Tenslotte wensch ik een woord van dank te brengen aan den
heer G. W. Ringeling, leider van het Accountantskantoor
B. G. Tal te den Haag, voor de correcte wijze, waarop hij zijn
veelomvattende taak gedurende het afgeloopen jaar heeft verricht.
Het is mij bekend, en dat is de grootste waardeering, die wij
jegens hem kunnen uitspreken, dat hij zijn taak niet uitsluitend ver
richt ten genoege van onze leden, doch evenzeer ten genoege van
het overgroote deel der exploitanten.
Het zij mij vergund dit verslag te beëindigen met den wensch,
dat 1939 voor U allen een goed en voorspoedig jaar moge zijn en
dat de hechte samenwerking in onze Afdeeling van ons allen
bestendigd moge blijven.
J. DE WIND, Secretaris.
Amsterdam, Januari 1939.
165
