DE KLEUREN VAN'HET
MEISJE MET HET RODE
HAAR'
TESTEN
RESULTATEN
FRANK EN FREY
Rond Kerstmis zal de première plaats
vinden van volledig in Nederlands na-
gesynchorniseerde versie van de Walt
Disney-produktie 'The fox and the
hound' onder de titel 'Frank en Frey'.
De vertaling is van Harrie Geelen en
Arnold Gelderman; o.a. zullen de stem
men te horen zijn van Milly Scott, Eric
van 't Woud, Bill van Dijk, Cor van
Rijn,. Heleen Pimentel, Jan Anne
Drenth, Arnold Gelderman, Henk
Votel en Henk van der Molen.
De regie was in handen van Arnold
Gelderman. De produktie werd uitge
voerd door Cinecentrum onder leiding
van Otto Krooshof, voor de geluids
techniek waren Ron Haanschoten en
Meep Mulder verantwoordelijk.
Regisseur Ben Verbong is zo'n jaar of
drie geleden begonnen met het maken
van plannen voor de realisatie van deze
film naar de roman van Theun de
Vries. Hij wilde cameraman Theo van
de Sande toch geen zwart-wit film la
ten draaien, maar wel de juiste sfeer
treffen van de Tweede Wereldoorlog.
Het moest een kleurenfilm worden die
de soberheid en de somberheid van die
periode duidelijk weergaf.
De kleur moest teruggedrongen wor
den wel met behoud van het contrast.
Ruim twee jaar geleden begonnen de
besprekingen met het Cineco filmlabo-
ratorium.
Het terugdringen van de kleuren kan
bereikt worden met behulp van con-
trastfilters maar met de nodige conse
quenties voor het contrast en dat was
juist niet de bedoeling.
Er moest een andere methode van ont
kleuring gezocht worden in de filmma
teriaal zelf, in het CRI of in het prin
ten. Het spreekt vanzelf dat dit hoge
eisen stelt aan het laboratorium.
Cameraman Theo van de Sande moest
op zoek naar het meest geschikte
materiaal voorhet toepassen van de
'ontkleuring'. In Berlijn was hij tijdens
de opnamen voor de film 'Charlotte'
met Fuji-materiaal in contact geko
men dat erg gevoelig bleek te zijrl voor
het warme binnenlicht.
In Duitsland heeft hij destijds ook
proeven genomen waaruit bleek dat dit
materiaal zonder problemen 'overge
waardeerd' kon worden.
Niet zo lang voor het begin van de op
namen voor 'Het meisje met het rode
haar' kwam het nieuwe Fuji 250 ASA
materiaal op de markt. Bij testen bleek
het normaal ontwikkelbaar in de be
staande Kodak-baden hetgeen een aan
zienlijke kostenbesparing betekende.
Er volgde een reeks proeven o.a. met
Kodak 100 ASA, overgewaardeerd tot
200 ASA «iet Gevaert 100 ASA over
gewaardeerd tot 200 ASA en met Fuji
100 ASA overgewaardeerd tot 200
ASA. Dat gebeurde allemaal onder
exact dezelfde omstandigheden: dag
licht, kunstlicht, hetzelfde onderwerp,
dezelfde camera en dezelfde lens. Zo'n
driehonderd beelden van dat materiaal
werd ingeraamd tot dia's, daaruit wer
den er tachtig geselecteerd en de bijbe
horende filmscènes werden normaal ge
print en bij de ontwikkeling ontkleurd.
De Fuji 250 ASA gaf wel een mooie
warme tint, maar het contrast bleek
vrij laag. Om dat probleem te onder
vangen heeft de researchafdeling van
Cineco een bepaald procédé ontwik
keld. Een bijkomend voordeel was dat
er nu zelfs minder licht nodig was bij
de opnamen, terwijl de kleuren uitste
kend bleven.
Met het materiaal zijn geen verdere
kunstgrepen uitgehaald. Bij het uitlich
ten moesten wel speciale maatregelen
genomen worden. Aangezien de kleu
ren praktisch zouden verdwijnen moes
ten de kleuren bij de opnames in een
bepaalde sfeer overdreven worden. Het
spreekt vanzelf dat decors, kleding en
make-up in een bepaald kleurenscala
werden gehouden.
Tijdens de acht weken shooting heeft
het laboratorium voortdurend proeven
genomen met materiaal dat niet be
doeld was om geprint te worden, waar
door bij het eind van de opnamen een
normale en een ontkleurde print be
schikbaar was een bepaald shot.
De medewerkers van Cineco hadden
met de hand een heel nieuw systeem
ontwikkeld, het spreekt vanzelf dat dit
problemen gaf bij de afwerking van de
film. De kleurcorrectie reageert van
zelfsprekend totaal anders op deze me
thode. Om dit probleem op te lossen
werden tijdens het filmen van elke op
name een beeld of tien extra gedraaid.
Die werden vervolgens in de volgorde
van de film gemonteerd. Het resultaat
was een strook van ongeveer honderd
meter in plaats van de normale lengte
van een filmkopie van twee-en-eenhalf-
duizend meter.
Dit stukje werd vervolgens normaal ge
corrigeerd en geprint volgens de stan
daardmethode. Daarmee werd voor
komen dat er tijdens het afwerken van
de ruim dertig kopieën overhaast te
werk moest worden gegaan. Methet
kleine proeffilmpje is eigenlijk al het
voorbereidende werk gedaan, ten eer
ste om alle risico's uit te sluiten en ten
tweede uit tijdsbesparingsoverwegin
gen.
Het printmateriaal bestaat uit een
emulsie met drie lagen. In die lagen zit
ten kleurkoppelaars voor de drie
hoofdkleuren. Normaal moeten die
drie lagen volledig worden uitontwik
keld om uiteindelijk een goed kleuren
beeld te geven.
Tijdens de nu gevolgde procedure werd
echter steeds een gedeelte van deze
ontwikkeling uitgevoerd. Daardoor
werden de kleuren dus niet helemaal
uitontwikkeld, er bleef een gedeelte
over. De rest van de ontwikkeling werd
toen in zwart-wit gedaan. Het gevolg
is dan uiteindelijk een soort flauw pas
telbeeld wat de kleuren betreft, met
daaroverheen een zwart-wit beeld.
Het resultaat is dat in de uiteindelijke
kopieën die geprint werden op Kodak-
materiaal precies die sfeer is getroffen
die regisseur en cameraman voor ogen
stonden voor het realiseren en het
overbrengen van de intentie van dit
verhaal.