94
De jaarlijkse ledenvergadering van de Afdeling, welke werd gehouden op
15 Februari besloot op voorstel van het Bestuur na advies van de Studiecom
missie voor de Advertenties tot aanvulling van het Advertentiebesluit in deze
zin, dat het besluit tot verhoging van het maximum aantal mm. regels tot 80
werd ingetrokken en dat aan het besluit werd toegevoegd een bepaling om
naast de advertenties in de kaderannonce op een andere pagina van de dag
bladen extra advertenties te plaatsen per film, per dag, per theater en per dag
blad tot een maximum van 200 mm regels en per film, per week, per theater en
der dagblad tot een maximum van 300 regels. Hieraan werd de beperking ver
bonden, dat deze maxima golden voor de verhuurkantoren en de bioscopen
gezamelijk.
Ingevolge een nieuw advies van de Studiecommissie voor de Advertenties
is door de ledenvergadering van de Afdeling, gehouden op 4 April 1950, beslo
ten aan dit gewijzigd advertentiebesluit nog een nieuw lid C toe te voegen, dat
de mogelijkheid opende voor de afdelinqsleden om acht maal per jaar grotere
advertenties te plaatsen of te doen plaatsen tot een maximum van 500 regels
per dag en 600 regels per week, per film, per theater en per dagblad, met enige
restricties voor wat de plaatsing van advertenties betreft ten behoeve van films
van bioscoop- en verhuurcombinaties.
In de ledenvergaderingen van de Afdeling is steeds gebleken, dat de meeste
exploitanten van inzicht verschillen met de leden-filmverhuurders voor wat
betreft de waarde van het plaatsen van annonces buiten het advertentiekader.
Ook onder de leden zelf was hieromtrent geen eensgezindheid van opvatting.
Eind October gaf de directie van het Dadblad Het Parool te kennen, dat
met ingang van 15 November 1950 de advertentietarie\ en van f 0,58 tot f 0,73
per mm-regel zouden worden verhoogd, in verband met de stijging der algemene
onkosten, op grond van een contractsclausule, die de directie van dit blad het
recht zou geven tot een verhoging over te gaan. Wel hadden de afnemers het
recht om in dat geval het contract te ontbinden.
Tegen dit voornemen rezen zoveel bezwaren van de zijde der Afdeling Am
sterdam, de Bedrijfsafdeling Filmverhuurders, de Bond van Adverteerders en
de Vereniging van erkende advertentiebureaux, dat Het Parool bij circulaire
van 13 November 1950 mededeelde, dat de verhoging voor de lopende con
tracten zou worden uitgesteld tot 1 Januari 1951. Ook hiermede konden het
Afdelingsbestuur en de andere adverteerders zich niet verenigen en bij circu
laire van 28 December deelde Het Parool mede dat het besloten had de ad
vertentietarieven te doen ingaan op de einddata van de lopende contracten.
mits zij geen langere looptijd dan een jaar hadden.
Ter intensivering van de propaganda voor filmvoorstellingen werd in de
ledenvergadering van 15 Februari besloten de wekelijkse bioscoopagenda in
de fotokasten van de bioscopen op te hangen en deze agenda eveneens te ver
spreiden bij ruim 400 kappers, 150 hotels en restaurants, alsmede bij een aantal
rond vaartdiensten.
Het Bestuur besloot voorts de Afdeling Amsterdam wederom te doen toetre
den tot het lidmaatschap van de Algemene Nederlandse Vereniging voor
Vreemdelingenverkeer, zoals dit ook vóór de oorlog het geval is geweest. In
de loop van het verslagjaar moest het Bestuur tot zijn spijt constateren, dat in
het jaarverslag van de A.N.V.V. weinig aandacht was geschonken aan de
filmmanifestaties, met name die in het kader van het Holland Festival in 1949,
terwijl ook in de V.V.V.-weekberichten de filmprogramma's een te kleine plaats
innemen. Het Bestuur heeft zich daarover beklaagd.
Ook hadden de filmrecensies wederom de aandacht van het Bestuur in ver
band met ingekomen klachten. Het Bestuur betreurde dat een aantal recensies
niet genoegzaam op peil stond en dat de betrokken recensenten zich meer
malen opmerkingen veroorloofden die met de beoordeling van de film niets van
doen hadden, maar nochtans schade toebrachten aan ons bedrijf. Indien dit
euvel weer toeneemt zal het Bestuur zich opnieuw moeten wenden tot de
Vereniging De Nederlandse Dagbladpers.