Buitengewone Ledenvergadering
Zij, die heengingen
Terugloop van het bioscoopbezoek
1 In verband met de op Maandag 30 Mei 1960
te houden 1
1 van de Nederlandsche Bioscoop-Bond, zal 1
I de Filmbeurs die dag worden gehouden f
I van 12.00 tot 15.30 uur. j
Encounter" zal blijven, maar dat .,This Happy Breed" zo
„Spellbound" zal zijn van „The Good Earth" in Utrecht,
dat men een volgend jaar op de vraag „Quo Vadis" met
„Fanfare(s)" zal zeggen: „Un Ëternel Retour a Utrecht".
Deze toespraak werd door de vergadering met een harte
lijk applaus beloond.
De heren Wolf f en Nijland deden vervolgens de Bur
gemeester van Utrecht uitgeleide, waarna de Bondsvoor
zitter zijn openingsrede voortzette. Hij bracht dank aan
het Bestuur van de Afdeling Het Centrum, dat het initiatief
had genomen voor de ontvangst die de leden 's ochtends
ten deel was gevallen en voor de organisatie van deze
vergadering. Hij sprak de hoop uit, dat de band tussen
de Nederlandsche Bioscoop-Bond enerzijds en de Afdeling
Het Centrum en in het bijzonder de Utrechtse bioscoop
bedrijven anderzijds nog verstevigd moge worden.
„Voor ik mijn beschouwing aanvang over hetgeen vorig
jaar in organisatorisch opzicht is verricht", zo vervolgde
de Bondsvoorzitter, „heb ik de dure plicht hen te her
denken, die sedert de jaarvergadering 1959 door de dood
van ons zijn gescheiden. Dit zijn: mej. E. C. de Haan,
firmante van de Firma Erven van de Weduwe T. de Haan-
Luyt te Wieringen; mevrouw H. Oenen-Bergers, exploi-
tante van de Centrum Bioscoop te Zaandam; mr. K. Blom,
commissaris van de N.V. Maatschappij Tuschinski met
haar dochter- en zustermaatschappijen en bestuurder van
de daarmede gelieerde filmverhuurkantoren; W. Kossen,
exploitant van de Apollo Bioscoop te Anna Paulowna;
G. Fopma, exploitant van het Victoria Theater te Alkmaar;
Mr. H. Wilton, directeur van de N.V. Maatschappij tot
Exploitatie van het City Theater te 's-Gravenhage, gedele
geerd commissaris van de N.V. City Film en de N.V.
Royal Film, alsmede gedelegeerde in de CV. Adex; J. A.
L. Kemps, directeur van de N.V. Standaardfilms en N.V.
Standaardfilms Productie MaatschappijB. A. M. Baars,
exploitant van het Centraal Theater te Geertruidenberg;
H. A. Rolloos, voorzitter van de Stichting Gereformeerde
Jeugdactie te Zwijndrecht; P. Klabou, exploitant van de
Parisien Cinema te Amsterdam; mevrouw Th. P. A.
Desmet, bedrijfsdirectrice van de N.V. Utrechtse Maat
schappij tot Exploitatie van Bioscooptheaters te Eind
hoven.
Ik zou speciaal even willen stilstaan bij het zeer tra
gische overlijden van de heren Wilton en Kemps, die ook
in de organisatie belangrijke verdiensten hebben gehad en
die veel te vroeg uit ons midden en uit hun familiekring
zijn weggerukt. Hun verscheiden heeft alom grote ver
slagenheid gewekt. In het bijzonder is het mij een behoefte
de nestor van ons Hoofdbestuur, de heer Desmet, van deze
plaats deelneming te betuigen met het verlies, dat hem
juist dezer dagen zo zwaar heeft getroffen."
Op verzoek van de Bondsvoorzitter nam de vergadering
staande enige ogenblikken stilte in acht.
