z
Il
Z
00
s
Tot mei van dit jaar bestond er een associatieovereenkomst tus
sen de niet-commerciële -veelal gesubsidieerde- filmtheaters,
verenigd in de Associatie van Nederlandse Filmtheaters (ANF) en
Nederlandse Vereniging van Bioscoopexploitanten (NVB).
De oorsprong van deze overeenkomst lag in de toenmalige behoefte
binnen de bioscoopsector concurrentievervalsing tussen
gesubsidieerde filmtheaters en commerciële bioscopen uit te sluiten.
Van de kant van de filmtheaters groeide de behoefte om het
handelsverkeer met de commerciële distributeurs te liberaliseren.
leis
NVB en ANF:
niet langer
twee werelden
door Frank van der Putte en Gerard Bunnik
3 6
In de loop der jaren zijn de film
theaters en de bioscopen steeds
meer naar elkaar toe gegroeid en
is binnen de vertoningmarkt een
productverdeling tot stand geko
men. Filmtheaters en bioscopen
zijn niet meer de concurrenten
van weleer, maar vullen elkaar
aan, hetgeen ook blijkt uit de
officiële doelstelling van de ANF.
Deze luidt dat de binnen de ANF
georganiseerde filmtheaters, die
geen winstoogmerk hebben, zich
primair tot taak stellen de verto
ning van het gesubsidieerde aan
bod en, in aanvulling op het
lokale aanbod van commerciële
bioscopen, de vertoning van in
artistiek respectievelijk maat
schappelijk opzicht waardevolle
films, uitgebracht door filmver
huurders aangesloten bij de
Nederlandse Vereniging van
Filmverhuurders.
Op grond van de in de afgelopen
jaren opgedane ervaringen én op
grond van gewijzigde marktom
standigheden zijn ANF, NFC en
NVB tot de slotsom gekomen
dat een formele regulering van
het handelsverkeer niet langer
wenselijk is en dat er voorkeur
dient te worden gegeven aan een
vrije marktwerking. Tevens is
geconstateerd dat de belangen
van bioscopen en filmtheaters
zich steeds meer op hetzelfde
vlak bevinden, hoewel het
onderlinge onderscheid tussen
filmtheaters en bioscopen essen
tieel blijft.
Vanuit de contacten die er reeds
bestonden tussen met name de
NFC, NVF, NVB, NFC
Marketing, de Stichting
Nationale Bioscoopbon, NFC
Onderzoek en de ANF, waarbin
nen de ANF kon meeprofiteren
van alle collectieve NFC regelin
gen en een officiële ANF verte
genwoordiger zitting heeft in de
Federatieraad, het algemeen
bestuur van NFC Marketing en
het bestuur van NFC
Onderzoek, lag het voor de hand
dat ANF en NVB een alliantie
zouden aangaan, die enerzijds is
gebaseerd op de (zakelijke) voor
delen die de NVB kan bieden
vanuit de verschillende collectie
ve regelingen en anderzijds op de
erkenning dat hierdoor op ter
mijn een betere belangenbeharti
ging van filmvertoners (film
theaters én bioscopen) kan
worden gerealiseerd. Uitgangs
punt hierbij was wel dat deze
alliantie zodanig moest worden
opgezet dat collectieve voordelen
én de collectieve plichten in
redelijkheid zouden worden toe
gepast, maar dat voor de ANF
haar specifieke positie in de
bedrijfstak wél herkenbaar zou
moeten blijven. Bovendien werd
van de kant van de ANF toege
zegd zich in te zullen spannen
om actiever deel te nemen aan
marketing activiteiten vanuit
NFC Marketing en ook mee te
zullen doen aan de promotie en
verkoop van bioscoopbonnen.
