37 dat eiseresses vordering ad niet door gedaagde wordt betwist, en derhalve behoort te worden toegewezen; dat dus gedaagde moet worden veroordeeld tot betaling van een bedrag ad alsmede tot betaling van de geschilkosten die zijn bepaald op 50, RECHTDOENDE ALS GOEDE MANNEN NAAR BILLIJKHEID: VEROORDEELT gedaagde tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan eiseres te betalen de som van als mede tot betaling aan het Secretariaat van de Commissie een bedrag van 50,geschilkosten. Aldus gewezen te Amsterdam op 17 October 1951. In zake: CV. DESMETS BIOSCOOP-EXPLOITATIE, gevestigd te Amsterdam aan de Plantage Middenlaan 4a, eiseres, contra N.V. FILMFABRIEK POLYGOON, gevestigd te Haar lem, Koudenhorn 8, gedaagde De Commissie van Geschillen (Derde Kamer) van de Ne- derlandsche Bioscoop-Bond, volgens de Statuten en het Arbi trage-Reglement van die Bond benoemd en aangewezen als arbitrage-college voor de beslechting onder meer van ge schillen tussen leden van de Bond onderling; IN AANMERKING NEMENDE: dat eiseres bij request dd. 9 Mei 1951 een geschil contra gedaagde heeft aanhangig gemaakt, waarvan een afschrift aan dit vonnis is gehecht en dat beschouwd wordt als hier te zijn ingelast; dat de Commissie partijen heeft opgeroepen tot haar zit ting, gehouden op Woensdag 17 October 1951 op het Bu reau van de Nederlandsche Bioscoop-Bond, Jan Luyken- straat 2, Amsterdam; dat aldaar verschenen zijn de heren Th. M. J. Desmet, be herend vennoot van eiseres, en C. van der Wilden, directeur van gedaagde; dat de Secretaris der Commissie er op heeft gewezen, dat eiseres weliswaar het geschil heeft aanhangig gemaakt tegen Polygoon/Profilti te Haarlem, maar dat uit de bij het geschil behorende stukken blijkt, dat de vordering uitsluitend de N.V. Filmfabriek Polygoon te Haarlem regardeert, zoals hij reeds op 15 Mei 1951 aan eiseres heeft geschreven; dat de heer C. van der Wilden namens gedaagde verklaard heeft er mede accoord te gaan, dat het request van eiseres, waarbij het geschil is aanhangig gemaakt, geacht wordt zo danig te zijn gewijzigd, dat het geschil uitsluitend tegen de N.V. Filmfabriek Polygoon te Haarlem is gericht; dat de heer Th. M. J. Desmet namens eiseres in hoofdzaak heeft verklaard, dat hij nadeel heeft ondervonden door de weigering van de N.V. Polygoon om aan zijn gerechtvaardigd verzoek tot levering van bepaalde! bui tenlandse actualiteiten te voldoen; dat gedaagde weliswaar in zijn brief van 19 December 1950 schrijft, dat het sinds jaar en dag gebruikelijk is belangrijke gebeurtenissen, die buiten de landsgrenzen plaatsvinden, maar waarbij grote Nederlandse belangen betrokken zijn, in het Nederlands Nieuws op te nemen, maar dat dit volgens eiseres niet impliceert, dat zij dan maar met dit gebruik genoegen moet nemen, zodat zij de betreffende opnamen niet in het Wereldnieuws geleverd krijgt; dat daar nog bij komt, dat zij genoegen zou moeten nemen met wat de Redactiecommissie van gedaagde als Nederlands Nieuws in het buitenland be langrijk vindt; dat zij zich op het standpunt stelt, dat onder Nederlands Nieuws uitsluitend datgene valt wat in Neder land gebeurt; dat alles wat in het buitenland gebeurt in de eerste plaats thuis hoort in het Wereldnieuws, dat door ge daagde wordt uitgebracht, en dat dit wat eiseres betreft daarnaast tevens in het Nederlands Nieuws kan worden op genomen; dat de Voorzitter der Commissie er op gewezen heeft, dat eiseres in haar request ofwel de levering van bepaalde actua liteiten ofwel bij gebreke van dien een schadevergoeding van 25,per dag eist; dat hij gaarne zal vernemen of hiermede wordt bedoeld, dat eiseres voor iedere buitenlandse opname, die wel in het Nederlands Nieuws en niet in het Wereld nieuws voorkomt, een bedrag van j 25,per vertoningsdag wenst te ontvangen: dat de heer