auteursrechten betaald, wijl men aldaar hetzelfde standpunt in nam, dat de Nederlandsche Bioscoop-Bond heeft verdedigd, n.1. dat voor vertooning van geluidsfilms geen muziekauteursrechten verschuldigd zijn. Omtrent Roemenië is bekend, dat het grootste bioscooptheater 450.per jaar aan muziekauteursrechten moet betalen. Wat Spanje betreft wordt in de groote steden 0.3 c/c van de ontvangstcapaciteit betaald; in de kleine gemeenten veel minder of in het geheel niet. (In Catalonië weigerden de bioscopen te betalen). In Yoego-Slavië is het grootste bioscooptheater 600.per jaar aan muziekauteursrechten verschuldigd. In België en in Frankrijk wordt een percentage van de recettes resp. varieerende van 1 tot iy2 en van 2 tot 3 aan muziek auteursrechten geheven. Bij de beoordeeling van deze abnormaal hooge heffing moet echter rekening gehouden worden met andere factoren, waarover een beschouwing in dit jaarverslag niet past. Vast staat wel, dat wanneer men de tarieven in het buitenland in oogenschouw neemt, de onredelijkheid van het optreden van Buma onmiddellijk in het oog springt. Vergelijkt men ons land met Zwit serland, waar ongeveer hetzelfde aantal bioscooptheaters als hier te lande wordt geëxploiteerd, dan zou een tarief, liggende tusschen een opbrengst van ƒ25.000.— tot ƒ37.500.— per jaar gerecht vaardigd zijn. Buma, hetwelk het tienvoudige vroeg, zal hopenlijk eindelijk inzien, dat het met een redelijk voorstel moet komen om de ook dezerzijds noodzakelijk geachte goede verhouding tusschen den Nederlandschen Bioscoop-Bond en het door de Regeering gecon- cessioneerde muziekauteursrechtenbureau te kunnen verkrijgen. De tot nu toe bestaande onaangename verhouding was meermalen zoowel bij autoriteiten als in de pers een onderwerp van bespreking. Toen het Hoofdbestuur van den Nederlandschen Bio scoop-Bond inzag, dat Buma zijn onredelijk standpunt niet wilde prijsgeven, vroeg het een conferentie aan met den Minister van Justitie, die, aan dit verzoek voldoende, op 15 Maart eenige ver tegenwoordigers van het Hoofdbestuur in audiëntie ontving. De zerzijds werden aan den Minister de gegevens verstrekt, welke hiervoren zijn genoemd en daarbij werd een beroep op den be windsman gedaan om Buma te bewegen zijn geste tegenover den Nederlandschen Bioscoop-Bond te wijzigen. De Minister, die zich liever niet in deze zaak wilde mengen, daar 15

Historie Film- en Bioscoopbranche

Jaarverslagen | 1934 | | pagina 15