Het specifieke eigen karakter van
ANF, dat in de wandelgangen al
gauw de "status aparte" ging
heten, had o.a. betrekking op
toepassing van de CAO voor het
bioscoopbedrijf en van de pen
sioenregeling vanuit het
Bedrijfspensioenfonds voor het
Film- en Bioscoopbedrijf. Erkend
werd dat ANF-theaters veelal
opereren als stichtingen, die
kunnen worden gesubsidieerd
door provincies en gemeenten
en daardoor eerder in staat zijn
te werken met werkgelegenheids-
bevorderende maatregelen als
banenpool, Melkert-banen en
vrijwilligers. Hierdoor is het
werknemersbestand van de ANF
anders van samenstelling dan
dat van de NVB. Voor wat
betreft de CAO werd door de
NVB gesteld dat dit onderwerp is
van overleg tussen de werkne
mersorganisatie en de ANF en
dat de NVB hierin geen actieve
rol heeft.
Ook de
pen z.jn n.et pensioenre
geling valt
buiten de
i competen
tie van de
NVB. Desalniettemin acht de
NVB hier gezamenlijk overleg op
zijn plaats, met als doel te
komen tot een regeling waarbij
de werkingssfeer van het
bedrijfspensioenfonds zich uit
strekt tot de ANF theaters, ech
ter zodanig dat die ANF-leden
die een vergelijkbare of betere
regeling kennen voor hun werk
nemers worden gedispenseerd.
Inmiddels is er tussen ANF en
NVB op een aantal punten over
eenstemming bereikt over de
wijze waarop beide partijen hun
relatie de komende jaren zullen
voortzetten:
- De ANF zal als organisatie
toetreden tot het lidmaat
schap van de NVB. De NVB
statuten zullen hiertoe wor
den aangepast.
- De contributiesystematiek
van de NVB zal worden toe
gepast op de A- en de B-sec
tie van de ANF (dit zijn de
meer professionele film
theaters). De C-sectie (pro
vinciale vertoners) zal buiten
deze systematiek blijven. Op
basis van de cijfers van 1997
zou dit betekenen dat de
ANF een contributie van
68.000,- gaat betalen in
plaats van de voorheen
gebruikelijke 15.000,-.
- De ANF zal zich blijven com
mitteren aan de BTVV-
afdracht én aan de werking
van het nieuwe convenant
waarin een jaarlijkse bijdrage
van 2.000.000,- aan het
Nederlands Fonds voor de
Film met ingang van 1 janu
ari 1999 is vastgelegd.
- De ANF zal eenzelfde statu
tenwijziging doorvoeren als
NFC, NVB en NVF begin dit
jaar hebben doorgevoerd
m.b.t. de verplichtingen van
de leden.
- De ANF behoudt een auto
nome status binnen de NVB:
d.w.z. dat in de NVB statuten
zal worden vastgelegd dat
besluitvorming binnen de
NVB niet in alle gevallen
automatisch betrekking heeft
op de ANF leden.
- Het lidmaatschap van de
ANF geldt in principe voor
een periode van vijf jaar.
Hoewel beide partijen de
intentie hebben ook daarna
met elkaar door te gaan, zal
na afloop van deze periode
nieuw overleg moeten plaats
vinden.
De Exploitantenraad van de
NVB heeft reeds een aanpassing
van de NVB statuten goedge
keurd. De ANF-leden zullen als
C-leden tot de NVB toetreden en
krijgen, naast de huidige A-leden
(de concerns) en B-leden (de
NVB leden die niet tot de cate
gorie A behoren) twee vertegen
woordigers in de Exploitanten-
raad. De stemverhouding wordt
dan: categorie A 10 stemmen,
categorie B 8 stemmen en de
nieuwe categorie 2 stemmen.
Naar verwachting zullen de
nieuwe statuten en daarmee het
lidmaatschap van de ANF met
ingang van 1999 een feit worden r~
3 7
SAMEN EN TOCH
APART
FILMTHEATERS EN BIOSCO
MEER DE CONCURRENTEN
MAAR VULLEN ELKA
VAN WELEER,
AR AAN.