Dankwoord van Charles Chaplin Majesteit, Koninklijke Hoogheden, ambassadeurs, excellenties, dames en heren, Ik moet U zeggen dat ik erg geroerd ben door de rede van Zijne Koninklijke Hoogheid. Ik geloof dat hetgeen hij over ons beide zei uitstekend werd over gebracht, overtuigend en ontroerend. Ik raakte er van onder de indruk. Mag ik U nu danken voor de grote eer en de daarbij horende reusachtige prijs. Rijke mensen zeggen dat geld niet alles is. Toch is het een waardevolle aansporing voor zeer veel dingen. Los van de gebeurtenissen van vandaag wil ik U graag zeggen dat ik geen geletterd man ben. En toen ik hoorde dat ik deze onderscheiding zou krijgen heb ik snel de encyclopedie gepakt om meer over Erasmus te weten te komen. Hoe meer ik over hem las hoe groter hij in mijn ogen werd, hoe belangrijker hij me voorkwam. Ik denk dat hij een van de meest bewogen persoonlijkheden is die onze wereld ooit gekend heeft. Ik voelde me er ergens zo verwant mee. Ik geloof dat Erasmus in de allereerste plaats een humanist is en hoe meer ik over hem nadenk, over zijn zorg en erbarmen voor de mensheid, hoe meer ik van hem houd. Ik acht hem de grootste van alle realisten omdat hij zich in die tijd al uitriep tot wereldburger. Dit is progressief denken. Hij was ook verdraagzaam. Hij haatte strijd en geweld. Het is ook een van de redenen waarom ik van hem houd. Een prijs te ontvangen die de naam draagt van zulk een man is voor mij een grote eer. Ik vind het alleen jammer dat mijn collega uit de filmwereld hier niet kon zijn om de prachtige lofrede aan te horen die Zijne Koninklijke Hoogheid over hem gehouden heeft. Ik bedoel Ingmar Bergman. Ik heb hem altijd bewonderd. Ik heb niet zoveel films van hem gezien omdat ik een oud man ben en hij pas, uiterst welkom, op de wereld is gekomen. Hij is als dichter en kunstenaar een' voortreffelijk schepper. Daarom ben ik gelukkig hier vanmorgen met hem verenigd te zijn om samen deze onderscheiding, deze grote eer, te mogen ontvangen. Men heeft mij gevraagd iets te vertellen over het filmmaken. Ik moet U eerlijk zeggen dat ik daar heel weinig van kan vertellen. Ik werk emotioneel. Ik ken geen vastomlijnde stellingen, geen geometrische voorstellingen van filmmaken. Iedere film is voor mij een avontuur, een onbekende grootheid. Maar voor hen die het graag willen, of die amateurfilmer zijn, zal ik toch iets zeggen. Er zijn twee zaken waarmee men te doen krijgt bij het maken van een film. Het ene is geld en het andere is dat je iets moet maken waaraan je zelf plezier hebt. En ergens zelf plezier in hebben dat krijg je als je iets met hart en ziel doet, als je hele persoonlijkheid in het werk gaat zitten, ik denk dat je dan in de buurt komt van een kunstwerk. Toen ik nog een jonge man was vroeg iemand mij eens wat een kunstwerk was. Toen heb ik gezegd: „Dat is een liefdesbrief aan de wereld die goed geschreven is. Ik geloof dat Erasmus het hiermee eens zou zijn geweest Ik dank U". 460

Historie Film- en Bioscoopbranche

Film | 1965 | | pagina 47