzaamheden verrichten, die voor hen van bijkomstige aard zijn. Het is van belang hierbij te vermelden, dat de Centrale Raad van Beroep op 7 October 1937 en nogmaals op 30 November 1950 voor onze leden gunstige uitspraken dienaangaande heeft gedaan. Overigens zal de practijk moeten uitwijzen in welke gevallen van een nevenbetrekking kan worden ge sproken. In twijfelgevallen zal zo nodig een beroep kunnen worden gedaan op een door de Nieuwe Algemene Bedrijfsvereniging in te stellen scheids- gerecht en vervolgens ook op de Centrale Raad van Beroep. Op welke wijze de uitkering wordt verstrekt: De uitkeringen worden onderscheiden in wacht geld- en werkloosheidsuitkering. Aanspraak op wachtgeld ontstaat in de regel eerst, indien de werknemer in de 12 maanden, die aan het intreden van zijn werkloosheid onmiddel lijk voorafgaan, tenminste 156 dagen als werkne mer heeft gewerkt in dienst van één of meer werk gevers, die lid zijn van de bedrijfsvereniging, waar bij zijn laatste werkgever is aangesloten. De werk nemer dient dus tenminste 156 dagen in dezelfde bedrijfstak te hebben gewerkt. Aanspraak op uitkering krachtens de werkloos heidsverzekering kan ontstaan, nadat een werkne mer in de periode van 12 maanden, aan het intre den van zijn werkloosheid onmiddellijk voorafgaan de, tenminste 78 dagen als werknemer in de zin van de wet heeft gewerkt. In dit geval geldt dus niet de eis, dat de arbeid in een bepaald onderdeel van het bedrijfsleven is verricht. Arbeid in alle onderdelen van het bedrijfsleven kan worden mede- geteld. In de regel wordt over de eerste 48 dagen van werkloosheid uitkering verstrekt krachtens de wachtgeldverzekering. Duurt de werkloosheid voort, dan wordt over de volgende 78 dagen uitgekeerd ingevolge de werk loosheidsverzekering. De uitkering wordt in het eerste uitkeringsjaar in het algemeen verstrekt over 126 dagen. De uitkering bedraagt voor de wachtgeldverze kering tenminste en voor de werkloosheidsverzeke ring steeds: 80 voor gehuwde mannen, gehuwde vrouwelijke kostwinners en ongehuwde mannelijke of vrouwe lijke kostwinners; 70 voor ongehuwden, niet kostwinners, van 18 jaar en ouder, die niet bij hun ouders inwonen en 60 voor de overige werknemers van het wettelijk dagloon (maximum 16. Ter verkrijging van deze uitkering moet de werk nemer, die daarop aanspraak meent te kunnen ma ken, bij de betrokken bedrijfsvereniging aangifte doen. Hieromtrent volgen te zijner tijd nadere aan wijzingen. Over de kosten van de verzekering: De kosten van de wachtgeldverzekering, die voor rekening van de bedrijfsvereniging komen, worden gedragen door de werkgevers en de werknemers samen en wel door ieder van hen voor de helft. De premie is door het bestuur van de bedrijfs vereniging vastgesteld en zal behoudens goedkeu- 22

Historie Film- en Bioscoopbranche

Officieel Orgaan | 1951 | | pagina 78