Jennifer Willems, Rijk de Gooyer en Jon Bluming in „Naakt over de schutting' van Frans Weisz (Parkfilm B.V.) subsidies aan het Productiefonds over deze drie jaren bedragen in totaal 4,6 miljoen. Door de diensten in de filmbranche in het uitzonderingstarief te plaatsen zou derhalve de armslag voor de Nederlandse film automatisch worden verruimd. Maatregelen ter bevordering van de filmexport zijn eveneens bepleit. Gezien de krachtige overheidssteun die in andere landen ten behoeve van de export stimulering wordt verleend, zouden hiervoor ook in ons land fondsen be schikbaar moeten zijn. De presentatie van de Nederlandse film op de voornaam ste filmmarkten, zoals bijvoorbeeld in 1973 voor het eerst te Cannes als uit vloeisel van de samenwerking tussen het Ministerie van C.R.M., de R.V.D. en de Bond, is een eerste vereiste. Daarenboven dient propagandamateriaal in col lectieve zin in het buitenland te kunnen worden verspreid, bijvoorbeeld over eenkomstig hetgeen Unifrance doet, het orgaan dat ten doel heeft de Franse filmexport te bevorderen. Het verdient aanbeveling ook hier een dergelijk orgaan tot stand te brengen. Daartoe zou een stichting in het leven kunnen worden geroepen, waarin overheid en Bond samenwerken. Het Hoofdbestuur acht voorts continuering van de steun aan het Nederlandse filmjournaal en de produktie van korte films noodzakelijk. Wat de korte films betreft ware het van belang de produktie te bevorderen van films die geschikt zijn om in de voorprogrammering van de bioscopen te worden opgenomen. De vertoningsduur van de films speelt daarbij mede een rol. Op de begroting van C.R.M, voor 1974 is een post van 1.780.000,— voor de korte kunstzinnige

Historie Film- en Bioscoopbranche

Jaarverslagen | 1973 | | pagina 18