37
sen en de belangrijkheid van het bestaan van den Bioscoopbond,
die bij deze evolutie een groote rol had gespeeld, uiteen te zetten.
Aan het feest van den 7en Mei 1928 zullen ongetwijfeld allen,
die daaraan deelnamen, de aangenaamste herinneringen behouden.
Conferenties met overheidspersonen.
Het aantal conferenties, dat in het afgeloopen jaar met over-
heidspersonen werd gehouden, was grooter dan eenig jaar tevoren.
Van de min of meer officieele conferenties worden de navol
gende genoemd:
1. op 4 Januari tusschen de heeren D. Hamburge r Jr.,
voorzitter, E. Cohen Barnstijn, hoofdbestuurslid en A.
de Hoop, administrateur, met den Wethouder van Leiden,
den heer Mr. T e p e, over de toepassing der Zondags-
wet;
2. op 10 Januari tusschen de heeren D. Hamburger Jr.
(voorzitter), C h. van Bi en e (vice-voorzitter) en A. d e
Hoop (administrateur) met den nieuw-benoemden voorzit
ter der Centrale Commissie voor de Filmkeuring, den heer
D. vanStaverente 's-Gravenhage, over de b i o s c o o p-
w e t;
3. op 20 Januari de onder 2 genoemde heeren, eveneens met
den heer van Staveren te 's-Gravenhage;
4. op 8 Februari tusschen de heeren D. Hamburger J r.,
E. Cohen Barnstijn en A. de Hoop met het Bestuur
der ,,Vereeniging van Noordbrabantsche en Limburgsche Ge
meenten voor gemeenschappelijke Filmkeuring" te Eindhoven,
vertegenwoordigd door de Burgemeesters Mr. van Oppen
(Maastricht), Verdyk (Eindhoven) en Habets (Kerk-
rade);
5. op 10 Februari tusschen den Bondsvoorzitter Hamburger
en den Bondsadministrateur de Hoop met den heer Van
Staveren te 's-Gravenhage;
6. op 20 Februari de onder 5 genoemde heeren wederom met
den voorzitter der Centrale Commissie te 's-Gravenhage;
7. op 24 Februari tusschen de heeren D. Hamburger Jr.
(voorzitter), Ch. van Biene (vice-voorzitter) en A. d e
Hoop (administrateur) met den Minister van Binnenland-
sche Zaken en Landbouw, den heer Mr. J. B. K a n te 's-Gra
venhage;
8. op 29 Februari tusschen den Bondsvoorzitter Hamburger
en den administrateur de Hoop eerst met den Secretaris-