paalde personen, noch in haar ontwikkeling worden gestuit door
verkeerde toepassing van een Wet, die de onbegrensde mogelijk
heden van deze vinding niet heeft kunnen voorzien.
De Commissie was in het afgeloopen jaar als volgt samenge
steld: E. Alter, Voorzitter; H. Cohen Barnstijn, N. R. Besseling,
P. Burbach, A. Gelder, J. Haver Droeze en B. D. Ochse, leden.
Als Secretaris was aan de Commissie toegevoegd de heer J. G. J.
Bosman. De heer B. D. Ochse moest wegens drukke werkzaam
heden als lid bedanken. In zijn plaats werd op 15 Maart benoemd
de heer J. C. Mol, directeur van de N.V. Filmfabriek Multifilm te
Haarlem. De heer Haver Droeze. die tijdens verblijf buitenlands
was vervangen door de heer F. W. E. Trijssenaar, nam het lidmaat
schap van de Commissie wederom op zich.
Het door de Commissie aan het Hoofdbestuur gegeven advies
nopens een televisie-clausule in filmcontracten, werd door het
Hoofdbestuur aangehouden ter nadere behandeling bij de totstand
koming van de bedrijfsreglementeering.
DE SMALFILM
De debacle van het wilde smalfilmbedrijf heeft de vraagstuk
ken, die door het zestien milimeterformaat aan de orde waren
gekomen, voor ons eenvoudiger gemaakt dan zij aanvankelijk leken.
Men kan thans niet meer spreken van een smalfilmexploitatie, die
op eenigerlei wijze gevaar voor ons bedrijf zou kunnen opleveren.
Het Ministerieele standpunt, dat het vertoonen van smalfilms in
koffiehuizen e.d. onder de Bioscoopwet valt en daarvoor derhalve
een bioscoopvergunning moet worden gevraagd en verkregen,
heeft waarschijnlijk als rem gewerkt. Hoofdzakelijk echter is men
gestooten op het gesloten front van het bonafide film- en bioscoop
bedrijf, zoowel hier als in het buitenland, dat er niet aan dacht
een voetbreed af te staan aan eenige beunhazen, die onder het
mom van een ander formaat trachtten te parasiteeren op hetgeen
door het bestaand bedrijf zoo moeizaam verworven was.
Het bedrij f sbesluit van den Bond, waardoor voorkomen wordt.
dat smalfilmcopieën van films, waarvan de leden van den Bond
de vertooningsrechten hebben, in handen van onbevoegden komen.
blijkt perfect te hebben gewerkt. In het afgeloopen jaar is door
het Hoofdbestuur overwogen om aan een aantal personen, die er
hun beroep van maken smalfilms te vervaardigen, exploitatie daar
van binnen het kader van het bedrijf toe te staan. Na rijp overleg
heeft men echter op deze verzoeken afwijzend beschikt wegens de
46