IE?
h,T-
V-
Bauer Xenon-larap. De vierkante trommel herbergt het ontstekings-
uppuraut.
De Zeiss Ikon Xenonlamp in het daarbij behorende speciale lampen-
huis. Aan de rechterzijde van de lamp is de hulpspiegel opgesteld.
De Wabencondensor is aan de voorkant van de lichttrechter ge
monteerd.
De Xen onlamp
Al sedert jaren worden pogingen gedaan om ter ver
vanging van het koolbooglicht andere lichtbronnen bij de
filmprojectie toe te passen. Hierbij is men gegaan in de
richting van de gasontladingslampen.
De superhogedrukkwiklamp, ook wel Bollamp genoemd
(naar de uitvinder: Bol), is hiervan een voorbeeld. De
voornaamste nadelige eigenschap is echter, een overmaat
aan blauw licht. Ook is er langdurig geëxperimenteerd
met de xenonlamp, die dit nadeel niet heeft. Ook TL-bui-
zen, natriumlampen en dergelijke behoren tot de gasont
ladingslampen.
Voor projectiedoeleinden heeft men echter lichtbronnen
nodig met een zo klein mogelijk lichtgevend oppervlak,
hetgeen tot allerlei constructieve problemen leidt. Bij de
xenonlamp is men er thans in geslaagd een zeer klein en
bijzonder sterk lichtgevend oppervlak te creëren.
Het licht ontstaat hier tussen twee electroden, welke
zijn ingesmolten in een kwartsballon, die gevuld is met
onder hoge druk staand xenongas. De gasdruk in zulk
een lamp bedraagt in koude toestand ongeveer 8 atmos
feer, doch tijdens het bedrijf stijgt de druk tot ongeveer
25 atmosfeer. Het spectrum van het xenonlicht benadert
dat van het zonlicht zeer dicht.
Voor projectiedoeleinden is dit een factor van beteke
nis temeer, waar de xenonlamp een zeer constante helder
heid heeft. In de practijk betekent dit, dat wanneer de
lamp eenmaal is ingesteld, ook na langdurig gebruik geen
bijregeling behoeft plaats te vinden.
Een volgende gunstige eigenschap is. dat hier in legen-
stelling tot het booglicht geen sprake is van open vuur.
zodat het inwendige van het lampehuis en wel speciaal
de tamelijk kwetsbare spiegel, belangrijk minder te lijden
heeft.
Ook ontwikkelen zich bij het xenonlicht geen verbran
dingsgassen met de daarbij behorende, voor het mecha
nisme schadelijke, koolstofaanslag. Wel ontstaat door de
aard van het opgewekte licht ozongas, hetgeen schadelijk
voor de gezondheid kan zijn. Een goede afvoerleiding,
die rechtstreeks met de buitenlucht in verbinding staat,
blijft daarom ook bij de xenonlamp geboden.
De xenonlamp heeft dus diverse gunstige eigenschap
pen, maar daar staat tegenover, dat deze lamp kostbaar is.
De xenonlamp vereist namelijk het gebruik van speciale
hulpmiddelen.
De xenonlichtboog, zijnde de eigenlijke lichtbron, heeft
een voor projectiedoeleinden minder gunstige vorm en
lichtverdeling. Het licht, dat tussen de beide electroden
(zie figuur) ontstaat, wordt rondom uitgestraald. Daarbij
komt nog, dat de lichtboog klok- of hartvormig is, en dat
de grootste lichtintensiteit zich aan de onderzijde be
vindt, te weten aan de zijde van de negatieve electrode.
Er is derhalve een geschikt optisch systeem nodig om het
grootst mogelijke gedeelte van het door de xenonlamp
afgestraalde licht naar het beeldvenster te voeren.
Daartoe is vlak voor de kwartsballon een holle hulp-
spiegel geplaatst, die het licht, dat anders buiten het
beeldvenster zou verdwijnen, opvangt, bundelt en terug
voert naar de normale spiegel. Deze spiegel concentreert
vervolgens het licht, ofwel via een bijzonder lenzenstelsel
zoals dat in de door Bauer op de markt gebrachte xenon
lamp wordt toegepast, ofwel via de door Zeiss Ikon ge
bruikte Wabencondensor, op het beeldvenster.
Met behulp van de boogreflecton welke zich bij de
Bauerlamp aan de achterzijde van het Iampenhuis bevindt,
kan de stand van de lichtbron op eenvoudige wijze zeer
nauwkeurig worden ingesteld en gecontroleerd.
Met het oog op het volgens de tot nu toe opgedane
ervaring geringe risico van breuk en de daaraan ver
bonden gevaren bij de vrij hoge gasdruk in de xenon-
ballon, wordt deze in een uit gekleurd plastic materiaal
bestaande doorzichtige beschermhuls geleverd.
De ballon wordt met de beschermhuls in het lampe
huis geplaatst en pas daarna verwijdert men de huls. Dit
levert bovendien het voordeel op, dat de kwartsballon
niet met de handen behoeft te worden aangeraakt. Vin
gerafdrukken op het glas zouden namelijk zeer gemakke
lijk inbranden, hetgeen het lichtrendement nadelig be-
invloedt.
Tot dusverre zijn er twee typen van de xenonlamp be
schikbaar, te weten van 1000 en 2000 watt. Deze lampen
worden vervaardigd door de Osram fabrieken.
Het 1000 watt type komt voor wat de lichtsterkte betreft
ongeveer overeen met Ll-booglicht van 30 a 35 A, waarbij
echter de lichtkleur aanzienlijk gunstiger is. De overmaat
aan rood/geel licht, welke men bij Ll-licht aantreft en
die bij de vertoning van kleurenfilms - - welke tegen
woordig op de kleur van Hl-licht zijn afgestemd -- tot
minder goede resultaten leidt, is niet aanwezig bij xenon
licht.
Het 2000 watt type komt overeen met Hl-booglicht van
ongeveer 60 A. De kleur van het licht is voor beide soor
ten gelijk.
naar- gelijkrichter
220 V
ontsteekknop
ont
stekings
apparaat
ontsteekrelais
naar voor versterker
zaalvol umeregelaar
eind-
versterkor
Principe-schema van de schakeling van het ontsteekrelais van de
Xenon booglamp (Zeiss Ikon)
1000 Watt
2000 Walt
Xenon vlamboog
Boogreflector (Bauer). De vorm van de vlamboog, die tweemaal
wordt geprojecteerd is duidelijk te zien
20
21