De nieuwe zakencommissies verleenden derhalve in 1952 toe
stemming voor de exploitatie van zes permanente bioscopen-A en
wel voor twee in Amsterdam en één in Dordrecht, Hellendoorn,
Musselkanaal en Vlaardingen. Tevens gaven zij toestemming voor
de exploitatie van vier filmproductiezaken.
Beslissingen Hoofdbestuur en Ledenraad
Het Hoofdbestuur gaf toestemming voor de exploitatie van drie
nieuwe permanente bioscopen-B n.1. te Andijk, Well en Werken
dam. Een aanvraag voor Losser werd afgewezen, omdat het des
betreffende verbouwingsplan niet voldoende waarborgen voor een
behoorlijke inrichting en outillage van de bioscoop bood. Deze be
slissing werd echter in beroep door de Ledenraad vernietigd, wes
halve de toestemming werd verleend, zulks op voorwaarde, dat de
betrokken aanvrager ten genoege van het Hoofdbestuur zou aan
tonen dat zijn zaak zou worden ingericht naar de eisen des tijds.
Tenslotte kon het Hoofdbestuur zich met de ingediende plannen
en kostenopgaven verenigen.
Er werden derhalve vier permanente bioscopen-B ingeschreven.
Voorts weigerde het Hoofdbestuur de inschrijving van een per
manente bicscoop-B voor het geven van journaalfilmvoorstellingen
in een hotelcomplex te Scheveningen, onder andere op grond van
de overweging dat het niet aannemelijk is, dat in een gemeente als
's-Gravenhage behoefte is aan een permanente bioscoop-B. Be
halve de hiervoor bedoelde aanvrage voor Losser behandelde het
Hoofdbestuur een verzoek van een lid om te zijnen name in het
bedrijfsregister in te schrijven een permanente bioscoop die daar
voorheen door een ander lid was geëxploiteerd. Deze weigering
was gegrond op het feit, dat niet was komen vast te staan dat aan
vrager de beschikking over de bioscoopzaal had.
Uitgeschreven werden een bioscoop-A en een bioscoop-B, die
gedurende meer dan een jaar niet in exploitatie waren geweest.
Eveneens werden uitgeschreven een reisbioscoop, alsmede een va
rende reisbioscoop, waarvan de exploitatie in het verslagjaar kort na
haar aanvang definitief werd gestaakt.
Uitgeschreven werd voorts een filmverhuurkantoor waarvan
de exploitatie was geëindigd.
Het Hoofdbestuur gaf aan 16 aanvragers toestemming tot het
overnemen en voortzetten, respectievelijk veranderen van de onder-
nemingsvorm van 16 permanente bioscopen en een filmfabriek.
Een in het vorig jaar aan een filmverhuurkantoor verleende toe
stemming tot wijziging van de ondernemingsvorm verviel, omdat
niet was voldaan aan de gestelde conditie.
55