Desmet namens eiseres hierop bevestigend heeft geantwoord; dat de Voorzitter der Commissie gevraagd heeft of eiseres bereid is formeel aan haar eis toe te voegen: of zoveel minder als de Commissie billijk acht; dat de heer Desmet namens eiseres geantwoord heeft hier tegen geen bezwaar te hebben; dat de heer Van der Wilden namens gedaagde er de aan dacht op heeft gevestigd, dat uit de wijze zoals de kwestie ener eventuele schadevergoeding door de Voorzitter is ge steld zou kunnen worden opgemaakt, dat daarin tevens is be grepen de vermeende schade die in het verleden is geleden; dat zoals gedaagde de klacht leest het echter uitsluitend gaat om de toekomst en dat zij er prijs op stelt, dat ter vermijding van alle eventualiteiten aan eiseres geen gelegenheid wordt geboden om haar oorspronkelijke klacht thans uit te breiden; dat eiserers na ontvangst van gedaagdes brief van 19 Decem ber niets meer van zich heeft laten horen, totdat eiseres op 17 April een uitvoerig telegram aan gedaagde verzond, waar in zij haar oorspronkelijke standpunt weer naar voren bracht; dat het toch te verwachten was geweest, dat, indien eiseres zich met de inhoud van gedaagdes brief van 19 December niet zou kunnen verenigen, zij schriftelijk ofwel mondeling zou hebben getracht gedaagde van de onjuistheid van haar zienswijze te overtuigen; dat in de jaren 1932/1933 het Poly goon-Wereldnieuws is ontstaan; d'at dit journaal oorspron kelijk Eclair heette, hetgeen later is gewijzigd in Polygoons Wereldnieuws; dat uit gedaagdes archieven blijkt, dat ook reeds voor 1933, toen er dus nog geen buitenlands nieuws door Polygoon werd uitgebracht, belangrijke buitenlandse op namen, waarbij Nederlanders waren betrokken, in het Neder landse journaal voorkwamen; dat er in 1933 een buitenlands journaal bij kwam, maar dat toch belangrijke buitenlandse actualiteiten als voornoemd in het Nederlands journaal wer den opgenomen, zoals enige interland voetbalwedstrijden en nog een aantal andere voor Nederland belangrijke gebeurte nissen in het buitenland'; dat er toen nog geen redactiecom missie was, maar dat toch reeds de gedragslijn werd gevolgd, dat de mate van het Nederlandse belang van een gebeurtenis in het buitenland bepaalt, of de opname van die gebeurtenis al of niet in het Nederlands Nieuws thuishoort; dat van het Koninklijk bezoek aan Parijs destijds door gedaagde opnamen zijn gemaakt, die zeer goed zijn uitgevallen; dat gedaagde derhalve aan alle afnemers van het Nederlands Nieuws tele grammen verzonden heeft met het advies voor deze bijzondere actualiteit extra reclame te maken; dat abusievelijk zulk een telegram toen ook aan eiseres is verzonden, hoewel deze het Nederlands Nieuws niet vertoont; dat, toen eiseres daarover telefoneerde, gedaagde onmiddellijk gezegd heeft, dat hier een fout was gemaakt, maar dat zij haar na enige onderhandeling de betroken actualiteiten toch geleverd heeft tegen een be drag van dat op deze wijze toen de moeilijkheden dus uit de weg geruimd zijn; dat gedaagde eiseres vier of vijf weken geleden heeft bezocht om haar er op te wijzen, dat haar journaalcontract automatisch met een jaar zou worden verlengd, indien het niet voor 4 October zou worden opge zegd; dat zij eiseres daarbij heeft verteld niet te zijn ge komen uit angst voor de hangende uitspraak van de Com missie van Geschillen in zake de onderwerpelijke zaak, maar omdat zij, indien de Commissie eiseres in het gelijk zou stel len, gedwongen zou worden het contract te annuleren; dat zij er ook overigens weinig voor voelde het contract onder de huidige omstandigheden te verlengen; dat de Voorzitter der Commissie te kennen heeft gegeven hieruit op te maken, dat het contract dus door gedaagde is opgezegd;

Historie Film- en Bioscoopbranche

Officieel Orgaan | 1951 | | pagina 93