nmmi\
De Pen door Elsbeth Jongsma redactielid Movies
Regisseur Jurriën Rood is bezig met het
single play Celluloid Blues. Hierin por
tretteert hij een recensent die de strijd
aanbindt met zijn krant wanneer zijn
superieuren meer zien in 'vettig media
nieuws dan in serieuze filmrecensies',
zoals de Filmkrant zo treffend omschrijft.
Een filmmaker die 'partij kiest' voor de
filmkritiek... Dat is opvallend, want het
(Nederlandse) fllmklimaat lijkt zich vaak
te kenmerken door geruzie en gereutel
tussen makers (regisseurs en
producenten) aan de ene, en
critici aan de andere kant. Ik
kan mij menig discussie herin
neren (vooral tijdens verschil
lende jaargangen van het
Nederlands Filmfestival in
Utrecht, altijd een dankbaar
strijdtoneel), waarin iedere
keer weer dezelfde - elkaar
niet zelden tegensprekende -
argumenten en klachten over
forum- dan wel borreltafel vlo
gen:
Filmcritici zouden geen oog
hebben voor de moeilijke
productie-omstandigheden
van Nederlandse films.
Producenten schijnen te ver
wachten dat (onafhankelijke)
journalisten zich gaan gedra
gen als PR-medewerkers.
Critici laten zich veel te veel
leiden door hun eigen
smaak, in plaats van objec
tief informatie te verstrekken.
Nederlandse films worden in de beoor
deling op één hoop geveegd met het
beste - of meest succesvolle - uit
Hollywood waar we in de vaderlandse
bioscopen mee geconfronteerd worden.
Recensenten zouden de Nederlandse
films juist doodknuffelen door er zó
lovend over te schrijven dat het publiek
met te hooggespannen verwachtingen
de bioscoop ingaat om die vervolgens
afgeknapt weer te verlaten.
Een tijdje geleden werd in Engeland een
leuk experiment uitgevoerd. Daar was
een aantal theaterregisseurs en theater
recensenten het geëmmer over en weer
zo beu geworden, dat ze enige tijd met
elkaar van rol wisselden. De critici werd
gevraagd een voorstelling te regisseren,
en de theatermakers werden met een
bloknootje naar de schouwburg gediri
geerd. Dit viel de beide partijen niet mee.
Zoals je ook een perfect uitgevoerde bal
letvoorstelling pas werkelijk weet te
Ondergetekende (met vliegenmepper) als gouvernante Miss
de set van de Engelse korte film 'Massacre in Oxford" ('8/).
waarderen als je zelf na tijden zweten
aan de barre in de dansschool om de
hoek er eindelijk een plié-tje uit weet te
persen dat niet wordt begroet door een
minachtend gesis van de lerares, je reali
seert hoe veel oefening en krachtsin
spanning er zit achter die met bedrieglijk
gemak uitgevoerde choreografieën.
Zo begreep ikzelf pas hoeveel bloed
zweet en tranen er bij een filmproductie
aan te pas komt toen ik meewerkte aan
een 10-minuten durend studentenfilmpje
en ik aan den lijve ondervond hoe moei
lijk het is om de grootse en meeslepen
de beelden in je hoofd om te zetten in
een goed verteld verhaal.
Ik heb dan ook heb grootste respect
voor filmmakers die er in slagen de
beperkingen die hen door de harde wer
kelijkheid nu eenmaal worden opgelegd
('Nee, het is niet mogelijk de Dam veer
tien dagen toeristen- en duivenvrij te
maken voor uw opnames.' - 'Shit, dan
herschrijven we het voor de
brink van Bathmen.') uit te
buiten.
Aan de andere kant brengt
dit 'teveel inleven in de
gevoerde strijd' wel degelijk
het gevaar met zich mee dat
je tè aardig gaat schrijven
over een wellicht matig pro-
dukt. Vooral als je de gezich
ten achter de namen op de
aftiteling persoonlijk kent, is
die verleiding groot. Je weet
hoeveel moeite A. heeft
gedaan om die ultieme lief
desscène op te nemen. Dat
het resultaat uiteindelijk wei
nig opwindend is geworden
kwam door die ene acteur die
hij in zijn maag gesplitst
kreeg, en er waren te weinig
faciliteiten en...
Maar zoals de befaamde
cameraman Christopher
Doyle in het maart/aprilnummer van
Movies opmerkt: 'Wat het publiek ziet en
beoordeelt is dat wat er op het scherm
getoond wordt, en niet de aantekenin
gen die op de set gemaakt zijn, hoe
mooi die ook kunnen zijn. Je zou er een
boek over kunnen schrijven, of een
making of van kunnen maken, maar we
zijn hier tenslotte voor de film
De pen is voor Saskia van Basten
Batenburg, scenarioschrijver/actrice.
Ironcurtain op
Vervolg van pag. 25 Norvell Jefferson pr
denis. Toen ik in het kader daarvan stage
liep op de afdeling politiek en voorlich
ting van D66, leerde ik Karel Winkelaar
kennen bij de stuurgroep communicatie.
Hij vroeg me om bij Norvell Jefferson te
komen werken. En dat bevalt me tot
dusver erg goed. Ik ben een regelaar,
iemand die graag achter de schermen
bezig is. In de bioscoop zit ik vóór het
scherm, op mijn werk zit ik er achter. Bij
het organiseren en coördineren van de
drukke werkzaamheden heb ik veel aan
mijn ervaring als cateringmanager."
Favoriete films
Andreas heeft een speciale voorliefde
voor Duitse films. "Ik heb ooit 3 jaar in
Duitsland gewoond en gewerkt en daar
ontstond die belangstelling, met name
voor Volker Schlöndorff en Fassbinder.
Mijn favoriete films zijn dan ook "Die
Ehe der Maria Braun" en "Die verlohrene
Ehre der Katharina Blum", en mijn favo
riete actrice is Hanna Schygulla. De beste
acteur is voor mij wèl een Amerikaan:
Tim Robbins."
Susanne heeft heel wat meer moeite met
een favoriete film op de proppen te
komen. "Een film hoort toch ook bij een
bepaald moment", vindt ze. "Als je nu
bijvoorbeeld "Saturday Night Fever" ziet,
lig je in een deuk. Toch ben ik hem
indertijd wel vier keer gaan zien. Verder
heeft het er ook mee te maken hoe oud
je bent. Toen ik 15 was, was "Fame" voor
mij het summum. Op mijn 25ste vond ik
"Barfly" het toppunt van romantiek, not
to mention "Leaving Las Vegas"! Wat ik
jammer vind, is dat komische films bijna
nooit op lijstjes van favoriete films voor
komen, laat staan dat ze Oscars winnen.
Tenzij er natuurlijk één moment in zit
waarop mensen de zakdoekjes tevoor
schijn kunnen halen...
Lacheffect
Als ik er nu aan denk, heb ik het mees
te en het hardste gelachen om "The
Naked Gun". Ik werkte in die tijd in de
Utrechtse Scala bioscoop en liep telkens
weer even de zaal in. Om sommige scè
nes moest ik bij de dertigste keer nog
lachen. Bijvoorbeeld als een boef met
een raket op een vuurwerkfabriek inrijdt,
die in alle kleuren ontploft. Leslie
Nielsen gaat wuivend voor de neus van
de voorbijgangers staan en roept: 'Keep
walking, there's nothing to see here!' Ik
heb hem later nog wel eens op video
gezien, maar zonder zo'n volle bioscoop
zaal is het lacheffect ineens stukken min
der."