„Als wij in deze vergadering terugblikken op het afge
lopen jaar," aldus de heer Miedema, „dan moeten wij
vaststellen, dat dit voor ons bedrijf zorgelijke sporen
heeft achtergelaten. De objectiviteit gebiedt om een onder
scheid te maken tussen de teruggang, veroorzaakt door
abnormale weersomstandigheden in de winter en vooral in
de zomer van 1959 en die, welke geweten kan worden
aan het algemene conjunctuurverloop in onze bedrijfstak.
Wanneer wij bijvoorbeeld de zomermaanden buiten be
schouwing laten, dan bedraagt de terugloop in het bezoek
over 1959 11,5 procent. Wij kunnen dus zeggen, dat de
totale achteruitgang van 13,5 procent over het gehele jaar
zeker voor tachtig procent op rekening is te schrijven van
de conjunctuur, waarin wij ons bevinden. Vooral de grote
steden hebben zware klappen te incasseren gekregen en
het is geenszins uitgesloten, dat deze teruggaande tendens
in deze steden zich in dit jaar zal voortzetten in andere
plaatsen.
Wat de beoordeling van de cijfers betreft, is het goed
met beide benen op de grond te blijven staan en zich noch
aan illusies over te geven de cijfers laten daartoe trou
wens weinig ruimte noch een soort noodlotsgedachte
op te roepen. De uitkomsten over 1960 geven al weer een
ander, gunstiger beeld, zonder dat ik wil pretenderen, dat
zij iets zeggen omtrent het hele jaar. De netto-recettes zijn
over de eerste tien weken van dit jaar landelijk met 2,6
procent teruggelopen, terwijl bijvoorbeeld Amsterdam een
vooruitgang heeft geboekt van 31/o procent. De vergelijking
is uiteraard gebaseerd op 1959, dat een ongunstig jaar
was, maar zij toont toch aan, dat wij voortdurend rekening
hebben te houden met schommelingen, iets wat wij ook
in het verleden meermalen hebben geconstateerd.
Wij hebben vorig jaar terrein prijs moeten geven aan
concurrerende vormen van ontspanning, maar er kunnen
allerlei oorzaken zijn, die de gang van zaken sterk kunnen
beïnvloeden. Het kan het weer zijn, een politieke situatie,
een nieuwe bestedingsbeperking, het kan ook een toe
vallige situatie zijn, die ontleend wordt aan de betekenis
van het produkt. Wij hebben niet iets van constante waarde
aan te bieden, maar een artikel, dat sterk fluctueert en dat
altijd zijn invloed op onze zaken zal uitoefenen. Het komt
zeker gewenst voor met het maken van prognoses de
uiterste voorzichtigheid in acht te nemen.
Het jaarverslag, dat u allen tijdig in uw bezit hebt ge
kregen, vergemakkelijkt mijn taak u een overzicht te geven
van wat de organisatie in het jaar 1959 voor de leden
heeft betekend. Het ligt voor de hand, dat de grotere
zorgen hun neerslag hebben gehad in het organisatorische
bestel en het bestuursbeleid. In het verslag vindt u een hele
serie vraagstukken, die door het hoofdbestuur moesten
worden bekeken, vraagstukken, die niet alleen betreffen
de kwestie van de lasten, als vermakelijkheidsbelasting en
omzetbelasting, maar ook de invoerrechten, de verhouding
met de televisie, speciaal de filmleverantie aan de televisie,
de kwestie van de commerciële televisie, het vestigings
beleid, de produktie van Nederlandse films, de stimulering
van het bioscoopbezoek, voorzover niet liggende op het
individuele terrein van de leden, de internationale samen
werking en in het bijzonder de Europese integratie in
ijiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiJiiiiiiiiiiriiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiifiiiiii]JiiiiiiiiiiiiiiiriiTififiiJ)r)fiiriEii[Miriiiriiiiiiiiiiiiiiiiiiiii]iJJïiiiMiiMiiiiiiiiiiiiiitiiLiiiiiiiiiitti[iiii_F
rïiiriiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiMiiifiTifiiiTiJiiiiifiiiiiiiiiifiiiiiiiiTitfiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiitiiiMiiiii}jiiirirTiiriirrïiti[itriitiiiiiiiiiiiiiiiiiiiMiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii