UI
Q
Ukent ze vast wel die ver
jaardagsfeestjes of andere
vrolijk gestemde bijeenkom
sten waar je in gesprek raakt
met personen die je niet eer
der hebt ontmoet en waar het
werk als onderwerp de revue
passeert. "En wat voor werk
doe jij?" "Oh, ik werk in het
filmbedrijf." Mondige types
nemen met zo'n antwoord
vaak geen genoegen en ver
volgen het gesprek met een
"en wat betekent dat precies?
Dat je films maakt?" Het
moment is dan daar om jouw
eerste, blijkbaar te vage ant
woord toe te lichten en ver
volgens komt de gigantische
kennis van jouw gespreks
partner naar boven. "Het gaat
goed met het bioscoopbezoek,
hè? Althans dat las ik laatst
in de krant." Niet zelden pas
seert ergens verderop in het
gesprek ook nog de geheel
oninteressante, maar voor de
tegenpartij vaak fascinerende
vraag: "Zeg, verdient dat nou
een beetje, dat werk in het
bioscoopbedrijf?" Gelukkig is
er op dat moment meestal
wel een schaaltje olijven of
net uit de frituurpan afkom
stige bitterballen in de buurt
om het gesprek een andere
wending te geven. En zo niet,
dan ga je er als de sodemieter
naar op zoek.
Laatst had ik weer zo'n
gesprek, maar nu kreeg het
opeens een verrassende wen
ding. Ik was aanwezig op de
zomerbarbecue van de wijk
waar ik sinds het begin van
het jaar woon. Jawel, de
behoefte aan dat soort gezelli
ge feesten en partijen neemt
in dit tijdperk van individu
alisering en afnemende socia
le controle in opvallend veel
woonwijken in ons land sterk
toe. Maar enfin, terug naar
dat gesprek. Dat startte dus
weer zoals zo veel conversa
ties: "En wat voor werk doe
jij?" Net toen ik alweer naar
stig op zoek was naar de hete
vlammetjes en de door het
organiserend comité zelf
gemaakte Spaanse tapas, zei
de man waarmee ik praatte
opeens: "Ja, leuk die filmbusi-
ness. Ik ben er zelf ook actief
in. Ik stoei namelijk af en toe
een beetje met wat aandelen
en opties en onlangs atten
deerde mijn bank mij opeens
op de fiscaal aantrekkelijke
voorwaarden van investeren
in de Nederlandse film. Ik
ben daar eens even serieus
ingedoken, en nu participeer
ik dus in een van die CV's."
Ik was verbaasd. Hier? In deze
woonwijk? Zomaar? Mijn
bijna buurman?
Ja, de plannen van voormalig
Staatssecretaris Vermeend en
consorten hebben Nederland
(en het buitenland) volledig
veroverd. Je hoeft de krant
maar eens in de twee weken
open te slaan of er staat wel
een artikel in over een film
die mede dankzij de
Commanditaire
Vennootschapsconstructie
gemaakt kan worden.
Geweldig vind ik het!
Filmmakers zijn als dolle
honden bezig van alles te
maken en het publiek wordt
keer op keer geattendeerd op
de nieuwe Nederlandse speel
films die eraan zitten te
komen met grote namen en
nog grotere budgetten.
Geweldig!
Nu zijn er ook elke keer wel
weer issues die het hele
onderwerp discutabel maken.
Van de Nederlandse films die
worden gemaakt die geen
Nederlandse films lijken te
zijn, tot projecten die opeens
filmrijp worden geacht, ter
wijl er voorheen niemand was
die er ook maar iets in zag.
Desalniettemin vind ik het
heerlijk, niet in de laatste
plaats omdat het ook tal van
mogelijkheden biedt voor de
dag van de Nederlandse film
voor scholieren (zie pagina 17)
waar ik bij betrokken ben.
Maar wat ik nu het leukste
van alles vind? Dat gewone
Nederlanders, maar dan wel
de iets rijkere dan gewone
Nederlanders, geld stoppen in
de Nederlandse film, terwijl
als je die groep vraagt welke
Nederlandse film ze voor het
laatst in de bioscoop hebben
gezien, wij waarschijnlijk bij
de ons allen, al wat oudere,
bekende titels uitkomen. Wat
is het toch een heerlijk vak!
Wie kon vermoeden dat mijn
recente gesprek met die man
uit m'n straat zo mooi zou
samenvallen met de artike
lenreeks over de CV-construc-
tie waar we in deze HFN mee
beginnen? Ik niet in ieder
geval! En die barbecue? Ik
heb nog nooit zo'n gezellige
barbecue meegemaakt!
Jeroen Huijsdens
Eindredacteur
E
c
Lü
J
0)
0)
AS