gekeurde reclamemateriaal, ongestempelde foto's worden verzon den terwijl hiervan de leden de dupe worden. Het Afdeelingsbestuur heeft in het afgeloopen jaar het hoofd bestuur dan ook eenmaal op deze feiten gewezen. Verleden jaar schreef ik in mijn jaarverslag, dat wanneer ik goed zag, de kwestie brandwachten in begin 1936 zou worden opgelost. Dit is het Afdeelingsbestuur inderdaad mogen gelukken. B. en W. van de gemeente Rotterdam beschikten in het begin van het jaar 1936 op een betreffend verzoek van de af deeling, goedgunstig. En zeer korten tijd daarna verdwenen de brandwach ten uit die bioscooptheaters, die geen variété-voorstellingen gaven. Het Afdeelingsbestuur moest zich echter verplichten in samen werking met het hoofd der Inspectie, de leden op de naleving der voorschriften te wijzen en zoo noodig hun hulp bieden bij de na leving daarvan. Na een ernstige klacht over een der leden gevoelde de Afdeeling zich verplicht na behoorlijke oproeping dit lid met een kleine geld boete te bestraffen, daar deze overtreding plaats vond, zeer kort na het verdwijnen van de brandwachten de mogelijkheid was blij ven bestaan, dat mochten de leden zich aan vele overtredingen schuldig maken, de brandwachten wederom zouden moeten wor den aangesteld. De collecte voor het Bio-Vacantie-Oord gedurende de Paasch- dagen bracht op ƒ4154.21 en bleef onder de collecte van 1935. De Kerstcollecte bracht op 4556.93 en bleef eveneens onder de collecte van 1935. De Afdeeling verstrekte dit jaar wederom een donatie. In het afgeloopen jaar werden 7 bestuursvergaderingen gehou den en 6 ledenvergaderingen. Het Afdeelingsbestuur hield verschillende conferenties met wet houders en andere gemeentelijke autoriteiten en gaf in het laatst van 1936 zijn medewerking aan het Initiatief Comité Herlevend Rotterdam". R. UGES Jr., Rotterdam, 16 Februari 1937. Secretaris. 141

Historie Film- en Bioscoopbranche

Jaarverslagen | 1936 | | pagina 137