w9 v.'"<« W l M.MM Bladel Sedert het verschijnen van de vorige aflevering van dit orgaan hebben de raden van onderstaande gemeen ten besloten tot wijziging van de verordeningen tot heffing van een belasting op vermakelijkheden of zijn in deze gemeenten wijzigingen in werking getreden krachtens reeds eerder genomen besluiten. Beesel In zijn vergadering van 20 Juni 1955 heeft de Raad van de gemeente Beesel enige wijzigingen in de vermako- lijkheidsbelastingverordening vastgesteld. Op filmvoor stellingen kunnen thans de volgende tarieven worden toe gepast a. 20% voor voorstellingen, waarbij naast andere films Nederlands journaal en/of films, als bedoeld in artikel 1, lid 2, sub 2 der Bioscoopwet met een gezamenlijke lengte van ten minste 500 m worden vertoond b. 10% voor voorstellingen, waarbij de films over het algemeen weliswaar een culturele of opvoedkundige strekking hebben, maar waarbij de verwerking van het onderwerp van dien aard is, dat aan de gehele inhoud van de film niet meer het predicaat van cultureel in zijn geheel kan worden gegeven; c. vrijstelling van vermakelijkheidsbelasting voor voor stellingen, waarbij de gehele film, zowel qua inhoud als qua verwerking van het onderwerp uitdrukkelijk, een godsdienstig, zedelijk, cultureel of opvoedkundig karakter heeft. Met ingang van 12 Augustus 1955 is in de gemeente Bladel de vermakelijkheidsbelasting op filmvoorstellingen verlaagd van 25% tot 20%. De Raad dezer gemeente had in zijn op 3 Februari 1955 gehouden vergadering een dienovereenkomstig door Bur gemeester en Wethouders ingediend voorstel aanvaard. Het College refereerde zich in de toelichting op zijn voorstel aan de circulaire van de Minister van Binnen landse Zaken dd. 20 Februari 1954 U no. 13865. waarin werd medegedeeld, dat de overwegingen, welke in 1947 en 1948 tot belastingverhoging hebben geleid, thans niet meer gelden. Voorts wezen Burgemeester en Wethouders op de groeiende eisen, waaraan het bioscoopbedrijf heeft te voldoen, inzonderheid ook wat de toepassing van nieuwe technische vindingen en hulpmiddelen betreft, weshalve het hun gewenst voorkwam een uniform heffings- larief van 20% voor te stellen. Hilversum Met ingang van Vrijdag 22 Juli 1955 is, ingevolge verkregen Koninklijke goedkeuring te Hilversum een nieuwe verordening op de heffing ener vermakelijkheids belasting in werking getreden waarbij de heffing op de filmvoorstellingen van 25% verlaagd werd tot 20%. Hilversum is de eerste der tien grote gemeenten, welke doelbewust een einde heeft gemaakt aan de fiscale discri minatie van de film. De onderstaande bondige uiteenzet ting, waarmede Burgemeester en Wethouders dezer ge meente hun voorstel aan de Raad motiveerden, heeft wei nig gemeen met de vaak gewrongen redeneringen en samengeraapte argumenten, welke soms worden aange voerd om aan de fiscale discriminatie van film en fim- bedrijf een schijn van rechtvaardigheid te geven: ,.dat in aanmerking genomen, dat het toenmalige gemeentebestuur nimmer eigener beweging tot een zo drastische en eenzijdige verhoging van de tarieven der vermakelijkheidsbelasting zou zijn overgegaan, dat deze verhoging welke in deze gemeente per slot van rekening alleen is neergekomen op een belastingver zwaring voor het bioscoopbezoek, slechts op aandrang van de Regering is tot stand gekomen en dat de Rege ring nu zelfs concludeert dat de overwegingen, welke destijds hebben geleid tot het gemaakte onderscheid in de belasting thans niet meer gelden, logisch ge redeneerd en los van andere over wegingen slechts één gevolgtrekking past, namelijk deze dat de belasting tarieven voor de bioscopen thans tot het vroegere peil van 20% beho ren te worden teruggebrach t". Purmerend Op voorstel van Burgemeester en Wethouders heeft de Raad van de gemeente Purmerend in zijn op Vrijdag 29 April j.1. gehouden vergadering besloten de belasting voor filmvoorstellingen, die uitsluitend uit Nederlandse films en/of uit films, als bedoeld in artikel 1, tweede lid, sub 2 van de Bioscoopwet bestaan, te verlagen tot 15 Deze verordening treedt in werking op de eerste dag volgende op die, waarop de Koninklijke goedkeuring ter kennis van het Gemeentebestuur is gekomen. Sittard Krachtens bij Koninklijk Besluit verkregen goedkeuring zijn in de gemeente Sittard met ingang van 27 Mei 1955 de volgende tarieven van toepassing geworden: 25% voor voorstellingen, waarin naast andere films Nederlands journaal en/of films, als bedoeld in artikel 1, lid 2, 2e der Bioscoopwet worden vertoond met een ge zamenlijke lengte van ten minste 500 m; 15% voor filmvoorstellingen, welke een bijzondere waarde hebben op godsdienstig, zedelijk of maatschappe- lijk-cultureel gebied. Zaltbommel Ingevolge bij Koninklijk Besluit van 7 Mei 1955 ver kregen goedkeuring is met ingang van 1 Januari 1955 in de gemeente Zaltbommel een nieuwe verordening op de vermakelijkheidsbelasting in werking getreden. Het tarief op gewone filmvoorstellingen is verlaagd tot 25%, terwijl op voorstellingen met zogenaamde artikel I-films 20% wordt geheven. Heerlen Het College van Burgemeester en Wethouders van Heerlen heeft thans aan de Raad dezer gemeente een wijzi ging van de vermakelijkheidsbelastingverordening voorge steld. De heffing op gewone filmvoorstellingen zou volgens dit voorstel worden teruggebracht tot 25%, terwijl film- voorstelingen, welke een kennelijk godsdienstig, zedelijk, maatschappelijk of cultureel karakter dragen zouden worden belast met 15%, met dien verstande, dat de aan kondiging op betamelijke wijze geschiedt.

Historie Film- en Bioscoopbranche

Film | 1955 | | pagina 10