Bondsarbitrage
23
In de Commissie van Geschillen was tegen het
einde van 1957 een vacature ontstaan door
het vertrek van de Vice-Voorzitter, de heer
J. Weening, naar het buitenland. In deze va
cature werd in 1958 voorzien door de benoe
ming van Mr. H. Wilton, 's-Gravenhage.
Overigens onderging de Commissie gedurende
het verslagjaar geen wijzingen.
De heer C. van Willigen trad wederom op als
Voorzitter van de Commissie en de heer
H. W. Hagenberg als Secretaris.
De kamers waren in 1958 als volgt samenge
steld
Ie Kamer:
J. Nijland Jr., Utrecht lid-exploitant
K. F. J. Wijsmulier,
Amsterdam lid-film verhuurder
2e Kamer:
J. de Wilde,
Amsterdam lid-filmverhuurder
H. Zondervan,
Leeuwarden lid-exploitant
3e Kamer:
J. van der Horst,
Amsterdam lid-exploitant
J. P. M. A. Smulders,
Amsterdam lid-filmverhuurder
In het verslagjaar vonden vijf zittingen plaats,
waarvan er vier werden gepresideerd door de
heer C. van Willigen en één bij ontstentenis
van zowel de Voorzitter als de Vice-Voorzitter
door de heer J. de Wilde, die daartoe overeen
komstig het bepaalde in artikel 12 B van het
Arbitrage Bondsreglement door de overige
leden van de desbetreffende kamer werd be
noemd.
Gedurende de verslagperiode zijn 38 (21) ge
schillen aanhangig gemaakt, hoewel slechts in
8 gevallen vonnis werd gewezen.
De werkzaamheden van de Commissie kunnen
in het volgende overzicht worden samenge
vat:
Aantal geschillen 195838
Geschillen uit 1957 3
41
Ingetrokken geschillen27
Minnelijke schikkingen2
Niet behandelde geschillen 4
33
Aantal geschillen, waarin vonnis is
gewezen8
(1957: 3)
De 38 geschillen uit 1958 zijn als volgt aan
hangig gemaakt:
22 door leden-filmverhuurders contra leden
exploitanten
11 door leden-exploitanten contra leden-film
verhuurders
4 door donateurs contra leden-exploitanten;
1 door een lid-filmfabrikant contra een lid-
filmfabrikant.
Van genoemde 38 geschillen waren er 15 (7)
betalingsgeschillen. Slechts in één van deze
geschillen kwam het tot een uitspraak; de
overige 14 betalingsgeschillen werden voor de
openbare behandeling ingetrokken; 13 van de
resterende geschillen werden eveneens inge
trokken en in twee andere geschillen kwam
door bemiddeling van de Commissie een min
nelijke schikking tot stand.
De 8 vonnissen, die tenslotte zijn gewezen, wer
den alle in het orgaan „Film" gepubliceerd,
zodat daarnaar kan worden verwezen.