Ik heb er al in de Memorie van Antwoord op gewezen, dat deze
belasting geheel komt ten laste van de gemeenten, en in de tweede
plaats, dat de gemeenten de bevoegdheid hebben, die belasting
voor de café's en restaurants lager te stellen dan normaal. Sommige
gemeenten hebben van die bevoegdheid ook gebruik gemaakt.
Gelijk men ziet gaat het antwoord van den Minister langs het
betoog van den heer ter Laan heen.
Van de onbillijke uitzonderingspositie door de destijds inge
voerde wetswijziging geschapen, rept de Minister met geen woord.
En het bioscoopbedrijf is er helaas wederom niet verder mee geko
men. Dit sluit echter geenszins uit, dat dezerzijds bij de eerste de
beste gelegenheid nogmaals met klem bij den Minister zal worden
aangedrongen op opheffing van de bestaande onbillijkheden.
Er heeft zich voorts nog een strijdvraag voorgedaan tusschen
den fiscus en de in ons land gevestigde nederzettingen van buiten-
landsche filmmaatschappijen.
De vraag is n.1. gerezen, welk gedeelte van de opbrengst die
naar het buitenland gaat, als winst moet worden beschouwd
De fiscus stelde zich daarbij op het standpunt, dat alles, wat door
de filmmaatschappijen aan het buitenland wordt afgedragen,
winst is.
Op grond daarvan is b.v. aan eenige dezer nederzettingen een
navordering gezonden tot een belangrijk bedrag aan belasting.
Van de zijde der betreffende leden van den Bond is er naar
gestreefd een redelijke oplossing te verkrijgen.
Dit heeft tot gevolg gehad, dat de Minister van Financiën den
Inspecteur van de Dividend- en Tantièmebelastingen te Amster
dam gemachtigd heeft te dezer zake het advies van den Bond in
te winnen.
Op grond van een dezerzijds ingesteld onderzoek zijn wij tot de
conclusie gekomen, dat de z.g. nederzettingen van buitenlandsche
ondernemingen het recht hebben met het oog op de dividend- en
tantièmebelasting het zelfde percentage af te trekken als dat, het
geen de onafhankelijke kantoren aan hun buitenlandsche leveran
ciers afdragen.
Op het Departement heeft men inmiddels ingezien, dat de
opvatting, als zoude alles, wat de Nederlandsche kantoren aan het
buitenland afdragen, na aftrek van een zeker bedrag als winst
kunnen worden aangemerkt, op grond van de usances in het film
bedrijf niet billijk zou zijn.
Aan het eind van dit jaar liet het zich aanzien, dat ter zake voor
65