1 geschil tusschen twee filmfabrieken; 2 geschillen tusschen donateurs en leden-exploitanten; 12 geschillen door leden of donateurs, die zich met den verkoop van geluidsfilmapparaten bezig houden contra leden-exploi- tanten; 10 geschillen door leden contra donateurs; 1 geschil door een exploitant contra een filmfabriek; 1 geschil door een niet-lid contra een lid-exploitant. Van de 184 in behandeling genomen geschillen werden er 36 vóór de zitting ingetrokken; 57 betalingsgeschillen werden behan deld, waarvan in 40 gevallen bij verstek uitspraak werd gedaan. Zes geschillen hadden betrekking op beschadiging van films. In acht gevallen had de Commissie uitspraak te doen over de al of niet tot stand koming van een overeenkomst. In 18 gevallen slaagde de Commissie er in ter zitting een minnelijke schikking tusschen partijen tot stand te brengen. Een geschil had betrekking op de doorzending van films. In zeven gevallen werd door een der partijen een derde partij in vrijwaring opgeroepen. In eenige geschillen werden uitspraken van meer dan gewone beteekenis gewezen. In een uit juridisch oogpunt zeer interessant geschil heeft de Commissie van Geschillen aan de eischende partij haar vordering tot het doen opheffen van een door den president der Arrondissements Rechtbank te Amsterdam op verzoek van de gedaagde partij gelegd conservatoir beslag, ontzegd, hoewel de Commissie daarbij heeft overwogen, dat, ongeacht of het leggen van conservatoir beslag, ook als daarvoor de toestemming van den president van de Rechtbank vereischt is, met het oog op de nagenoeg uitsluitend formeele beteekenis dezer toestemming al dan niet beschouwd dient te worden als een recht, waarover men de vrije beschikking heeft in ieder geval vaststond, dat de ge daagde partij de vrije beschikking had over haar recht om het onder de eischende partij gelegd conservatoir beslag op te heffen; de vordering werd dan ook uitsluitend ontzegd op grond van de over weging,, dat het belang van de gedaagde partij bij het handhaven van het beslag zwaarder woog dan het belang van de eischende partij bij opheffing van het beslag. Inzake een geschil tusschen een lid-filmverhuurder en een lid- exploitant, waarbij de filmverhuurder zich erover beklaagde, dat het lid-exploitant in gebreke was gebleven de noodige gegevens te verstrekken, vereischt voor het controleeren van de opbrengst «ener op percentagebasis gehuurde film, heeft de Commissie van Geschillen aan den Bondsaccountant opgedragen in de boeken van 87

Historie Film- en Bioscoopbranche

Jaarverslagen | 1936 | | pagina 87