Gecombineerde Vergaderingen met het Hoofdbestuur
werden in het jaar 1928 viermaal gehouden en wel op 5 Maart,
11 Augustus, 15 October en 24 December.
Algemeene Vergaderingen»
Algemeene Ledenvergaderingen werden in 1928 vier maal ge
houden en wel de Jaarlijksche Algemeene Ledenvergadering op 11
Februari en drie bijzondere ledenvergaderingen op 14 Januari, 25
Februari en 7 Juli.
Bioscoopwet»
De Bioscoopwet heeft het bedrijf vooral op één punt teleurgesteld.
We kennen allen het ontstaan van deze wet en weten, dat het
eerste ontwerp-Bioscoopwet, hetwelk samengesteld was door de
Staatscommissie, geen nakeuring inhield. Ongelukkigerwijze werd
dit eerste ontwerp niet aangenomen en zoo zitten wij thans na veel
wederwaardigheden met een Bioscoopwet opgescheept, die ons,
behalve eenige dubieuze rechtszekerheid voor de theaters ver
schaft, van den wal in de sloot heeft gebracht.
De nadeelen zijn vooral voor de filmverhuurders velen.
De Rijkskeuring kost ons zoowel direct als indirect veel geld,
De mogelijkheid tot nakeuring echter blijft het gevaarlijkste
onderdeel van den in 1928 geschapen toestand, te meer, omdat het
volgens Koninklijk Besluit verboden is, nadat een film door het Rijk
gekeurd is, coupures en veranderingen aan te brengen.
Bij het beëindigen van het jaar 1928 had zich het conflict, dat
in den loop van het jaar was ontstaan met de Vereeniging van
Noord-Brabantsche en Limburgsche Gemeenten voor gemeen
schappelijke Filmkeuring, verscherpt en dreigde er in het Zuiden
des lands op den eersten Januari 1929 een sluiting van de theaters,
hetgeen natuurlijk voor de leden van onze Bedrijfsafdeeling een
enorme schade zou hebben beteekend. Het Bestuur kan de leden
dan ook niet voldoende aansporen hun saamhoorigheid te toonen,
opdat men begrijpe dat er niet met onze levensbelangen gespeeld
mag worden en wij ons daartegen met hand en tand zullen weren.
Tariefwet -*'-M,
In den aanvang van 1928 heeft de Tarief-Commissie eindelijk
in behandeling genomen twee door het Bestuur aanhangig ge
maakte invoerkwesties, nadat deze ruim een jaar ter beslechting
in portefeuille waren. De voor deze gevallen door het Bestuur
aangezochte Rechtskundige, de heer Mr. R. H. Dijkstra, heeft zoo-
57