Opbrengst Kerstcollecte
„Bio-Vacantieoord"
hel beeld bij de projectie tweemaal zo breed wordt als
wanneer zou worden geprojecteerd zonder voorzetoptiek.
Ook de kabels worden dus tweemaal zo breed als normaal
liet geval zou zijn. 'Het getal 2,55 heeft alleen betrekking
op de verhouding tussen hoogte en breedte van het ge
projecteerde beeld.
Het herkennen van moeilijk brandbaar filmmateriaal
als omschreven in regel 23 leverde ook nogal wat moei
lijkheden op. De meeste deelnemers wisten wel, dat de
opdruk ..safety" niet naast ieder filmbeeldje voorkomt,
doch op regelmatige afstanden langs de perforatierand.
Dat er echter ook een onderscheidingsteken bestaat
(Kodak) door middel van zwarte streepjes in de lengte
richting tussen de perforatiegaatjes, was aan velen blijk
baar onbekend. Sommigen wisten echter weer wel, dat in
plaats van die zwarte streepjes soms de letter „S" om de
vier gaatjes naast de perforatie voorkomt.
Voor wat betreft regel 14 handelende over het projec
tiedoek bij Cinemascope-projectie met en zonder magne
tisch geluid, bestond nogal wat verschil van mening. In
de opgave was sprake van een beeldhoogte van 5,50 me
ier bij gebruikmaking van een Cinemascope-film met
magnetisch geluid en van 4,75 meter met optische geluids
registratie. De breedten waren respectievelijk gesteld op
12 en 11 meter.
De bedoeling was dat men eerstgenoemde hoogte van
5,50 m als fout zou aanwijzen en die zou verbeteren in
4,75 meter, waarna alle verdere gegevens onveranderd
konden blijven. De meeste inzenders draaiden de zaak
echter om en gingen uit van een juiste hoogte van 5,50
meter, waardoor ook alle andere gegevens veranderd
moesten worden. Hoewel dit niet de bedoeling was heb
ben wij deze oplossing eveneens goed gerekend.
Overigens zijn nogal wat deelnemers gestruikeld over
regel 30, waarin de voorwaarden zijn opgesomd voor een
juiste doekbelichting. Aan deze opsomming ontbrak ech
ter, dat het in de allereerste plaats van belang is, dat het
gehele optische systeem op de juiste wijze is ingesteld en
dus niet alleen de spiegel. Verder moest aan het gebruik
van de juiste gelijkrichter worden toegevoegd, dat ook de
juiste koolspitsen gebruikt moeten worden en dat de
stroomsterkte zowel als de hoogspanning in overeenstem
ming behoren te zijn met de waarden, welke voor de
desbetreffende koolspitsen door de fabrikant zijn aange
geven.
De overige fouten behoeven verder geen commentaar
en wij verwijzen U daarvoor naar de hierbij afgedrukte
juiste oplossing.
Met voldoening heeft het Bestuur van de Stichting
Bio-Vacantieoord" kunnen vaststellen, dat de van Vrij
dag 23 December 1955 tot en met Donderdag 5 Januari
1956 gehouden jaarlijkse Kerstcollecte aan de verwach
tingen heeft beantwoord. De totale opbrengst beliep name
lijk 165.385,25, waarin begrepen 507,52 aan ingewis
seld vreemd geld en 2.635,36 aan ingewisselde oude
munten, een weliswaar kleine maar welkome stijging ver
geleken bij de 163.772,26, welke in 1954—1955 werden
ingezameld.
Het Bestuur voelt zich dankbaar gestemd, dat de op
brengst van deze jaarlijkse collecte door de milddadig-
heidszin van de bioscoopbezoekers niet is teruggelopen,
zodat de Stichting voor haar charitatieve arbeid in het lo
pende jaar over dezelfde inkomsten zal kunnen beschik
ken.
Ter vergelijking laten wij hier de cijfers volgen van
beide collecten, betrekking hebbende op de opbrengst in
de drie grootste gemeenten en in de overige gemeenten
van het land:
1955—1956 1954—1955
Amsterdam 28.478,91 29.840,15
's-Gravenhage 15.278,98 18.253,28
Rotterdam 18.185,86 17.082,61
Overige gemeenten 100.298,62 96.475.32
162.242.37 158.057,39
Uit dit overzicht blijkt, dat het aandeel van de „overige
gemeenten" is toegenomen. De specificatie van dit bedrag
is als volgt:
1955—1956
1954—1955
Afdeling
het Centrum
27.000.68
f 27.369,22
Afdeling
het Zuiden
21.263,04
21.715.97
Afdeling
het Oosten
21.177,38
20.709.10
Afdeling-
het Westen
18.015,28
14.512,96
Afdeling
het Noorden
12.842,24
12.168.07
100.298,62 96.475,32
Aan de leden-exploitanten en hun personeel zegt het
Bestuur van de Stichting hartelijk dank voor hun mede
werking en toewijding, welke in zo belangrijke mate heb
ben bijgedragen tot het welslagen van deze inzameling.
En niet op de laatste plaats betuigt het College zijn erken
telijkheid aan de dames, welke zich ook ditmaal hebben
willen belasten met het tellen van de inhoud der duizen
den collectebussen.
Opgave nr. 6
Pag. 3 Ledenraad.
K. F. J. Wijsmuller vervangen door
D. Raphel, Amsterdam.
Pag. 4 Afdelingsraad.
Schrappen: A. J. A. Huyser (vacature door
tussentijds aftreden).
Idem op pag. 5 Afdeling 's-Gravenhage bestuur.
Pag. 7 Raad van Beroep.
Alles wat d-aaronder vermeld staat schrappen
en vervangen door de volgende opgave:
R. Uges Jr., Rijswijk (Z.H.), Voorzitter.
D. J. van Leen, Wassenaar, Plv.v. Voorzitter.
Ie Kamer
C. H. de Lange, Alkmaar 1 leden-
B. W. G. van Royen, Amsterdam expl.
H. S. Boekman, Amsterdam leden-
B. J. Schimmel, Amsterdam filmverh.
2e Kamer
M. Desmet, Eindhoven
Joh. Miedema, Sneek
J. L. Paerl. Amsterdam
E. J. Verschueren, Haarlem
J. G. J. Bosman, Secretaris
Secretariaat: Bondsbureau te Amsterdam.
Commissie van Geschillen.
Nieuwe samenstelling:
C. van Willigen, Wassenaar, Voorzitter
J. Weening, Amsterdam, Plv.v. Voorzitter
leden-
expl.
leden-
filmverh.
24