Afdeeling Amsterdam.
VERSLAG der Afdeeling Amsterdam van den Neder-
landschen Bioscoop-Bond over het jaar 1931, uitgebracht
in de jaarlijksche Algemeene Vergadering der Afdeeling
op Donderdag 28 Januari 1932, ten kantore van den Bond.
Het Amsterdamsche bioscoopbedrijf heeft nu ook den terugslag
der depressie in het bedrijfsleven ondervonden. Weliswaar moesten
wij reeds in het jaarverslag over 1930 constateeren, dat de maand
November van dat jaar een geweldige daling van het bezoekers
aantal liet zien, doch over het geheele jaar 1930 waren toch nog
ruim 400.000 bezoekers meer in de bioscopen der hoofdstad geweest
dan in 1929.
De ontvangsten zijn belangrijk achteruit gegaan, en wel met
circa 300.000.-—, d.i. ongeveer 7 van de totale recettes in 1930.
Hieruit valt af te leiden, hetgeen overigens ook uit de maand
berichten van het Bureau van Statistiek der Gemeente Amsterdam
tot uitdrukking komt, dat, behalve een achteruitgang van het be
zoekersaantal, er een opmerkelijke verschuiving naar goedkoopere
rangen heeft plaats gehad.
De cijfers leeren ons, dat de verminderde koopkracht van het
publiek helaas haar invloed ook op de bioscoopexploitaties heeft
laten gevoelen, doch zij stellen daartegenover ook in het licht, dat
de belangstelling voor de bioscopen nagenoeg niet getaand is.
Er is dus alleszins reden voor de verwachting, dat bij opleving
van het bedrijfsleven de bioscoopexploitaties te Amsterdam ook in
financieel opzicht betere resultaten zullen afwerpen.
De huidige tijdsomstandigheden hebben ook nog in ander opzicht
invloed op het Amsterdamsche bioscoopbedrijf doen gevoelen; niet
alleen zijn de ontvangsten verminderd, maar ook hebben de lasten,
die op de bioscoopondernemingen drukken, zich nog vermeerderd.
Hierdoor zullen in 1932, meer nog dan in het afgeloopen jaar. de
exploitatiekosten stijgen.
73