6. "Frank en Eva", premièredatum: 23 augustus, produktie: Scorpio Films B.V., regie: P. de la Parra; 7. "Angela", premièredatum: 7 september, produktie: Maggan Films B.V., regie: N. van der Heyde (co-produktie België); 8. "The family", premièredatum: 11 oktober, produktie: Rob du Mée Park- film B.V., regie: L. de Boer; 9. "Naakt over de schutting", premièredatum: 25 oktober, produktie: Rob du Mée Parkfilm B.V., regie: F. Weisz; 10. "Het Dwaallicht", premièredatum: 15 november, produktie: Appletree Productions B.V., regie: F. Buyens (co-produktie België); 11. "Op de Hollandse toer", premièredatum: 20 december, produktie: Lindner Films B.V., regie: H. Booth. Aan het einde van het verslagjaar waren drie hoofdfilms in de slotfase van de produktie, te weten "Help, de dokter verzuipt", "Way out" (een Belgisch-Neder landse co-produktie) en "Dakota". Er waren voorts tal van produktieplannen voor 1974, zodat op dit terrein opnieuw een druk jaar valt te verwachten. In het licht van deze situatie is het van belang eraan te herinneren, dat het Hoofdbestuur in zijn nota over de Nederlandse hoofdfilmproduktie d.d. 26 januari 1973 onder meer een structurele aanpassing van de overheidssteun heeft bepleit ten behoeve van de Nederlandse hoofdfilmproduktie. Een zodanige aanpassing van de overheidssubsidiëring werd noodzakelijk geacht om een behoorlijke con tinuïteit mogelijk te maken niet alleen van de hoofdfilmproduktie als geheel, doch ook ten aanzien van de werkzaamheid van de verschillende produktie- ondernemingen en de bij het produktie-proces betrokken medewerkers. Daaren boven zouden extra middelen beschikbaar moeten zijn voor incidentele pro- dukties los van de bedoelde ondernemingen. Uitgaande van een overheidssubsidie in 1972 van 1.640.000,stelde het Hoofdbestuur de hoogte van de vereiste strukturele aanpassing op tenminste 1,5 miljoen. De regering is blijkens de ingediende begroting voor 1974 van het departement van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk Werk althans ten dele aan de wens van het Hoofdbestuur tegemoetgekomen. De desbetreffende begrotingspost werd verhoogd tot 2.308.800,—. In de beleidsnota, die het Hoofdbestuur op 20 december 1973 aan de Minister van C.R.M, heeft toegezonden, is op een verdergaande verhoging van de over heidssubsidie aangedrongen. Voorts vestigt de nota de aandacht op enige andere problemen, waaronder in de eerste plaats de B.T.W. Volgens het Hoofdbestuur past een tegemoetkoming op het gebied van de B.T.W.als aangegeven in het voorafgaande hoofdstuk "fiscale aspecten", volledig in het overheidsbeleid ten behoeve van de nationale film. In 1968 bedroeg de totale gemiddelde last aan omzetbelasting en vermakelijkheidsbelasting op de Nederlandse film 13,6 van de bruto-recettes. Voor alle overige films was die last 20 Dit verschil hing samen met de omstandigheid, dat in zeer vele gemeenten voor Nederlandse films verlaagde tarieven van de vermakelijkheidsbelasting golden. Het B.T.W.-tarief op alle films is thans 16/116 13,8%. Ondanks de af schaffing van de vermakelijkheidsbelasting is de fiscale last op de Nederlandse film dus nog verzwaard. Wanneer men de laatste drie jaren nader beschouwt, dan blijkt de opbrengst van de B.T.W. over de Nederlandse film de subsidiëring van C.R.M, zelfs te overtreffen. De totale B.T.W.-opbrengst ter zake van de Nederlandse hoofdfilm bedraagt in 1971, 1972 en 1973 circa 5,8 miljoen. De

Historie Film- en Bioscoopbranche

Jaarverslagen | 1973 | | pagina 17