bioscoopbezoek derhalve in het afgeloopen jaar iets gedaald. Dat
de totaal belastingopbrengst nog met een klein bedrag kon stijgen,
hetgeen beteekent, dat de gemiddeld betaalde entree-prijs (welke
in 1937 51.6 et. bedroeg) een fractie kon verbeteren (51.8 et. in
1938), is waarschijnlijk toe te schrijven aan de doorwerking van
het Minimum Prijzen- en Prijsbeschermingreglement, welke in de
tweede helft van 1937 en begin 1938 van Bondswege werden
ingevoerd.
In het algemeen moet helaas geconstateerd worden, dat van een
verbetering in het afgeloopen jaar geen sprake is geweest en dat
het bedrijf in totaal gezien zich slechts ternauwernood op het
zelfde peil heeft kunnen handhaven.
Een feit, dat alsnog vermeld dient te worden is de voortdurende
politieke onzekerheid in Europa, welke de bedrijfsresultaten van de
ondernemingen der leden sterk bleef beïnvloeden. Zulks is in het
bijzonder geconstateerd tijdens de bekende Septemberdagen, toen
opmerkelijke fluctuaties in de bezetting der theaters vielen te con-
stateeren, evenredig aan het verloop der spanning in de inter
nationale verhoudingen.
Verder geeft ik als bijlage een overzicht omtrent het Haagsche
bioscoopbezoek in de jaren 1929/38.
Uit dit overzicht blijkt op overduidelijke wijze, dat de alge-
meene gang van zaken lang niet als bevredigend kan worden aan
gemerkt, vooral indien men rekening houdt met de toename van
het aantal cinema's sedert 1930.
Het Afdeelingsbestuur is thans als volgt samengesteld:
S. J. Kinsbergen, Voorzitter; D. Siem Sr., Penningmeester;
A. Karpes, 2e Secretaris; G. M. Th. Gielisse, Gedelegeerde.
De vertegenwoordiging der leden in de verschillende Bonds
instanties was als volgt:
Hoofdbestuur: S. J. Kinsbergen; Afdeelingsraad: G. M. Th.
Gielisse, D. Siem Sr.; Commissie van Geschillen: E. Cohen Barn-
stijn, Voorzitter. A. van Santen, lid; Ledenraad: G. M. Th.
Gielisse; Televisie-commissie: E. Alter, Voorzitter, A. Gelder, Lid.
Het Afdeelingsbestuur maakt met leedwezen melding van het
186