verzekerde bedragen per meter te verhogen resp. tot f 1,voor
zwart-wit film en f 1,50 voor kleurenfilms. De combinatie van deze
veranderingen zou er toe leiden dat de in totaal te betalen premies
voor de brand en de all-risk verzekering ongewijzigd bleven.
Aan het einde van dit verslagjaar was te dezer zake nog geen
beslissing gevallen.
Op de verzekering van films in de 'kluizen behoefde dit jaar we
derom geen beroep te worden gedaan, aangezien zich geen schade
gevallen voordeden. Er viel andermaal een toename van de film-
voorraden die in de diverse kluizen werden bewaard te constate
ren. In de periode van 1 December 1949 tot 1 December 1950 be
vond zich in de kluizen maandelijks gemiddeld voor een waarde van
ruim f 11.500.000,aan filmmateriaal.
In dezelfde periode over 1947 beliep dit bedrag f7.000.000,in
1948 f8.700.000,— en in 1949 f 10.300.000,—Hieruit valt dus
op te maken dat de filmvoorraad nog steeds stijgende is doordat het
oude materiaal in onvoldoende mate wordt verwijderd.
Deze gang van zaken heeft het voorstel tot wijziging van de om
vang der kluisverzekering als bovenbedoeld noodzakelijk gemaakt
omdat het niet meer dan billijk kan worden geacht dat zij, die oude
films willen blijven bewaren, daarvoor zelf de verzekeringspremie
dragen.
De kosten van de brandverzekering van films in kluizen over het
tijdvak van 1 December 1945 tot 1 December 1950 hebben
f61.655,bedragen. Gedurende dezelfde periode beliepen de
kosten van de all-risk verzekering f 111.897,waar tegenover
stond een bedrag van f84.517,aan schadeuitkeringen. Verge
lijkt men deze cijfers met die welke voorkomen in het jaarverslag
over 1949, dan komt men tot de ontdekking dat er in 1950 veel
meer schade is geweest dan in 1949. Indien men dan nog weet, dat
het hier voornamelijk gaat om schadeuitkeringen als gevolg van
filmbeschadigingen, dan moet helaas worden geconstateerd dat de
herhaalde beroepen die op de leden zijn gedaan, om het onder de
huidige omstandigheden uiterst kostbare filmmateriaal met de grootst
mogelijke zorg te behandelen, niet het gewenste resultaat hebben
opgeleverd.
Ook de in het vorig jaar in de betrokken polis opgenomen eigen-
risico-clausule, waardoor van iedere schade de eerste f 100,niet
voor rekening van assuradeuren komt, heeft kennelijk geen drasti
sche vermindering van het euvel der filmbeschadigingen tot stand
kunnen brengen. Dit valt te betreuren en zal ongetwijfeld tot gevolg
hebben, dat, indien op de huidige wijze wordt voortgegaan, het thans
geldende eigen-risico bedrag aanmerkelijk moet worden verhoogd,
ten einde premieverhoging te ontgaan.
61