Eerste Kamer: de heeren W. P. Peters, S. Zondervan,
Ch. van Biene en R. Minden.
Tweede Kamer: de heeren I. Cohen Barnstijn, M. P. M.
Vermin, P. R. van Duinen en L. Groen.
In totaal zijn in 1936 door den Raad van Beroep 8 zittingen
gehouden, tegen 11 in 1935.
Wegens een ernstige ongesteldheid van den voorzitter, den heer
W. Mullens, wien de Raad gelukkig met een algeheel herstel geluk
mocht wenschen, is een zitting gehouden onder presidium van den
Plaatsvervangend Voorzitter, den heer E. de Hoop Azn.
Van de 18 hooger beroepzaken (vorig jaar 19) werden er 10
door de Eerste Kamer en 8 door de Tweede Kamer behandeld.
In 8 gevallen zijn de vonnissen der Commissie van Geschillen
bevestigd en in 6 gevallen vernietigd. In een geval is het beroep
niet ontvankelijk verklaard, terwijl in 3 gevallen een minnelijke
schikking tusschen partijen tot stand gekomen is, nadat tevoren
van het ingediend hooger beroep was afgezien.
In twee gevallen is voorts tegenberoep aanhangig gemaakt, het
welk in een geval niet ontvankelijk werd verklaard.
Zij nog vermeld, dat een drietal beroepzaken betrekking hadden
op geschillen van een lid van den Bond met een buitenlandsche
onderneming, welke van een zoodanigen omvang moesten worden
geacht, dat de arbitragekosten op een belangrijk hooger bedrag
moesten worden bepaald, dan reglementair is vastgesteld.
HET BONDSBUREAU.
De lezing van dit verslag, waaruit ten duidelijkste blijkt, hoe de
Bondsarbeid den laatsten tijd hand over hand is toegenomen, zal,
wij twijfelen daar niet aan, aan al onze leden de overtuiging hebben
gegeven, dat van het Bondsbureau in het afgeloopen jaar het uiter
ste is gevergd.
De talrijke besprekingen en maatregelen van Hoofdbestuur en
Dagelijksch Bestuur, de uitwerking daarvan, de vele adviezen, rap
porten, adressen, notulen, verslagen en ontwerpen, de waarneming
van secretariaten, de functionneering van het Arbitrage-Instituut,
de verzorging der onderscheidene Bondsuitgaven, de vergaderingen
en besprekingen, alsook de afdoening van de gebruikelijke loopende
zaken, zooals correspondentie en administratie, vragen naast veel
arbeid, veel werklust en paraatheid, ook een voortdurend zich in
werken in de verschillende aspecten, welke ons bedrijf vertoont,
90