HOGE INZET
en hoogte zich verhouden als 2:1. Bij Cinema-
Scope is deze verhouding 2,66 1. De diepte van
de curve is bijna 1 m. en dus niet groter dan die
van het door CinemaScope gebezigde doek.
Bij de projectie van gewone films met Univer-
sals breedtelens zijn de verhoudingen van het
geprojecteerde beeld 1,85 1. Als men echter
een film opneemt met eenzelfde soort lens, wordt
bij de projectie het gehele scherm bedekt in de
verhouding 2:1. Universal pretendeert dat de
aldus opgenomen films ook als gewone films met
een orthodoxe lens kunnen worden vertoond.
Het meest opmerkelijke van dit projectiedoek
is echter wel, dat het wordt vervaardigd van
doodgewoon neteldoek, maar bedekt wordt met
een door Universal ontwikkeld speciaal materiaal
(waarschijnlijk aluminiumhoudend)Dit doek
heeft een zeer hoog reflectievermogen en wel zo
danig dat zijn intensiteit viermaal zo groot is als
normaal. Volgens berichten zou een verhoging
van de amperage van de projectie-apparaten daar
om niet nodig zijn.
Bij de demonstratie, die zowel volgens de vak-
als de lekenpers een succes was, werden eerst
gewone films vertoond, waarna deze films door
een breedtelens een panoramische projectie kre
gen. Vervolgens werden stereoscopische films,
die uiteraard door brillen met gepolariseerde gla
zen moesten worden gezien, als panoramische
films en op de orthodoxe wijze geprojecteerd.
Volgens ooggetuigen was het beeld buitengewoon
helder en scherp.
VOLGENS voorzichtige schattingen zal de ontwikke
ling van nieuwe methoden, die aan de projectie van
films een ruimtelijke illusie geven, de Amerikaanse
bioscoopexploitanten gedurende de eerstvolgende drie
tot vijl jaar dwingen tot het doen van nieuwe investe
ringen, welke rond 110.000.000 zullen belopen. Dit
bedrag is gebaseerd op de „conservatieve" veronder
stelling, dat niet meer dan 12.000 van de ruim 20.000
gewone bioscopen en van de 4.000 drive-ins nieuwe
of althans gedeeltelijk nieuwe apparaturen zullen aan
schaffen, welke haar in staat zullen stellen panorami
sche of stereoscopische films te vertonen.
Vorengenoemd bedrag wordt door deskundigen ruw
weg verdeeld over de volgende investeringen: 5.000
bioscopen met stereoscopische systemen 6.000.000;
3.000 zalen met stereoscopische systemen èn stereo-
fonische geluidsweergave 36.000.000; 3.000 theaters
mei eenvoudige panoramasystemen 57.000.000 en
1.000 met eenvoudige gemengde systemen 5.000.000.
Bij deze ramingen zijn de deskundigen uitgegaan
van een eenvoudige voorziening met een of ander
systeem. Zij voegen hier echter aan toe, dat zij ver
wachten dat, indien de ruimtefilm zich een vaste plaats
zou veroveren wat zij op goede gronden menen
te mogen aannemen op den duur het overgrote
deel van de theaters zich zodanig zal installeren dat
zij zowel panoramische als stereoscopische films zullen
kunnen vertonen en dat in dat geval de exploitanten
een bedrag zullen moeten investeren dat de
200.000.000, die zij aan het einde der twintiger en aan
het begin der dertiger jaren aan geluidsinstallaties
moesten besteden, verre zal overtreffen. Bij deze ra
ming is uiteraard geen rekening gehouden met de vele
millioenen, die gemoeid zullen zijn met noodzakelijke
verbouwingen, vernieuwingen en verbetering van de
inrichting, extra projectoren, extra werkkrachten enz.
Hoewel deze astronomische cijfers ons mogelijk
overdreven voorkomen en degenen, die de diverse
systemen propageren en die apparaturen of onderde
delen daarvan aan de markt brengen ons maar al te
graag verzekeren, dat het zo'n vaart niet zal lopen,
moeten wij ons toch realiseren, dat het hier zeer voor
zichtige ramingen betreft en dat de gesplitste bedragen
feitelijk slechts als absolute minima kunnen worden
gezien.
Op de tweede plaats dienen wij ons voor ogen te
houden, dat men niet is uitgegaan van de hypothese
van een totale overschakeling van de conventionele
naar de ruimtefilm, maar van de nuchtere gedachte dat
laatstgenoemde een eigen misschien blijvende
plaats zal innemen naast de conventionele film.
Een derde factor, welke men vaak over het hoofd
ziel, vormen de vrij aanzienlijke investeringen, welke
de invoering van de stereofonische geluidsweergave
met gebruikmaking van ten minste drie extra ge
luidssporen zal vergen. En naar het zich laat aan
zien zal men deze geluidstechniek in de toekomst,
óók bij de conventionele film, wel algemeen gaan
toepassen. Amerikaanse deskundigen beramen deze
kosten op een gemiddeld bedrag van 11.000 tot
12.000 per theater. (Britse deskundigen rekenen op
een bedrag, variërend tussen 3000 en 5000.)
Zelfs indien men deze globale kostenanalyse in het
kader van onze bescheiden Nederlandse verhoudingen
ziet, wordt het duidelijk, dat de nieuwe ontwikkeling
op den duur grote investeringen van de bioscoopex
ploitanten zal eisen. Want hoe voorzichtig en wel
overwogen zij ook te werk gaan, zij zullen ten slotte
datgene moeten brengen wat het publiek wenst. En
dan rijst terstond de vraag: Zullen zij dit kunnen doen?
Zullen zij de vereiste reserves kunnen aanleggen?
Tot dusverre heeft de gemeentelijke Overheid over
het algemeen zeer weinig begrip getoond voor de
moeilijkheden waarvoor het filmbedrijf zich door een
afromende belasting, die noodzakelijke reserveringen
onmogelijk maakt, ziet geplaatst. Misschien dat deze
houding voortspruit uit de zalige veronderstellinng, dat
de kip haar gouden eieren wel zal blijven leggen, al
wordt haar voeding schraler en schraler.
Moge deze Overheid echter, eer het te laat is, be
denken, dat een bij de internationale ontwikkeling
achterblijvend en daardoor kwijnend filmbedrijf niet
in het belang van ons land en inzonderheid niet in het
belang van de gemeente is. Laat zij er zich te rechter
tijd van bewust worden, dat de in haar grondgebied
gevestigde bedrijven een hoge inzet zullen moeten
wagen, om aan de vraag van het publiek te voldoen.
illllMIIIIIIIMINf Mlllllllllllillllllllllll
IHIIIIIIIIIIIIMIIIIIIIIIIIIII
lllllllllllllimilJIIIIIIIIIIIIIIIMNIJII
IIIIINIIIMIIIJIIillMIIMIillllllMMINIMUM!
11111111il111111iniii111mHuninnninriiiiiiiiiMiiiiiiiiiiiiiiiii iimmmmmmmml:
''''''MMIMIIIIinillllllllllllllllllllllllllMIIIIIIIIIInlMllllllllllllNIIMIIIIIIMMlIIIMIIIIIIIIIIIIIIIIMIIIIIIIII
iiiiiiiiiiiiinntin
iiliiiliiinimiMiiiiiiiiiiiiiiin