Met het Nederlandsch Olympisch Comité werd in de eerste week van Mei contact gezocht en verkregen. Namens de Neder- landsche filmfabrikanten deed het Hoofdbestuur het voorstel aan het Olympisch Comité, om de rechten voor het maken van cinema tografische opnamen van de Olympische Spelen te verleenen aan een combinatie van alle Nederlandsche filmfabrikanten, die onder toezicht van het N. O, C. en het Hoofdbestuur van den Neder- landschen Bioscoop-Bond de filmopnamen zou vervaardigen en tevens voor de distributie der films over de geheele wereld zou zorg dragen. Van de te maken winst zou 50 pCt. aan het N. O. C. worden afgestaan. Toen in eene conferentie met het N. O. C. onzerzijds dit aanbod was gedaan, liet een der N. O. C.-heeren zich deze schandelijke woorden ontvallen: „Mijne heeren; daarvoor hebben we U niet noodig! Dit kunnen we ook van de Italianen krijgen!" Of de Bondsvoorzitter ook hierop antwoordde, dat dit dan juist een reden voor het Nederlandsch Olympisch Comité moest zijn, om het voorstel van de Nederlandsche, d.i. de nationale filmindustrie te accepteeren, het hielp niets. Twee dagen na de gehouden conferentie tusschen Bioscoop- Bond en N. O. C. werd bekend, dat de uitsluitende verfilmings- rechten waren verleend aan de „Instituto Nazionale L. U. O E.", te Rome, een Italiaansche staatsonderneming. Nadat ook bevestigd was, dat de L. U. C. E. op dezelfde basis, als door het Hoofdbestuur voorgesteld, de rechten had gekregen, was tegenover dit anti-nationaal geknoei van het Nederlandsch Olympisch Comité maar één daad mogelijk, waartoe de Bond dan ook besloot. Geen filmfabrikant mocht rechtstreeks of zijdelings hulp verlee nen bij de vervaardiging, in welken vorm ook, van de Olympische filmopnamen en geen bioscoopexploitant mocht ook maar één meter film, betrekking hebbende op de Olympische Spelen, op het witte doek vertoonen. Aangezien bovendien met de uitsluiting der Nederlandsche film industrie de goede naam van de Nederlandsche filmjournalistiek gemoeid was, werd van Bondswege ook de buitenlandsche film- organisaties op de hoogte gesteld, waarvan verschillende ons sym pathiebetuigingen deden toekomen, vergezeld van de toezegging, dat de Olympische films niet zouden worden gekocht. Het gevolg hiervan was, dat voornamelijk tijdens de Olympi sche Spelen zoowel in alle Nederlandsche als in de meeste buiten- 24

Historie Film- en Bioscoopbranche

Jaarverslagen | 1928 | | pagina 24